Kunt u zich heel kort even voorstellen?
Mijn volledige naam is Jantje van Houten-Senneker, roepnaam Jannie. Ik ben 70 jaar en geboren en getogen in Westerwijtwerd. Ik was de oudste dochter uit een gezin van 5 kinderen. Mijn ‘vader’ was arbeider, hij heeft onder andere bij boer Klugkist in Westerwijtwerd gewerkt.
Ik was 17 jaar toen ik uit huis ging. Ik wilde namelijk ziekenverzorgster worden en deze opleiding was in Zuidhorn. Ik heb hierdoor ook 2 jaar in Zuidhorn gewoond. Daarna volgde 1,5 jaar Drachten en nog enige jaren op een flatje in Appingedam vlakbij Solwerd. Hier heb ik tot januari 1971 gewerkt. Ik ben in 1970 getrouwd en we zijn in Stedum gaan wonen.
Eerst aan de Bedumerweg, later aan de Weersterweg om vervolgens in december 1988 vlak voor kerst naar de Bedumerweg terug te verhuizen. We wonen al jaren met heel veel plezier en met een prachtig uitzicht op nr. 50. Stedum is een mooi dorp om te wonen, jammer dat alle winkels weg zijn. Gelukkig heb ik op 48e jarige leeftijd nog mijn rijbewijs gehaald en dus kan ik mooi zelf met de auto boodschappen halen.
Wat is uw burgerlijke staat?
Ik ben op 10 september 1970 getrouwd met Klaas van Houten. Mijn ‘vader’ was destijds bij timmerman Mars aan het werk en daar werkte Klaas ook. Klaas heeft nog een schuur bij ons huis gebouwd en hierdoor raakten we in contact. Hij heeft wel eens verteld wat hij dacht toen hij mij voor het eerst zag: “Hé, wat een mooie meid!’. Pa Senneker bracht mij vroeger regelmatig op zijn brommer naar de bushalte op Fraamklap maar dit heeft Klaas op den duur overgenomen.
Het 2e afspraakje verliep trouwens via jouw ouders want bij ons thuis hadden we geen telefoon. Klaas belde toen met kruidenier Koster die al wel een telefoontoestel had. Jouw vader klopte toen bij ons aan met de mededeling dat hij een telefoontje voor mij had…
Dit leidde uiteindelijk tot het rijke bezit van 4 kinderen: 3 zoons en 1 dochter. Hierdoor zijn we inmiddels ook opa en oma geworden van 7 kleinzoons, 1 kleindochter en 2 bonuskleinkinderen. Een van onze kleinzoons, hij woont vlakbij ons in Stedum, is genoemd naar zijn biologische opa: Justen Harvey. Dit vinden we geweldig!
Wat is uw voormalig beroep?
Ik ben dus al met al 7 jaar ziekenverzorgster geweest op 3 verschillende plekken. Na ons trouwen heb ik nog 3 maand doorgewerkt want ik wilde zelf graag het geld voor een nieuwe wasmachine bij elkaar sparen. Begin 1971 ben ik met werken gestopt. Toen was ik ook zwanger van ons eerste kind. Daarna runde ik dus het huishouden.
Toen de kinderen groter werden, ging ik 3 ochtenden in de week huizen schoonmaken hier in Stedum. Dit heb ik tot mijn 65e gedaan al beperkten deze werkzaamheden zich op het eind wel tot één ochtend in de week. Mijn man is zijn hele werkzame leven timmerman geweest. Op zijn 52e is hij nog voor zichzelf begonnen.
Hoe bevalt het gepensioneerd zijn?
Van een officiële pensionering is dus geen sprake geweest. Maar ik heb mij nooit hoeven te vervelen hoor. Zo heb ik 25 jaar vrijwilligerswerk gedaan voor de bibliotheekbus in Stedum, hier heb ik nog een zilveren speld voor gekregen. Verder mag ik graag lezen en puzzelen en geniet ik van het buitenleven. We hebben een mooie bloementuin, hier kan ik mij met mijn ‘groene vingertjes’ helemaal in uitleven.
En inmiddels staat er op de kilometerteller van mijn elektrische fiets al weer 5.000 km. Ik vlieg overal heen met de fiets, naar Bedum, Loppersum of Appingedam, dat maakt mij niet uit. En na de zorg voor de kinderen passen we nu regelmatig met heel veel plezier op de kleinkinderen.
Wat zijn de hoogtepunten uit uw leven?
Mijn trouwdag en de geboorte van de kinderen en kleinkinderen. Het moment dat ik voor het eerst iets meer over mijn biologische vader te weten kwam, beschouw ik ook als een hoogtepunt uit mijn leven. Dat was in 1986, mijn echte vader was toen al overleden. Maar via zijn zuster ben ik het nodige over hem te weten gekomen, hierover later meer….
