Bij de Molen
Knis Beheer
KOOZAA
Huitsing & Poort
Hotel 't Gemeentehuis
De Kleine Munt

Harriët Wassink-Bulthuis, Mijn schoonmoeder.

Ik ken mijn schoonmoeder ondertussen 15 jaar en 9 maanden. Ons eerste contact was telefonisch, ik was in de woning van haar zoon/mijn nieuwe liefde. Waar ik hevig verliefd was en nog blind voor de minder schone kanten van hem, was mijn schoonmoeder heel negatief over hem. Waar ik hem lief en attent noemde, vond zij dat ik hem te kort kende om dat te kunnen zeggen. Na deze korte, telefonische kennismaking bleef ik achter met een “nah”-gevoel, zo van: wat moet ik hier mee?

Dat een moeder zo negatief over haar zoon kan zijn. Ik weet nu dat zij een gekleurde bril op had, ingekleurd door een ex-partner, maar scherp getekend door haar kennis van het karakter van haar zoon. Ik heb mij door deze schoonmoeder niet laten afschrikken en ben verder verstrikt geraakt in het web van deze liefde.

Mijn lief had met zijn ex-partner twee kinderen gekregen, toen 5 en 7 jaar. Heerlijke bengels waar ik het gelukkig goed mee kon vinden. De eerste keer op visite bij mijn schoonouders was best wel spannend, dat had ik de oudste van de bengels ook verteld. Maar hij wist mij gerust te stellen dat zijn opa en oma heel aardig waren. Toen we de auto uitstapten en mijn schoonouders er aan kwamen lopen riep de oudste bengel hen al tegemoet: ”hee opa en oma, dit is Harriët en ze is heel lief!”.

Na het kopje koffie vertrok mijn lief met zijn twee bengels even naar buiten, mij alleen achterlatend met mijn schoonmoeder en –vader. De mooiste woorden sprak mijn schoonvader toen uit en zei: ”Ik had al van velen positieve dingen over je gehoord en ik heb gezien hoe je met de bengels om gaat en ik heb gezien dat het goed is.” Waarop ik vervolgens verdween in de armen van deze grote man, het gevoel van thuis komen/erbij horen was daar. Mijn schoonmoeder zei niet zoveel, maar knikte beamend: het was goed.

Daar zij in Winterswijk wonen en wij in het Hoge Noorden zagen wij elkaar niet veel. Telefonisch was er wel contact en soms haalde schoonmoeder de negatieve kanten van haar zoon wel eens aan. Bijv. of hij wel genoeg in het huishouden deed, want daar liet hij niet alleen een steekje vallen, nee hij liet ‘m ook liggen. Toen ik tegen schoonmoeder zei dat we daar afspraken over gemaakt hadden (als je je eraan ergert ruim je het op, wil je het niet opruimen dan moet je je er ook niet aan ergeren). Want wij hadden het niet hier niet alleen over steken van mijn lief. Zijn lief liet ook weleens iets liggen. En zo zag schoonmoeder in dat haar zoon niet perfect was, maar dat ook niet hoefde te zijn. Dat er iemand van haar zoon kon houden om wie hij was en wat hij deed en dat dat goed was.

Met schoonmoeder hebben we het nodige beleefd: boven uit badkamerraam naar beneden vallen en nek- en rugwervels breken. Daarvan wonderwel herstellen en dan toch een terugslag krijgen in de motoriek. Toen werd ALS geconstateerd, een progressieve spierziekte tot de dood volgt, maar i.p.v. steeds zwakker te worden werd schoonmoeder weer sterker en kreeg ze de kracht weer terug om te kunnen staan en een paar stapjes kunnen lopen. Conclusie: schoonmoeder had geen ALS.

Nooit is duidelijk geworden wat het wel was, maar het ging weer beter met schoonmoeder. Behalve met haar geheugen, die werd wat minder. Ach, het houdt je creatief om hetzelfde verhaal toch telkens net even anders te vertellen. En als je haar moest geloven had ze wel 3 computers op haar kamer staan… ze vertelde het tenminste 3 keer. Maar drie weken geleden belde ze en was ze neerslachtig/verdrietig: de kracht in haar benen werd weer minder. Ze werd meer afhankelijk van de verpleging, het “even wachten” op hen was weer begonnen.

Vorige week werd ze opgenomen in het ziekenhuis, haar ijzergehalte in het bloed was veel te laag had men ontdekt. Na één nachtje ziekenhuis en 2 zakken bloed voelde schoonmoeder zich stukken beter. Maandag vertelde ze mij nog dat ze de medische molen in ging, dat dat wel moest. Toen ik haar zei dat er niets moest, dat ze ook nee kon zeggen, zei ze: ”maar dan weet ik niet wat er aan scheelt en ga ik misschien dood. En ik ben het leven niet zat, dus ik ga die molen in”. Toen ik haar vertelde dat ze binnenkort 79 werd en we haar verjaardag nog gingen vieren verklaarde ze mij voor gek, want ze werd 69!! Ik moest haar niet ouder maken dan ze al was, nee daar was schoonmoeder niet van gediend.

En schoonmoeder is de molen in gegaan en vanavond belde ze: acute leukemie, levensverwachting van een paar weken tot een paar maanden… 69 of 79… afscheid nemen komt altijd te vroeg!

(Harriët Wassink-Bulthuis is getrouwd met Herman Wassink, woont in Kantens en werkt bij de thuiszorg. Ze is momenteel zeer actief bezig met Team Sunrise om geld in te zamelen voor Alpe d’Huzes (KWE) waar haar man aan mee gaat doen. De foto van het briefje is van haar schoonmoeder. De inhoud is bijna niet te lezen maar er staat: ‘Het is haast 5 uur dan moeten we eten zeggen ze. Ze weten dat ik niet meer beter wordt maar we gaan vrolijk door…..’)

Bert Koster
Middelstum
info@bert-koster.nl
bertkoster1@gmail.com
www.bert-koster.nl
06-51715098
0595-552405
KvK nummer: 57250278
BTW nummer: NL001445322B69