Daar zit je dan. Aan je eigen tafel. In je eigen huis. Hij staat anders dan eerst. De keuken is ook gespiegeld. Al een paar keer een restje uit een mok op de kookplaat in plaats van in de gootsteen.
Het is ronduit gek en het begon al in januari 2018. Na een korte maar pittige verbouwing hadden we ons huis, ons thuis in Middelstum redelijk op orde. Maar er was onduidelijkheid over de bevingsbestendigheid van het geheel.
Toen, 2018, leek het er nog op dat alle huizen deur voor deur aangepakt zouden worden. Er kwamen pilots en proeven. Zoals altijd om van te leren en snelheid te kunnen maken. Snelheid… Het is december 2025.
We hebben ons leven geleefd. Kinderen gekregen. Beide thuis. Onder het plafond dat ik er met Meindert in timmerde. Op de vloeren die we er samen in maakten. Met licht uit de lampen die we plaatsten en aansloten. Want zo doe je dat met een eigen huis. Je koopt. Begint. En blijft bezig. Altijd wat te onderhouden of verbeteren.
Maar het leven werd voor een groter deel dan ik me besefte bepaald door anderen. Wat kon wel, wat mocht niet. Wanneer krijg je meer terug dan je had en moet je dus bijbetalen. En wanneer moet het nu eenmaal anders omdat het huis “op norm” moet en daar valt niet mee te marchanderen.
Het programma heette EI. Als in een afkorting voor Eigen Initiatief. Het eerste mailtje waarmee we ons aanmelden was dat. Pas aan het eind met kundige hard werkende mensen over de vloer en op kantoren van lokale ondernemers kwam dat gevoel weer terug. Maar wel altijd met een organisatie die, onbewust lijkt het, van de machtspositie die zij heeft over je schouders mee kijkt. Mee kijkt in en rond jouw huis. Wat hopelijk weer een thuis wordt.
Intussen merk je dat iedereen er op zijn manier iets van vindt. Een nieuw huis in een buurt met wat we nieuwbouwhuizen noemden. De anderen inmiddels 25 jaar ouder dan die van ons. Niet omdat wij dat zo wilden maar omdat het moest. Versterken tegen de regels van toen was geen optie. Dus op de bestaande fundering nieuw. Er was feitelijk geen weg terug, dus we moesten vooruit.
Intussen gaat het leven dus voort. Kinderen, andere banen. Thuiskomen in het Westerkwartier. Met toffe mensen om me heen. Grote uitdagingen maar ook kansen. In (zoals Meindert dat ooit tegen Hennie Hemmes zei) de mooiste hondenbaan van de wereld. Een baan volgens sommigen. Volgens anderen een roeping. Ik behoor tot de laatste overtuiging.
Dank aan al die mensen in het Westerkwartier voor de warme ontvangst. De oprechte betrokkenheid bij de omgeving en de wil om mij en anderen te wijzen op wat een overheid doet. Goed maar vaak ook fout. Met vallen en opstaan. Waarbij de obligate maar wel kloppende tekst vaak is dat het vallen niet erg is maar het niet weer opstaan wel.
Dus dank Ard, Bert, Harry, Hans, Richard en Marjan. Maar ook al die anderen, teveel om op te noemen. Wat een mooie mensen. Marjan ontviel ons en Richard trad in haar plaats. Begin deze zomer werd Harry ziek. Het ga je goed kerel. Verstandig en vol waardering hoe je in die moeilijke tijd direct de stap zette naar thuis en het gezin. Dat wat het meest waardevol is en zou moeten zijn.
En dan is het verhaal dus ook al weer een beetje rond. Thuis en het gezin. Wij mochten bijna 2 jaar lang op een heel bijzondere plek wonen. Mede dankzij hele lieve en zorgzame achterburen werd het een feest. De kinderen vergeten Chico, Wonder, Jannes en Trixie nooit weer. Ik vooral die nacht niet dat Chico tijdens het voeren dacht wel even uit de stal te kunnen stappen. Beest stond ineens achter me terwijl ik met moeite een tot baal gedraaide bult gras los stond te punniken met een drietand. We keken elkaar aan en….Chico draaide zich om en stapte rustig de stal weer in. Pfff.
Of dat moment in het voorjaar dat de buurtjes een lang weekend weg waren en de schapen mogelijk gingen lammeren. En ja hoor. Mekker werd geboren. Zo genoemd door Tatum en Thoas. En het schaap deed de naam eer aan. Het groeide de maanden daarna zo’n beetje bij Tatum op schoot op. “Papa mag ik nog even in de wei”. En nu nog, nu het een volwassen schaap is herkennen ze elkaar direct. Hoe bijzonder.
Ook de rondjes van 2,5 kilometer grasmaaien met een podcast op de oordoppen blijven me bij. Rondom die schitterende Boerderij. Die Lammert naliet met de eis en verplichting dat er goed voor gezorgd zou worden. Lammert heeft het kunnen zien. Het gebeurt.
En dan dus rijden de Jongens van Koning weer voor. Alles past nog steeds in anderhalve vrachtwagen. We zijn weer terug. De tuin moet nog maar dat komt vast ook goed.
Nu werken aan een nieuw thuisgevoel. Het is er nog niet moet ik bekennen. Het was er in 2017 ook niet direct dus we geven het tijd. Maar kinderen worden er niet meer geboren. Het plafond is niet meer dat wat ik er met Meindert in maakte. De bank staat anders. De geluiden en de geur zijn anders. Het is onvoorstelbaar wennen.
En tegelijk hoor ik ze denken. En denk ik het zelf hardop ook: Niet zeuren Schollema, je hebt toch alles nieuw… Ja precies…
Begrijp me goed. Het is geen klaagzang. Ik hoef geen medelijden. Ben technisch trots op wat Zomerdijk, Boer, van Dijken, Jansen, Hes en alle anderen er van gemaakt hebben. Meindert zou trots zijn geweest op wat we er met veel inspanning van gemaakt hebben.
En toch vraag ik iedereen in wat we tegenwoordig het bevingsgebied noemen, wat na 16 augustus 2012 nooit meer hetzelfde zal worden. Waar dingen verdwijnen en dingen ontstaan maar waar vooral nog steeds levens geleefd worden. Denk een beetje om elkaar is wat ik vraag. Besef dat er achter ieder succesje in dat dossier een wereld schuilt van papier en tranen.
Met dat doel en vele andere zal ik ook in 2026 weer op alle fronten mijn beste been voorzetten. Het doel om anderen te helpen waar dat kan. Kritisch te zijn en blijven op wat er ook maar gebeurt of gezegd wordt. En hoop te houden dat wat ze zongen “het leven is wat je overkomt terwijl je andere plannen maakt” ook in 2026 goede wendingen voor een ieder mag hebben.
Benieuwd wat het ons en mij gaat brengen. Nieuwe kansen. Politiek en anders. Aanpakken, doorzetten. En genieten. Of het nu alleen op de dijk, samen in de vouwwagen, met fantastische collega’s op het werk of nieuwe ontmoetingen in de reële economie is… Ik ga ervoor, wie doet er mee?
Was getekend, (er is altijd een Plan)B