Vorige week werd ik overvallen door een telefoontje. Of ik nog belang had bij enige vrijkaartjes voor Melrose die twee dagen later op zou treden in Grandcafé Koning in Bedum. Die optredenpost had ik uiteraard langs zien komen zonder dat het op dat moment tot snode stapplannen leidde. Maar tot mijn verrassing zei ik, na mijn verbazing overwonnen te hebben voor deze mooie geste, volmondig ja. En de overige kaarten raakte ik dankzij wandelclub ‘Boys on tour’ en drie buurmannen verrassend snel kwijt. De vrije zaterdag die in het verschiet lag voor ons allen was daar ongetwijfeld debet aan.
De vrouw was zo aardig om ons rond negenen naar Bedum te brengen. Daar werden we verwelkomd door Daan en Linda en tevreden zegen wij neer aan een tafeltje vlakbij de dansvloer. De eerste biertjes werden gretig naar binnen getikt en de volgende volgden rap. Dat was ook wel nodig want Middelstum was eerder die dag wereldnieuws geworden doordat de baanveger op de ijsbaan door het ijs zakte en ‘een verdieping lager’ strandde. Dat werd er door de makelaar en zijn kantoorbuurman natuurlijk wel even ingewreven. Doet niets, het volgende rondje verzachtte het leed enigszins en daarbij zijn we de schaamte allang voorbij natuurlijk.
Ondertussen zag ik steeds meer bekende gezichten. Die blonde dame bijvoorbeeld, bij welke bekende Beemer hoorde zij ook al weer? En die man daar aan de zijkant, die komt mij ook zo bekend voor. Verrek, dat is inderdaad de installateur die leraar werd. Even later kwam ik zijn opvolger op de adverteerderspagina tegen. Kooijmans Kalkvrij maakte deze avond vol ontspanning even zichzelf blij. Bij het zien van bepaalde gezichten moest ik nog even terugdenken aan enige interviews voor de Winterloopkrant en dat leidde tot mixed emotions.
Tijd om daar lang over na te denken was er niet want tot mijn grote verrassing en blijdschap zag ik Gerrit lopen en ik zei tegen hem wat ik daarbij voelde: ‘Ah, ouwe reus!’ Om hem vervolgens mee te trekken naar buurman Wim die volgens eigen zeggen vroeger in Fame wel een middenklasser verzopen heeft. Gelukkig is ie tegenwoordig van het openbaar vervoer maar de vreugde van het weerzien was er niet minder om.
Eén uitspraak van Gerrit zal ik nooit vergeten en dat was dat hij een volle Fame-dansvloer vol met blijde en dansende mensen het mooiste vond in zijn horecaleven. Wat dat betreft zal hij vrijdagavond genoten hebben. Inmiddels begon de roes van weleer in te treden en ik durfde een van de stralende sterren van vroeger uiteindelijk aan te spreken met de vraag of ze mij destijds daadwerkelijk zo irritant vond als dat ik dacht dat ze mij vond. Het antwoord was niet verrassend maar het complimentje daarna stak ik dankbaar in mijn broekzak.
Na een klein knuffeltje van een van de liefste vrouwen van Beem wist ik het zeker, ‘Tonight’s gonna be a good night!’. Of was het Melrose die dit nummer tijdens hun eerste set ten gehore bracht? Tijd om er over na te denken was er niet want voor de tweede keer in 24 uur kwam ik Karen van het Steakhouse tegen. Gevolgd door Hans van het Bedrijvenvoetbal en de Klantverhalen. En daar liep ik na een toiletbezoek de oud-voorzitter en gastcolumnist tegen het lijf. En hoe heette die man van BMAT ook al weer?
Die vraag kan ik nu pas beantwoorden maar het administratieve geweten van de mollenvanger herkende ik vervolgens wel weer direct. Daarover kon u gisteren al een leuke Nieuwsflits lezen, over mooie bedrijfsontwikkelingen. En wie vertelde mij ook al weer dat die vrouw naast haar de antieken dochter was? Dat had hij of zij beter niet kunnen doen want ik vermoed dat zij mij inmiddels een irritant mannetje vindt die in haar vader’s zaak niet zou misstaan.
Inmiddels zag ik tot mijn verrassing de immer goedlachse concullega Walraven en zijn crew binnenschuiven, inclusief kokneef zelf. Ook weer zo’n bijzonder momentje. En dat die mooie brunette van 26 uit Schildwolde kwam en er met haar tweelingzuster was, kan ik mij ook nog goed herinneren. ‘Maar ik ga nu weer naar mijn vriendje hoor!’ Ik wist mijn plaats weer. De zoon van zanger Wim en zijn partner waren er ook en het was maar goed dat ons vlaggenschip niet hoefde te voetballen. ‘Maar anders was ik hier niet geweest hoor…’
Set twee was al een mooi eind heen en het was maar goed dat buurman’s dochter, tevens Bob, ten tonele verscheen, anders had ik nu misschien nog wel op de dansvloer gestaan. Dat was wel een van de grootste pluspunten van deze avond want hoe vaak heb ik wel niet tot 05.00 a 05.30 uur op die aardige taxichauffeur uit Winsum moeten wachten? De man waarvan ik op de heenreis hoorde dat hij ons nog niet zo lang geleden ontvallen is.
Er is een jaar geweest, 1993 om precies te zijn, dat we echt vijftig weekenden per jaar vanuit The Rising Sun naar Fame gingen. Ook al was het soms al 02.30 uur en ging Gerrit’s toko bijna weer dicht. Nu lag ik rond die tijd op bed. Er was nog een aanzienlijk verschil met die turbulente stapjaren van weleer. Want waar de eeuwige jachtvelden in die tijd solo werden verlaten, hoorde ik nu de rustige ademhaling van mijn mooie vrouw. Ze had wel meteen door dat de drankjes rijkelijk gevloeid hadden want het viel niet mee om mij van mijn uitgaanstenue te ontdoen.
Ik wilde haar nog vertellen over die en die en dat die er ook was en dat de dame die mij vroeger nooit zag staan mij nu vriendelijke groette maar ik gleed al snel weg in een diepe droom waarin ik terugkeerde naar Grandcafé Koning, eh Koning, eh, nee, naar Fame in Beem natuurlijk! Want was het een topavond, zeker voor herhaling vatbaar. Gelukkig heeft Martin nog enige muntjes overgehouden….