Kunt u zich heel kort even voorstellen?
Geert Wieringa is ook mijn volledige naam. Ik ben op zes november 1955 geboren in Huizinge, aan de Hoofdweg nummer elf om precies te zijn. Als telg nummer zes uit een arbeidersgezin van tien kinderen. Mijn oudste broer overleed toen ik nog niet geboren was, hij mocht slechts vier jaar worden. Ook broer Jan is al op jonge leeftijd overleden. De rest van mijn naaste familie woont allemaal redelijk in de buurt. Drie van mijn broers wonen nog steeds in Huizinge, waarvan één in het ouderlijk huis. Mijn vader was arbeider bij boer Ubbens die aan de Delleweg een gemengd bedrijf had. Het waren fijne mensen, ik ben er vaak geweest.
Ik kan terugkijken op een leuke jeugd ondanks dat het voor mijn ouders lastig was om de eindjes aan elkaar te knopen. In Huizinge was toen veel jeugd, we gingen vaak met een koppeltje kinderen op de fiets naar school. Na schooltijd stond er thuis een kopje thee met een meelkoekje klaar, vervolgens overall en laarzen aan en naar buiten.
In het voorjaar de landerijen in om eieren te zoeken of een slootwal uit te branden. Ook in de droge gracht bij de kerk waren we vaak te vinden. We speelden meestal buiten op straat. Wanneer er eens ergens wat gebeurd was waar de politie aan te pas moest komen dan kwamen ze vaak eerst bij de familie Koopman en Wieringa. Vaak kwam de dader van het kattenkwaad of iemand die er iets van wist wel uit één van deze twee grote gezinnen.
In mijn begin twintiger jaren ben ik op mezelf gaan wonen.. Ik kon aan de Torenstraat 4, daar waar nu Frank Konneman met zijn gezin woont, een huisje huren van Van Zanten. De huur van ik geloof 25 gulden, bracht ik dan aan het eind van de maand naar hem toe. Voordat ik er introk heeft bakker Lalkens, voorheen bakker en kruidenier te Huizinge, nog het nodige verfwerk in het huisje verricht. Deze klusjes deed hij wel vaker bij mensen.
In 1980, na ons huwelijk, zijn we aan de 2e BE-Dwarsweg gaan wonen. Daar hebben we een hele gezellige tijd beleefd. Na vier jaar volgde een verhuizing naar de Florastraat en nog weer vier jaar later kochten we ons huis aan de Boerdamsterweg. Deze namen we over van de familie Stol. Sinds een maand wonen we aan de Oostrand in een tijdelijke woning. Als alles meezit dan kunnen we over een jaar terugkeren naar een compleet nieuwe woning en zijn we van het gas af.
Wat is uw burgerlijke staat?
Ik ben op 12 december 1980 getrouwd met de uit Middelstum afkomstige Gonnie Buikema. Ik kende haar al vanuit de tijd dat we samen op jeugdkoor zaten. Ik heb haar een keer mee uit gevraagd en we kregen verkering. Vlak voordat ik met mijn broer tijdens een vakantie op familiebezoek ging in Canada, heb ik het uitgemaakt. Dat vond ze toen een rotstreek en dat was het natuurlijk ook.
Na terugkeer kwamen we elkaar weer regelmatig via het jeugdkoor en in Vita Nova tegen en is het gelukkig uiteindelijk allemaal goed gekomen. Na een verloving van een jaar volgde een mooie bruiloft in Vita Nova. Het muziekbandje had toen maar nauwelijks tijd om te spelen, zoveel stukjes werden er opgevoerd. We hebben er hele mooie herinneringen aan.
In 1982 diende Gert-Jan zich aan, we woonden toen nog aan de 2e BE-Dwarsweg. Annelies (1985) en Marieke (1987) zijn aan de Florastraat geboren. Daarna verhuisde het hele gezin Wieringa dus naar de Boerdamsterweg. Gert-Jan en Annelies wonen nog steeds in Middelstum, Marieke is naar Groningen verhuisd. Alle drie hebben ze twee kinderen gekregen waardoor wij nu de trotse opa en oma van zes kleinkinderen zijn, in leeftijd variërend van vijf tot veertien jaar oud. We hebben vijf kleindochters en een kleinzoon.
Wat is uw voormalig beroep?
Ik had vroeger geen flauw idee welk beroep ik zou kiezen. Na de lagere school ben ik naar de MAVO in Middelstum gegaan. Ik was een middelmatige, ietwat verlegen leerling met een zeven als gemiddeld eindexamenresultaat. Toch heb ik vijf jaar over deze school, voorheen ULO geheten, gedaan. In de derde klas vond ik het voetballen erg belangrijk en schoot het huiswerk er steeds vaker bij in. Ik gooide er dus met de pet naar met als gevolg dat ik een jaartje ben blijven zitten.
