Woensdag 13 november behoorde niet tot de meest prettige dag van mijn vaders leven. Hij moest op zijn oude dag naar het ziekenhuis om 2 kiezen te laten trekken. Deze sterke man blijkt ook een sterk gebit te hebben en zijn kiezen laten zich niet zo maar trekken. Zelfs niet door Harry, daar was dus meer voor nodig. Mans ietwat broze gezondheid zal hier ook wel mee te maken hebben gehad. En zo toog ik die woensdag met mijn vader naar het UMCG.
Hij moest er om 11.00 uur zijn. Maar hij was niet zo maar aan de beurt, daar moest hij wel wat voor doen. Eerst een foto, toen bloedprikken en toen maar rustig wachten tot 13.00 uur alvorens hij van zijn kiezen kon worden verlost. Het zenuwgestel van pa kreeg het dus ook nog eens voor zijn kiezen. Rustig afwachten dus maar in de wachtkamer, je verandert er toch niets aan.
Ik ging op zoek naar wat literatuur om de tijd te doden (macabere woordspeling in een ziekenhuis) en kwam terug met een vrouwenblaadje waar ik nog nooit van gehoord had (met op de voorkant een vrouw in bikini op het strand) en de Quote waar mijn vader zich direct over ontfermde. Daarmee mij veroordelend tot de Grazia. Ik stortte mij dus op de roddelverhalen over Rafael van der Vaart die het weer doet met de ex van Boulahrouz. Zij meende zwanger te zijn, hij wist van niets of iets in die trant. Verder nog een verhaaltje over stoute seksverhaaltjes van vreemdgaande vrouwen. Vreemd om dit aan het papier toe te vertrouwen en op te sturen, denk ik dan. Maar de belevenissen van een vrouw wiens vaste fysiotherapeut vervangen werd door een knappe, jonge en mannelijke collega waren best wel opwindend.
Maar wat er ook omhoog kwam borrelen, geen column. Want ergens had ik gelezen dat verveling een speling der natuur was ter bevordering van de creativiteit. Achteraf gezien is dit dus ook zo geweest. Opgewonden werd ik wel van het feit dat het inmiddels al ver naar 1-en was. Het narrowcastingonline (dankzij Stefan Hemmes van deFine weet u binnenkort precies wat dit inhoudt) had ik op den duur ook wel gezien, daar kunnen ze ook wel wat meer variatie in aanbrengen om het wachten wat te veraangenamen. Een grappig tekenfilmpje of zo om de spanning wat te verminderen. Dat ontspant meer dan het bericht dat de parkeertarieven per 18 juni fors verhoogd zijn. Dit bezoekje gaat pa dus weer veel geld kosten, dacht ik…
Maar tegen half twee was het eindelijk zover en werd vader meegenomen voor zijn behandeling. Ik wist een probaat middel tegen de ontstane wachttijdergernissen. Eerst maar eens een broodje ei halen bij de AH (tja, zo’n Grazia maakt je op meerdere manieren hongerig) en daarna maar even door het ziekenhuis struinen. Op den duur prijs je je vanzelf wel gelukkig dat je hier alleen maar hoeft te wachten en er niet zelf hoeft te liggen. Her en der zag ik bezorgde gezichten, af en toe schuifelde een patiënt met een infuus langs.
De vrouw in haar oliebollenkraam had het niet echt druk en keek verveeld om zich heen. De ballonnenverkoper wist daarentegen een hele mooie ballon aan een vrouw te verkopen. Zou die voor haar zieke kind zijn? De Fonteinstraat deed zijn of haar naam eer aan. Wat een mooie constructie. Op de zijkant van de fontein had iemand een papiertje geplakt. Dat ze hier graag met haar moeder naar toe mocht gaan om te kijken. Maar dat ze het jammer vond dat de bodem van de fontein van zeil was. Hierdoor ontstaan roestplekken afkomstig van de muntstukken die mensen in de fontein gooien, aldus de schrijfster.
Een blik op de bodem leerde mij dat ze gelijk had. Waarom zouden mensen geld in de fontein gooien? Om een wonderbaarlijk en voorspoedig herstel af te dwingen? Tja, voor velen is het UMCG natuurlijk een soort van Lourdes. Men hoopt door een behandeling herstel af te kunnen dwingen. Voor anderen is dit ziekenhuis het voorportaal van de dood, zo somberde ik, wanneer ze een zware onheilstijding aan moeten horen….. Een stadje of groot dorp an sich, van alle gemakken voorzien. En een wonder der techniek met zelfs een eigen traumahelikopter op het dak ter beschikking.
Het was derhalve tijd om na deze sombere gedachten te kijken of vader klaar was. En dat was gelukkig het geval. Veel had hij in elk geval niet meer te koop. Gelukkig begon hij weer te lachen toen de behandelend arts hem vroeg of het wel goed met hem ging, dit omdat hij zo stil was. ‘Ik ben nu eenmaal een stille klant’, zo lachte hij en inderdaad als een boer met kiespijn. Na nog wat pijnstillers te hebben gehaald bij de apotheek was het de hoogste tijd om weer naar huis te gaan. Ziekenhuizen, mooi dat ze er zijn. Je moet er alleen niet al te vaak hoeven te komen….