Bij de Molen
Knis Beheer
KOOZAA
Huitsing & Poort
Hotel 't Gemeentehuis
De Kleine Munt

Wintervertier en strandpalen

Het is zondagmiddag en een aarzelend zonnetje zet Middelstum en omstreken in een wat heldere aangezicht. Wanneer je stevig snuift en geen coke gebruikt dan ruik je bij wijze van spreken de lente al weer. De voorjaarsvlinders dartelen in mijn buik en ik start mijn fietsje voor mijn welhaast traditionele rondje Middelstum-Huizinge-Middelstum. Al filosoferend zie ik in de de sloten de laatste restjes ijs die je doen terugdenken aan de barre winter van 95/96, toen de elfstedenkoorts hoog opliep en het voetbal op een betrekkelijk laag peil stond.

Ik ben niet zo’n winterman. Sommige krijgen de kriebels wanneer de temperatuur beneden de nul graden daalt en sprinten naar boven om de ijzers uit het vet te halen. Ik duw ze er liever wat verder in. Mijn laatste schaatstocht dateert al weer van enige jaren geleden. De heenweg naar Onderdendam ging nog maar de terugweg heb ik welhaast met mijn enkels over het ijs voltooid. Dat was toen geen succes.

Toen mijn sportvrienden dan ook op een zaterdagmiddag aankondigden om op de schaatsen de imposante afstand naar Tinus en Eeke af te leggen, besloot ik om die afstand maar per fiets te overbruggen. Genietend van de specialiteit van het huis, de door Eeke zeer smakelijk bereide gehakt- annex biljartbal die je naar iets drinkbaars doen smachten, hoor je dan al die heroïsche schaatsverhalen aan. Zo was er een man uit Australië, geboren en getogen in Groningen, die in 38 jaar niet meer in Nederland geweest was maar die nu speciaal voor het schaatsen was overgekomen. Flip en Zenga hingen met een flesje bier aan hun lippen aan man’s droge lippen.

‘Wat jong?’, brult onze oud – en immer correct vlaggende – grensrechter Pieter Kruizinga naar rappers delight Koelio die ook al hapt in zo’n megabal en daardoor moeilijk te verstaan is. Jantje P. en ondergetekende liggen bijna schuddebuikend onder de tafel. Jari ligt ondertussen in de clinch met Rieks, bekend van zijn hond Bobby die een pistool onder aan zijn vege lijf heeft hangen, omdat hij op Rieks zijn brommer weer naar huis wil.

Al klaverjassend kijk ik op mijn Rolex en zie dat het de hoogste tijd is om naar huis te gaan. Weer een voetballoze zaterdag die in sneltreinvaart voorbij is gegaan. Gezien de kou schakel ik door naar de vijfde versnelling terwijl mijn sportvrienden al lallend in de duisternis van de Westerwijtwerdermaar verdwijnen….

Zo maar een zaterdagmorgen in februari. Daar mijn wekker de uren wegtikt in Eibergen brult moeders de vrouw mij om half tien uit een lekkere, overigens droge droom over zonnige stranden en palmbomen waarbij ik geflankeerd wordt door apparaten in hoog uitgesneden badpakken. CV is in huize Koster een vreemd woord en de douche is ook al bevroren. Gerard Bos verloor er menig kilootje aan maar zelfs hij kon hem niet meer aan de praat krijgen.

Bibberend van de kou schiet ik in de kleren. Op het programma staat een ander winters festijn, te weten het priksleeën voor de jeugd en jeugdleiders bij café ‘De Valk’. Het lijkt mij niet eenvoudig om je op zo’n halve notendop met twee prikkers voort te bewegen. Ik besluit dan ook om even te gaan oefenen maar toen ik al ploeterend met pijn en moeite een meter had afgelegd, brulde een perfecte imitatie van een gedesoriënteerde Eskimo op Groenland mijn naam al ten teken dat de strijd zou gaan beginnen.

Ik kijk opzij naar het grijnzende gezicht van mijn opponent van de A-junioren, de zoon van bakker Staghouwer. Hij is al voorbij de bocht als ik aan kom krabben. In een ultieme poging om deze match te winnen, werp ik mij brutaal en nietsontziend op mijn tegenstander. Rik bakt ze deze morgen echter bruin en schuift mij gedecideerd ter zijde. Een verloren wedstrijd dus en de laatste meters leg ik van pure ellende lopend af, in navolging van Stadse Johnny Wepe die dit geheel met een chagrijnige kop als een boers festijn ziet.

