Bij de Molen
Knis Beheer
KOOZAA
Huitsing & Poort
Hotel 't Gemeentehuis
De Kleine Munt

Ineke van Zanten, In de fout

Jan, Piet en Klaas gingen in de fout. Ieder op eenzelfde manier, ieder met een ander gevolg. Het verhaal begint met Jan. Op een mooie, schemerige avond in het najaar reed Jan– na een lange werkdag – naar huis. Onderweg ging het mis. Al vanaf zijn werk werd hij nietsvermoedend gevolgd door een burgerauto.

Jan had tijdens de rit naar huis zijn hoofd nog bij zijn werk: het was een drukke en stressvolle dag geweest. Hij kon het maar moeilijk loslaten. Vlot reed hij door en hij volgde de strakke, provinciale weg die door een dorp liep. Op deze weg was sinds enige tijd sprake van een nieuwe verkeerssituatie. Op een kort traject was een 30 km zone ingevoerd. Helaas nodigde de inrichting van deze zone nog steeds uit om er harder te rijden dan was toegestaan; het was er breed en overzichtelijk.

Jan tufte door zonder na te denken. Kort na de bebouwde kom werd hij ingehaald en gesommeerd te stoppen. Een agent hield hem staande en vorderde zijn rijbewijs. Jan was zich eigenlijk van geen kwaad bewust totdat bleek dat hij zijn afgegeven rijbewijs niet terugkreeg. De agent had geconstateerd dat hij meer dan 50 km te hard had gereden in de 30 km zone.

Jan vroeg beleefd of dit werkelijk het geval was, hij kon het zich eigenlijk niet voorstellen. Van verzachtende omstandigheden (het was bijna donker, laat op de avond, onbewust te hard gereden en nagenoeg geen verkeer op pad) kon geen gebruik worden gemaakt, ‘want we leven tenslotte niet in een bananenrepubliek’, noemde de agent.

Hoezeer Jan dat gevoel later wel kreeg, blijkt uit de rest van dit verhaal. Jan is geen notoire hardrijder. Je zult hem eigenlijk niet snel betrappen op het te diep intrappen van het gaspedaal. Dat kan ook niet want met zijn rijbewijs verdient hij zijn brood. Jan zette alles op alles om zijn rijbewijs met spoed terug te krijgen. Daarvoor kreeg hij een oproep om voor de rechtbank te verschijnen.

Dat was een ervaring die hij niet snel vergeet. Nog nooit werd hij zo erg door een rechter geschoffeerd en naar beneden gehaald dan op dat moment. Jan ging diep door het stof en bood zijn excuses aan voor het te hard rijden. De rechter sprak, hij zou zijn rijbewijs terugkrijgen. ‘Gelukkig, ik kan binnen afzienbare tijd mijn werk hervatten’, dacht Jan. Deze afzienbare tijd duurde echter vier weken. Dat betekende vier weken niet werken, geen inkomen en wel kosten voor de continuïteit van zijn werkzaamheden.

Hoe anders ging dit bij Piet. Hij kwam vanuit een grote stad en werd een beetje ‘opgeduwd’ door een mooie auto uit het hogere segment. Piet, trots op zijn stoere auto, voelde zich opgejaagd en gaf een beetje gas bij. Ook hij werd staande gehouden, de bestuurder van de auto achter hem was namelijk een agent.

Met de kennis van Jan, klom Piet ook in de pen. Een videogesprek met de rechtbank volgde en binnen twee weken had hij het rijbewijs terug. Toen was Klaas aan de beurt. Hij reed als de snelste van de drie en werd aangehouden. Het rijbewijs werd ingenomen en ook Klaas stond met lege handen. Een fanatieke werkgever hielp Klaas met bellen en schrijven. Binnen tien dagen zat hij weer achter het stuur.

Dit drietal heeft veel te hard gereden en is zich daarvan ook bewust. Het is logisch dat hierop een straf volgt. Het zijn drie dezelfde overtredingen maar met telkens een ander gevolg. Jan denkt nog vaak aan de woorden van de agent: ‘we leven niet in een bananenrepubliek’. Jan volgde verplicht een cursus verantwoord rijgedrag. Piet en Klaas hoefden dat niet. Met vier weken geen rijbewijs en vier ingevulde zaterdagen voor deze – zelf betaalde – dure cursus voelt Jan zich fors gestraft. Terugblikkend op het niveau en inhoud van de cursus oordeelde hij bovendien dat het voor hem – als normaliter rustige verkeersdeelnemer – werkelijk niets toevoegde aan gedrag of houding. Vier verloren zaterdagen waarin het enige uitdagende aan de cursus het horen van de ‘vergrijpen’ van de andere cursisten was. ‘Want dat is wel wat je je afvraagt, waarom zit jij hier?’ Natuurlijk was er bij iedereen sprake van schuld en onverantwoord gedrag in het verkeer, maar met de verschillende verhalen zag Jan ook hier de verschillen in aanpak door de diverse overheden.

Anderhalf jaar later verscheen Jan voor zijn vergrijp voor de officier van justitie ter bepaling van de uiteindelijke strafmaat. Jan gaf in zijn pleidooi aan wat het hem gekost of opgeleverd had in bedrijfsopbrengst, tijd, kosten van de cursus, zijn bewustwording over deelnemen aan het verkeer, maar ook over het verschil in strafmaat. Jan kreeg die dag het gevoel eindelijk de ‘good guy’ tegen te komen. De officier van justitie hoorde dit aan, kon meegaan in zijn pleidooi en legde een voorwaardelijke sanctie op.

Na alle sores was deze genoegdoening erg welkom. Voor Piet was de strafmaat slechts een geldboete en voor Klaas wacht dit proces nog en is de uitkomst ongewis. Jan weet inmiddels dat het uitmaakt door wie je wordt aangehouden, wie de zaak traineert en wie de uiteindelijke uitspraak doet. Nee, we leven niet in een bananenrepubliek maar eerlijk en rechtvaardig is het allerminst.

Ineke van Zanten

(Jan, Piet en Klaas hebben in het echt een andere naam.)

Bert Koster
Middelstum
info@bert-koster.nl
bertkoster1@gmail.com
www.bert-koster.nl
06-51715098
0595-552405
KvK nummer: 57250278
BTW nummer: NL001445322B69