Na de MAVO was ik er ook wel klaar mee, alhoewel ze mij toen wel adviseerden naar de HAVO te gaan, maar ik had nog steeds geen idee over hoe of wat. Ik ben toen eerst een tijdje bij boer Westing in Huizinge aan het werk gegaan en schreef mij in bij het arbeidsbureau in Uithuizen. Enige tijd later ontving ik een bericht dat ze bij drukkerij/uitgeverij Harsveld & Co in Uithuizen iemand voor op kantoor zochten. Deze baan heb ik toen maar aangenomen. Naast het nodige drukwerk gaf dit bedrijf destijds één krant uit en dat was de Ommelander Courant. Inmiddels zijn dit er natuurlijk veel meer en het bedrijf heet tegenwoordig NoordPers BV.
Ik ben hier in 1973 op mijn 17e begonnen te werken en de werkzaamheden waren zeer divers. De telefoon aannemen, advertenties inschrijven in een register, van hieruit getypte nota’s opstellen enz. enz.. Het was in de tijd dat de Ommelander Courant nog met de hand met loden letters in spiegelschrift werd gezet en gedrukt op grote vellen, die vervolgens werden gevouwen tot het krantenformaat van die tijd. Het samenvoegen van de verschillende katernen gebeurde ook nog handmatig.
Tussendoor moest ik nog in militaire dienst. Ik was van lichting 76-2. Ik kwam op in Ede en kreeg een 4 maanden durende opleiding tot telefonist/telexist en kwam vervolgens bij het onderdeel Verbindingen van de 42e Pantserinfanteriebrigade in Assen terecht. Dagelijks pendelde ik op en neer naar de kazerne. Ondanks de nodige tijden van verveling kijk ik toch terug op een leuke tijd. Ik ben zelfs nog tot korporaal bevorderd alvorens af te zwaaien in april 1977 en kon daarna gewoon weer verdergaan met mijn werk bij Harsveld & Co.
Bij dit bedrijf heb ik uiteraard in de loop der jaren heel wat veranderingen meegemaakt. De automatisering in de grafische sector ging heel snel. De typemachine werd eind tachtiger jaren ingeruild voor de computer en ook de nieuwe drukpersen deden hun intrede. Alle benodigde administratieve kennis om mijn werkzaamheden te verrichten heb ik intern opgedaan. Ook op latere leeftijd was ik niet zo van het leren en het allerlei extra cursussen volgen.
De debiteurenadministratie werd steeds meer mijn ding. Door een goede band op te bouwen met onze klanten, lukte het mij vrijwel altijd om de uitstaande facturen betaald te krijgen. Af en toe werd een aanmaning gevolgd door een telefoontje en dan kwamen we er vaak wel weer uit. Als het helemaal niet meer ging werd uiteindelijk een incassobedrijf ingeschakeld maar vaak ging zo’n relatie dan niet veel later failliet. Later assisteerde ik ook wel bij het drukproces en bezorgde in vakantietijd de kranten bij de bezorgers. Ook deed ik veel correctiewerk, wat er in resulteerde dat ik ook nu nog heel erg let op spel- en taalfouten.
Al met al heb ik 47 jaar bij één en dezelfde baas gewerkt en dat met veel plezier. Dat doen niet veel mensen mij na inderdaad. Ik heb tot februari 2021 doorgewerkt, tot mijn 65e jaar. Eigenlijk had ik al iets eerder kunnen stoppen maar toen was het corona dat roet in het eten gooide.
Hoe bevalt het gepensioneerd zijn?
Hoewel ik eigenlijk geen specifieke hobby’s heb, was van een zwart gat absoluut geen sprake. Ik vulde de vrije dagen met lezen, wandelen en fietsen. Ik raakte ook betrokken bij het clubje vrijwilligers dat altijd op het voetbalveld bezig is met als gevolg dat ik meestal elke maandag- en vrijdagmorgen op het sportpark te vinden ben om bijvoorbeeld de vuilnisbakken te legen. In de winterperiode hebben we de kantine en de ontvangsthal geverfd en tevens de nodige schoonmaakwerkzaamheden verricht. Sinds twaalf jaar ben ik vrijwilliger bij het SNS-Fonds Middelstum, de laatste jaren als secretaris.
Vaak combineerde ik vroeger het lid zijn van een vereniging met het vrijwilligerswerk. In mijn jonge jaren zat ik bij het mannenkoor, het jeugdkoor en het kamerkoor. Van het kamerkoor ben ik nog een tijdje voorzitter geweest. Het koor werd op den duur ingeruild voor muziekvereniging Concordia en ik was destijds tweede voorzitter toen Geo Koning in 2002 plotseling overleed. Dat ik hem toen onder deze omstandigheden moest vervangen, vond ik erg lastig.
Op latere leeftijd, na m’n middelbare schooltijd, werd ik lid van VV Middelstum en pendelde als snelle vleugelspits vaak tussen het eerste en tweede elftal. Ik werd er lid van de activiteitencommissie en heb ook een paar jaar de ledenadministratie gedaan. Maar toen ik ook daar, net als op het werk, achter achterstallige betalingen aan moest, was de lol er snel af.
