Kunt u zich heel kort even voorstellen?
Cornelis Berend Wit luidt mijn volledige naam, roepnaam Cor. Ik ben op 15 december 1959 geboren op de Blink in Uithuizen. Ik heb nog een jongere broer die in ’t Zandt woont. Op de Blink had mijn vader een kroeg. Ik heb ook wel iets met kroegen. Want mijn moeder was de dochter van een caféhouder in Usquert en mijn vrouw haar ouders hadden vroeger een kroeg in Zandeweer. Mijn vader is ook knecht bij een kweker geweest en werd later sporthalbeheerder in Delfzijl.
Toen hij beheerder werd, verhuisden we naar Delfzijl. Zelf was ik vaak in de omgeving Usquert / Zandeweer te vinden, daar woonden een oom en tante van mij. Toen mijn ouders in 1977 uit elkaar gingen, ben ik bij mijn oom en tante in gaan wonen en wel op hetzelfde adres in Zandeweer als waar ik nu nog steeds woon. Mijn oom en tante hebben hier tot 1990 gewoond maar ik heb het huis al in 1980 gekocht. Zelf heb ik tussen 1983 en 1990 nog op twee adressen aan de Poelweg gewoond. In 1990 zijn we definitief naar de Hoofdstraat verhuisd.
Wat is uw burgerlijke staat?
Ik ben op 1 juni 1990 getrouwd met Franciska Aafke Compaan, roepnaam Ciska. Zij heeft haar hele leven in Zandeweer gewoond en we kwamen elkaar binnen onze vriendenkring regelmatig tegen tijdens het stappen, in het dorp en op het voetbalveld. Van het een kwam al snel het andere en in 1992 werd Marcel geboren. Hij woont met zijn partner aan de Poelweg in Zandeweer. Ferdi kwam in 1995 op de wereld, hij woont nog thuis.
Wat is uw voormalig beroep?
Ik heb mijn lagere schooltijd afgerond in Delfzijl en vervolgde mijn pad op de MAVO. Ik had het voetballen veel te hoog in de kop zitten vandaar dat ik mijn eerste jaar nog een keer over mocht doen. Daarna ging het beter en ik was 17 jaar toen ik mijn diploma haalde. Wat dat voetballen betreft, ik was keeper en deed dat schijnbaar niet onverdienstelijk. Ik werd geselecteerd door de afdeling Groningen en zelfs FC Groningen toonde interesse al is dat nooit concreet geworden.
Na geslaagd te zijn, ben ik eerst vakantiewerk gaan doen bij Klinkhamer Koek in Uithuizen. Ik had een hele goede kruiwagen bij het Arbeidsbureau in Uithuizen en hierdoor kon ik op 1 september bij de Belastingdienst in Groningen beginnen. Men had in die tijd de nodige vacatures openstaan, ik had zelfs al in juli los gekund maar door deze constructie had ik ook nog iets aan mijn vakantie. Verder leren wilde ik sowieso niet.
Daar ontkwam ik niet helemaal aan want ik moest eerst de tweejarige opleiding tot adjunct-commies volgen. Hiervoor moest ik 1 dag in de week naar school en in de avonduren studeren. Het was direct mijn laatste opleiding. Ik mocht graag werken maar de ambitie om verder te leren was er niet. Mijn eerste jaar als postjongen was misschien wel mijn mooiste werkjaar. Ik kwam bij de ‘directe belastingen’ terecht op de afdeling algemeen. De belastingdienst zat toen hoofdzakelijk gecentraliseerd aan de Hofstede de Grootkade. Ik genoot van de vrijheid en leerde heel veel mensen op verschillende afdeling kennen. Het hogere echelon stuurde mij regelmatig de stad in om een pakje sigaretten of doosje sigaren op te halen.
Na dat jaar kwam ik op de administratie van de Inkomstenbelasting terecht en dat leidde eind jaren negentig tot een omslag. Particuliere en zakelijke IB-aanslagen werden namelijk gescheiden en ik kwam bij de particuliere belastingen terecht op de Kempkensberg. Wat het GBA bij een gemeente is, was deze afdeling bij de Belastingdienst. Hier hield ik mij voornamelijk met de behandeling van bezwaren tegen de IB-aanslag bezig.
Rond 2010 vond er wederom een soort van reorganisatie plaats en wanneer ik hetzelfde werk wilde behouden dan moest ik mee verhuizen naar Arnhem. Dat trok mij helemaal niet. In Groningen kwam het landelijk incassocentrum. Ik kon eventueel bij de ‘Beltel’ aan het werk, een soort van callcenter van de Belastingdienst, maar de hele dag telefonisch vragen beantwoorden is niets voor mij. Zo ben ik bij de afdeling ‘Invorderingen’ terechtgekomen waar ik aan de hand van het toetsingsinkomen kan bepalen of particulieren voor een betalingsregeling in aanmerking komen wanneer ze (een gedeelte van) hun toeslagen terug moeten betalen.
Ik werk dus inmiddels bijna 44 jaar bij één en dezelfde baas, dat kunnen niet heel veel mensen mij nazeggen. Ik denk niet dat ik de vijftig jaar volmaak. Sowieso ben ik in 2016 al een dag minder gaan werken. Men is bezig met een regeling dat mensen er na 45 dienstjaren vervroegd uit zouden kunnen wat misschien in gaat houden dat ik er volgend jaar mee zou kunnen stoppen. Geen flauw idee eigenlijk of ik hiervan gebruik maak. Tegenwoordig werk ik altijd vanuit huis en mijn meest productieve uren beleef ik vroeg in de ochtenden waardoor ik vaak al voor 06.00 uur achter mijn laptop zit…..