En de dieptepunten?
Ik was 16 jaar toen mijn opa Zigterman overleed. Hij woonde in het witte huisje achter het huiskamercafé van Tinus en Eke aan het Westerwijtwerdermaar. Het ging heel snel. Hij kreeg een griepaanval en was binnen een week weg. Hier ben ik heel verdrietig om geweest. Mijn eerste 4,5 levensjaren woonden mijn moeder en ik bij opa en opoe Zigterman in. Ik kan mij op latere leeftijd nog mooie fietstochten met opa herinneren.
Mijn moeder Mina Zigterman is in 1984 overleden, 9 maanden later volgde pa Senneker. In 2003 overleed mijn jongere zus Kia aan de gevolgen van kanker.
Heeft u nog anekdotes en mooie verhalen?
Vroeger woonden er nog vele jonge kinderen in Westerwijtwerd. We waren dus vaak buiten aan het spelen. Wanneer ik eens ruzie had dan werd mij wel eens toegebeten: “Ha, doe bist lekker een onechte!” Dit speelde begin jaren ’50 van de vorige eeuw. Ik heb altijd wel doorgehad dat er wat speelde maar er werd thuis nooit over gepraat. Ik heb opa Zigterman er wel eens naar gevraagd of pa Senneker mijn echte vader wel was. “Niet over praten!”, zei hij tegen mij…
Toen ik een jaar of 13, 14 was heeft mijn moeder het aan mij verteld dat ik van Canadese afkomst ben. Daarna werd er verder niet over gesproken en ik durfde niet verder te vragen. Toen ik eens in het dressoir aan het rommelen was, kwam ik in een tas een label tegen met daarop vermeld: Harvey C. (Clayton) White, St Marys, Ontario, Canada. Ik wist het direct, ‘Dit is mijn vader!’ Toen ik later nog eens naar de tas zocht, was deze verdwenen.
Na ons trouwen en de geboorte van de kinderen moest ik steeds vaker aan hem denken, zonder er iets mee te doen. Toen moe in 1984 overleed, ruimden Kia en ik haar spullen op. In een doosje met zakdoekjes kwamen we de label weer tegen, moe had hem dus altijd bewaard. Ik heb daarna pa Senneker nog gevraagd of hij meer van mijn biologische vader af wist. Hij werd bijna boos: “Ben ik niet goed genoeg voor je geweest?!” Daarmee was de kous af en we hebben het er nooit meer over gehad. Een jaar later overleed hij ook.
Medio jaren ’80 zag ik een programma van de NCRV, genaamd ‘Rondom 10’. Die aflevering ging over bevrijdingskinderen. Hierdoor besloot ik om een brief te sturen naar de NCRV waarin ik mijn verhaal uit de doeken deed. Ik kwam vervolgens in contact met Olga Rains, een Nederlandse vrouw die getrouwd was met een Canadese soldaat en die in Canada woonde. Toen zij ooit eens tijdens een Bevrijdingsdag in Nederland op vakantie was, zag ze langs de kant van de weg mensen staan die een bordje omhoog hielden met daarop de tekst ‘Are you my dad?’ Toen besefte ze hoezeer dit thema leefde in Nederland en besloot ze zich voor deze mensen in te zetten.
Voor haar gingen in Canada deuren open die voor ons gesloten waren. Zij kwam er al snel achter dat Harvey niet meer leefde en in 1977 overleden was. Maar zij bracht ons wel in contact met de zuster van Harvey, Gertrude genaamd. Wat volgde waren vele brieven over en weer en ik kreeg zelfs een foto van hem. Toen wist ik eindelijk hoe mijn echte vader er uit gezien had. Je zult straks wel zien dat onze oudste zoon Eddy de nodige trekjes van Harvey heeft meegekregen. Gertrude heeft ooit wel eens geschreven dat ze wilde dat we dichter bij elkaar zouden wonen……
Het heeft heel lang geduurd voordat ik het aangedurfd heb om naar Canada te gaan. Ik had namelijk heel veel last van vliegangst. Maar toen mijn kinderen bleven aandringen en opmerkten dat zij ook wel mee wilden gaan, hebben we in 2005 de stap gewaagd. Alleen dochter Mieke is niet mee geweest, zij was hoogzwanger. Hiervoor in de plaats ging een schoondochter mee. Over de vliegreis kan ik ook nog wel hele verhalen vertellen, maar dit terzijde.