Je merkt het al, van verveling is in mijn leven nooit sprake geweest. Tegenwoordig ben ik een fanatiek wandelaar geworden en ik geniet van het gezinsleven. Gonnie heeft zich onlangs bij de Kamer van Koophandel ingeschreven als uitvaartspreekster. Geen volledige baan en dat geeft ons ook de tijd om samen dingen te ondernemen.
Wat zijn de hoogtepunten uit uw leven?
Dat Gonnie en ik inmiddels bijna 42 jaar in goede harmonie getrouwd zijn, vind ik een mooi hoogtepunt. Ook de geboorte van de kinderen en de kleinkinderen mag bij deze vraag niet ontbreken. Een goede gezondheid voor onszelf en onze dierbaren is hierbij van wezenlijk belang.
En de dieptepunten?
Wat niet veel mensen weten is dat ik aan anosmie lijd. Wat inhoudt dat ik bijna geen reuk en smaak meer ervaar. Dat is mij begin negentiger jaren na een griepaanval overkomen. Ik ben hier drie keer aan geopereerd, echter zonder het gewenste resultaat. Daar heb ik het in het begin best wel moeilijk mee gehad. Want waarom zou je bijvoorbeeld gezellig uit eten gaan wanneer je er toch bijna niets van proeft?
Ik kan wel de smaken zoet, zout, bitter en zuur onderscheiden maar qua fijnproeverij houdt het natuurlijk wel op. Door in te zetten op dat wat wel kan, het genieten van de dingen om je heen, de gezelligheid bijvoorbeeld, heb ik dit wel een plekje kunnen geven.
En het plotseling overlijden van mijn broer Jan was een heftige gebeurtenis. Hij is overleden aan de gevolgen van een hersenbloeding en mocht slechts 24 jaar oud worden. Sowieso drukt het verlies van dierbaren een stempel op je leven.
Heeft u nog anekdotes en mooie verhalen?
Toen ik nog voetbalde en voor het eerst op mijzelf woonde in Huizinge, kwam het na een langdurig kantinebezoek regelmatig voor dat ik in de bedstee in slaap viel. We moesten ergens op een bepaalde tijd zijn en Gonnie, die op de fiets uit Middelstum kwam, moest mij dan wakker maken. Met als uiteindelijk gevolg dat we op de zaterdagavonden maar niet al te veel dingen meer inplanden.
Het bij elkaar slapen was in die tijd natuurlijk wel een dingetje. Toen we met zijn vieren, mijn broer en zijn vriendin gingen ook mee, op vakantie naar Luxemburg zouden gaan, spraken we af dat we gezamenlijk vanaf de Hoofdweg zouden vertrekken. Beide dames logeerden gescheiden van ons op de bovenste verdieping. Dat we vervolgens tijdens de vakantie wel samen in de tent zouden slapen was iets waar mijn ouders zich minder om bekommerden.
Ik reed destijds in een Opel Kadett en tijdens een van de strenge winters ben ik op weg naar het werk van de Huizingerweg geraakt waardoor de auto op de met sneeuw bedekte sloot bleef hangen. Ik moest toen lopend naar het dorp om hulp te halen en uiteindelijk is het gelukt om de auto weer op de weg te trekken. Toen kreeg ik vanuit het dorp de opmerking of ik misschien binnendoor naar Uithuizen wilde.
Wat zou u ooit nog willen doen in uw leven?
Ik geniet van het Groninger land zonder dat ik persé altijd de Middelstumer toren in het zicht moet hebben. Gonnie en ik zijn ook echte Griekse-eilandgangers. We genieten daar van de relaxte sfeer en de Griekse cultuur en gewoontes. Voor de rest zien we wel wat er op ons pad komt. Het komt zoals het komt. Niet van dat en dat moet ik persé nog doen.
Waar heeft u spijt van gehad in uw leven?
Dat ik nooit doorgeleerd heb en altijd koos voor zekerheid. Ik heb één keer bij de douane gesolliciteerd en kreeg de kans om daar nog voor de keuring voor een kantoorbaan te kiezen. Ik wilde destijds wel douanier worden en maar kwam vervolgens niet door de keuring. Achteraf had ik misschien beter voor die kantoorbaan kunnen kiezen want zo’n kans heb ik niet meer gekregen.
Wat zou u uw leven voor een cijfer willen geven?
Alle plussen en minnen middelend, ga ik voor een hele dikke acht!
Wilt u verder nog iets kwijt?
Ik hoop dat iedereen goed uit de gevolgen van al die bevingen- en schade-ellende komt waar we nu mee te dealen hebben. Ook hoop ik dat we samen gezond oud worden en dat het onze kinderen en kleinkinderen goed blijft gaan!