Hoe bevalt het gepensioneerd zijn?
Van een pensionering is nog geen sprake en ik heb ook nog niet precies uitgezocht van hoe of wat. Ciska is een jaar jonger dan ik en moet dus ook nog enige jaren werken in de zorg. Ik denk niet dat ik mij snel zal vervelen. In en om het huis is altijd wel wat te doen. Misschien ga ik deze week nog wel even schilderen, het weer leent zich er voor. In het verleden ben ik ook bestuurlijk gezien behoorlijk actief geweest. Zo was ik een aantal jaren voorzitter van Hengel Club Ons Genoegen in Uithuizen en ik ben ook nog enige jaren voorzitter van voetbalclub ZEC geweest.
In mijn jonge jaren ben ik een aantal jaren jeugdleider geweest bij Noordpool. De club waar ik jarenlang als keeper tussen de palen stond. Ik ben ook nog enige jaren barmedewerker geweest bij ZEC. Toen mijn oudste zoon lid werd van deze voetbalclub, wist men mij al vrij snel als keeper te strikken.
Het sportieve gebeuren ligt een beetje op zijn gat. Ik ging tot voor kort regelmatig op de fiets naar het werk maar dat kan dus niet meer en echt een wandelaar ben ik niet hoewel ik er dagelijks wel enige keren met de hond op uit moet. Ik mag graag koken en vooral mijn bami wordt geroemd. Dat zit hem in het vlees….
Wat zijn de hoogtepunten uit uw leven?
Daar kan ik een traditioneel antwoord op geven, dat is namelijk de geboorte van onze zoons.
En de dieptepunten?
Dat mijn oom is overleden, hij mocht slechts 67 worden. Bij hem en mijn tante kon ik terecht toen mijn ouders gingen scheiden. Vorig jaar is mijn schoonmoeke overleden. Dat leidde tot een crematie in coronatijd, in een zeer beperkt gezelschap dus. Heel raar om op deze manier mee te moeten maken.
Heeft u nog anekdotes en mooie verhalen?
Vroeger was ik dus een fanatiek visser en voetballer en daar kan ik wel enige anekdotes over opdiepen. Het vissen bracht mij bijvoorbeeld op jonge leeftijd naar Bant in de Noordoostpolder. In de brede rietkraag waren allerlei plekken vrijgemaakt voor de vissers. Op de een of andere manier stapte ik iets te ver door in het riet waardoor ik met een been in het water kwam en mijn evenwicht verloor. Met als gevolg kopje onder en een kletsnat pak. Gelukkig kon ik op eigen kracht weer aan wal kruipen maar vervolgens moest ik drie kilometer terug lopen naar de auto’s waar ik van een andere visser een overall kon lenen….
In mijn MAVO tijd werd ik dus geselecteerd voor de Groningse districtsploeg. We haalden zelfs via de noordelijke districtswedstrijden de landelijke finaledag maar uitgerekend toen was ik geschorst. Dat was een voorval op zich. Ik keepte in die tijd bij Neptunia in Delfzijl en op het programma stond de altijd beladen streekderby tegen Appingedam. Ik was enigszins geblesseerd en dat wisten ze, bij sommige tegenstanders zat ik immers op school.
Afijn, ik pluk een corner klemvast uit de lucht maar toen ik op de grond belandde kreeg ik een trap van een tegenstander die mij vol en bewust op mijn geblesseerde knie raakte. Ik werd zo kwaad dat ik de pijn negeerde en achter hem aan rende, bijna het hele veld over. Daar was de scheids niet van gediend en hij stuurde mij het veld uit. Toen ik vervolgens langs hun grensrechter liep, schold hij mij uit voor hufter en toen werd ik zo kwaad dat ik hem een knal verkocht heb. Dat leidde in eerste instantie tot een schorsing van vijf maanden waardoor ik juist die finaledag miste…..
Ik kan niet echt zeggen dat ik een kort lontje heb maar ik kan niet tegen onrecht en houd van het recht voor zijn raap zijn. Zwart is bij mij zwart en wit bijna altijd wit. Wat dat betreft doe ik mijn naam eer aan, haha, ik ben niet zo van het grijze gebied.
Wat zou u ooit nog willen doen in uw leven?
Vroeger was daar de ambitie om ooit nog eens te gaan parachutespringen, tegenwoordig ben ik al ietwat angstig als ik de ladder op moet om te schilderen. We gaan graag op vakantie maar na een dikke week vind ik het altijd prima om weer naar huis te gaan….
Waar heeft u spijt van gehad in uw leven?
Dan kom ik toch weer bij mijn schorsing uit waardoor ik de landelijke finaledag met ons team moest missen.
Wat zou u uw leven voor een cijfer willen geven?
Ik denk dat je ons wel een acht mag geven. ‘Een enkele keer trillen de dakpannen wel eens op het dak’ maar dat is af en toe ook wel goed in een relatie, vind ik.
Wilt u verder nog iets kwijt?
Je leeft maar één keer, elke dag is er wat dat betreft weer een. Ik weet nog dat ik een abces in mijn kaak had, ongeveer tien jaar geleden. Ik had zoveel pijn, van slapen kwam niets meer. De operatie was ook bijzonder ingrijpend maar toen die achter de rug was, werd een dieptepunt toch ook een hoogtepunt. Sinds die tijd kan ik namelijk beter relativeren. ‘Je krijgt bij mij de pis niet zo snel meer lauw…..’