Tot overmaat van ramp blijk ik als ‘lucky loser’ toch te zijn doorgegaan naar de tweede ronde. Gelaten laat ik de woordspelingen over mijn bijnaam van de eerder gememoreerde eskimo (die een aantal weken later voor een zeer geslaagd A-selectie uitstapje borgstaat en luistert naar de bijnaam ‘Le Professeur’) over mij heen komen. Inwendig Broer van der Laan met zijn Prikkebeen en vlindernetje verwensend.

Had ik het voorbeeld van rondje 31 specialist Vlexico (citaat Jari), berucht om zijn waarschijnlijk niet meer te overtreffen score van 8 uit 9 in de culturele jeugdsoos van ‘Rocking Tjeert’ maar gevolgd en was ik er maar lekker tussenuit geknepen. Ditmaal prikte de zoon van de plaatselijke kapster en wethouder mij er uit en kon ik het hoongelach van het publiek in ontvangst nemen. Met twee minnetjes was het toernooi voor mij nu toch echt ten einde.

Gelukkig volgde vrij snel hierna de prijsuitreiking in het warme café aan de haven. De top drie bij de jeugdleiders bestond uit ervaren prikkers. Charmeur en supersub Jelte, inmiddels omgedoopt tot Piet Ver(t/s)ier, eindigde als eerste gevolgd door zijn voorganger Raymond die tegenwoordig alleen nog maar de Palenweg van slingers voorziet en als derde eindigde de altijd en overal spuitende Ronnie Medema, die zijn spuitoverall voor deze gelegenheid helaas thuis had gelaten.

Gelukkig hebben we dit alles weer verwerkt en inmiddels lonkt de lente en daarmee het voetbal. Ik ben in mijn hoedanigheid als voetballer toch wel enigszins geprikkeld en aas naar eerherstel. Voetbalgoeroe en megavedette Bossie vergeleek mijn Schiermonnikoogse voetbalcapriolen immers met de plaatselijke strandpalen en dat komt toch hard aan wanneer zo’n voetbalkenner dat over je schrijft.

En dat terwijl ik mij nog wel zo voor hem heb weggecijferd. Je weet wel hoe dat gaat, twee kapiteins op één schip, dat werkt niet. Bossie zou het vuile werk toch nooit opknappen dus liep ik al die gaten maar dicht. Een goede Wouters was in zijn beste jaren toch ook onzichtbaar?

Nou weet ik waarom Bossie zich zo vaak onbegrepen voelt. Persoonlijk zie ik hem dan ook liever schrijven dan voetballen. Maar zo’n opmerking prikkelt je toch want vroeger behoorde je tot het Middelstummer elitekorps en werd je voortgedreven door het ‘Gaan-Gaan’-gebulder van Hazeveld.

Heel in de verte gloort het eerste elftal weer en zie ik een trotse Gerke Kersaan met een journalist van de Ommelander Courant kwalmen over één van de sterkste assen van 4C bestaande uit Verkerk, Pool, de onder nummer tien als vanouds bezielend spelende, alles opeisende en met slimme steekpassjes strooiende Koster en de immer zuigende, provocerende, de tegenstander gele kaarten aansmerende, swalbes makende, door zijn medespelers niet begrepen, maar bij het eigen publiek o zo populaire megavedette Eric ‘Cantona’ Bossie in de punt, op de vleugels geflankeerd door de waterdragers Medema en Steendam.

TRINGGGGGGG. De wekker stoort mij in deze prachtige Marco Borsato droom, die ongetwijfeld weer bedrog zal blijken te zijn. Het is maandagmorgen half acht en ik heb nog een half uur om mij voor te bereiden op het wekelijkse hoogtepunt van het dienstwezen, te weten het rondje Alfa. Hierbij heb je 4,2 kilometer de tijd om je het snot voor de ogen weg te rennen. Ik heb hier vrij veel problemen mee want ik ben tegenwoordig zelden verkouden.

Maar zulke activiteiten leveren weer sterke dienstverhalen op die ik later aan mijn kleine Prikkies kan vertellen. ‘Vroeger toen pappa nog in dienst zat’, enz. enz.. Al filosoferend kom ik tot de conclusie dat het leven vol verrassingen en uitdagingen zit. Ik snuif nog eens diep en ik weet het zeker. Het wordt weer lente in de ogen van de……

Mr. (Anti) Prikke(sl/b)ee(ër)n alias sergeantje P…..

 

 

Bert Koster
Middelstum
info@bert-koster.nl
bertkoster1@gmail.com
www.bert-koster.nl
06-51715098
0595-552405
KvK nummer: 57250278
BTW nummer: NL001445322B69