In Vancouver hebben we een grote camper gehuurd en vervolgens hebben we 2800 kilometer gereden, o.a. via de prachtige Rocky Mountains, naar Yukon/Destruction Bay. Destruction Bay is een plaatsje met 50 inwoners, gelegen in de wildernis. Het was de plaats waar mijn echte vader gewoond en gewerkt heeft. Door gesprekken met zijn zuster en met mensen die hem gekend hadden of met hem hadden gewerkt bij de aanleg van de ‘Alaska Highway’ kwamen we meer over Harvey te weten.
Na een lange tocht kwamen we uiteindelijk aan op de begraafplaats waar hij in 1977 is begraven door een Belgische pater. Harvey is op 64- jarige leeftijd overleden aan de gevolgen van nierkanker. Hij is altijd vrijgezel gebleven en leidde dus een teruggetrokken leven. Misschien heeft hij na de indrukwekkende oorlogsbelevenissen wel nooit meer zijn draai kunnen vinden. Het was een emotioneel moment toen we zijn graf ontwaarden, er ging heel veel door mij heen en er kwamen de nodige emoties los.
Ergens was ik ook wel een beetje kwaad, dat ik nooit in de gelegenheid geweest ben om hem te leren kennen. Maar ik had ook gevonden waar ik zo lang naar had gezocht. Daardoor ben ik rustiger geworden. Het is net alsof ik door het bezoek aan zijn graf een belangrijk hoofdstuk in mijn leven af heb kunnen sluiten. In Nederland had ik al een plaatje van titanium laten maken met daarop vermeld: ‘Lots of love. Your Daughter Jannie from Holland.’ Dit plaatje hebben we op zijn grafsteen gemonteerd… We toerden in 2005 3 weken door Canada. Het heeft ons 1500 foto’s en 12 uur filmmateriaal opgeleverd. In 2007 zijn we nog eens teruggegaan naar Harvey zijn inmiddels overleden zuster. Met Gertrude hebben we toen nogmaals vele gesprekken gevoerd.
Stukje bij beetje ben ik in de loop der jaren meer over Harvey te weten gekomen. Hij diende als vrijwilliger (!) bij Perth Regiment. Dit Regiment is via Arnhem/Apeldoorn Nederland binnengekomen. Daarna volgde een tocht naar Noord Nederland. Ze zijn om Groningen heengetrokken richting Spijk/Delfzijl, onderweg is er zwaar gevochten. Mijn moeder was in die tijd dienstmeid bij een gezin in Groningen aan de Turfsingel. In Groningen hebben ze elkaar in mei 1945 leren kennen. Negen maanden later ben ik geboren…
Wat zou u ooit nog willen doen in uw leven?
Ik vind het al heel mooi dat we er regelmatig met onze camper op uit kunnen gaan. Tegenwoordig gaat er geen vakantie meer voorbij zonder een bezoek aan een oorlogsbegraafplaats. Vorig jaar zijn we bijvoorbeeld naar Bergen-Belsen geweest, dit jaar gaan we naar Normandië in Frankrijk. Ook een bezoek aan Auschwitz staat nog op ons lijstje. We reizen als het ware de oorlogsgeschiedenis achterna.
Verder gaan we ook regelmatig met de camper naar Duitsland maar een vliegvakantie naar Tenerife vinden we ook heel mooi.
Waar heeft u spijt van gehad in uw leven?
Door mijn vliegangst heeft het heel lang geduurd voordat we uiteindelijk naar Canada gegaan zijn. Maar of ik hier nu zo’n spijt van heb, het feit lag er nu eenmaal. Wel heb ik af en toe zoiets van ‘had ik het maar eerder aan mijn moeder gevraagd hoe het nu met mijn echte vader zat’ maar er werd thuis niet over gepraat en ik durfde het haar niet te vragen. Overigens ben ik eerst als Jantje Zigterman op het gemeentehuis aangegeven. Nadat mijn moeder met Senneker trouwde is mijn naam op 4 jarige leeftijd veranderd in Jantje Senneker.
Wat zou u uw leven voor een cijfer willen geven?
Doe maar een 8. Ik ben gezond en heb alles wat mijn hartje begeerd.
Wilt u verder nog iets kwijt?
Ik ben blij dat ik nu leef en vrijuit praten kan over alles wat mij is overkomen. Toen ik jong was, voelde het toch een beetje als een ‘schande’. Zo werd er althans door de buitenwacht vaak over gesproken. Mijn moeder moest bijvoorbeeld alvorens ik gedoopt mocht worden eerst een schuldbekentenis af leggen tegenover de gemeente. Maar nu ben ik heel trots op het feit dat ik een halve Canadees ben en dat mijn biologische vader meegeholpen heeft om Nederland te bevrijden! Dat had ik mijn moeder graag nog willen vertellen: ‘Ik ben een product van de Tweede Wereldoorlog, een bevrijdingskind, en daar ben ik heel trots op!’