‘Het leven vieren.’ Een net zo’n bijzondere als rake opmerking. Want het leven heeft iets verraderlijks over zich. En dat is dat er onherroepelijk een eind aan komt. Soms op hoge leeftijd en dan kun je er vrede mee hebben. Soms zie je het al lange tijd aankomen door een ziekte waarbij geen hoop op herstel is. En soms komt de dood als een sluipmoordenaar en dan is het maar zo voorbij.
Dus….. Zo gewoontjes is het niet om vijftig te worden. Laat staan zestig. En daarom stak een vijftal medio vorig jaar de koppen bij elkaar om een verbond te sluiten. Een jaar later zouden we met zijn vijven een feest geven. Niet zo maar een feest maar eentje waar hopelijk op een positieve manier nog lang over nagepraat zou gaan worden. Ik had toch al wat goed te maken want ons geregistreerd partnerschap kwam voor velen als een dief in de nacht. Maar hé, corona hè.
Daar kon ik mij mooi achter verschuilen. Maar de waarheid is dat feest vieren natuurlijk fantastisch is. Maar om er zelf eentje te moeten organiseren is vers twee. Helemaal wanneer het in klein verband moet gebeuren. Dan is leiden in last. Gelukkig was daar dus het kwintet. Het werd maart, op de 12e werd ik vijftig. De tijd tikte weg en het was de hoogste tijd om de koppen voor het eerst bij elkaar te steken. De datum werd bepaald op 2 juli 2022, The Music Boys vastgelegd en hetzelfde gold voor de DJ’s Eling, Peter en Sieme. De kiem was gelegd en ik was blij dat een soort van festivalidee gelanceerd was.
De uitnodigingslijst werd opgesteld en steeds verder uitgebreid. Op den duur stonden er 350 namen op en tussen neus en lippen door kwamen er steeds meer potentiële partypeople bij. Everts Partycatering werd vastgelegd om voor 150 man een koud- en warm buffet te regelen. Piet Hanos was bereid om, inclusief zijn grote en gekoelde vrachtwagen, de drinkerij te realiseren.
Maar pas echt gerust werd ik, toen Kees tijdens de laatste kleinere vergadering aansloot. ‘Ik wait nog van niks, der is nog haaldaal niks regelt ja!’, zo kraaide hij een week van te voren zoals alleen hij dat kan. Zou het niet? Kees trok de tentboys uit de mottenballen, buurman Matthijs bleek van alles op elektrisch gebied te kunnen regelen, Adriaan werd ingezet voor het sanitair. Kortom, het spel was op de wagen en het begon er op te lijken.
Woensdag 29 juni werden de tenten opgezet. Donderdag 30 juni togen we met Piet naar de Hanos om zijn vrachtwagen virtueel vol te sjouwen onder het motto ‘liever te veel dan te weinig’. Want we hadden geen flauw idee hoeveel mensen er nu zouden komen. En door een rondleiding kwamen we er achter hoe groot de Hanos wel niet is. Keuzestress ook want de keuze is reuze. De kreeften lieten we met rust, alle snacks ook want wat was het koud in de vriescel.
Vrijdag 1 juli werd groot materiaal aangerukt om op te zitten en menig vrijwilliger meldde zich om de puntjes op de i te zetten. Vrijdagavond was de generale repetitie. Het gevoel was goed, het moraal hoog. Volgens mij zouden we het zo wel kunnen redden. Bij een knapperend haardvuur kon geruststellend een biertje gedronken worden op de goede afloop.
En toen werd het zaterdag 2 juli. Rond vijven stroomden de eerste gasten het festivalterrein op en om zes uur opende Frans het bal. Klaas kreeg de nodige complimenten over het eten, er was genoeg. Daarna een ijsje halen bij de ijscokar. The Music Boys begonnen rond achten met de eerste van drie sets en DJ Eling bleek rond negenen goed uitgerust teruggekeerd te zijn uit Tenerife getuige zijn rake oneliners. En langzaam maar zeker stroomde het terrein vol. Hoeveel zouden er geweest zijn? Tussen de 200 en 250? Joost mag het weten. Er was Bedrijvenvoetbal, er was corona, er waren nog meer activiteiten in de omgeving.
Kortom, het hadden er nog meer kunnen zijn. Maar het gaat om de kwaliteit van de feestgangers en niet om de kwantiteit natuurlijk. Familie, vrienden, veel bekenden. En de (bonus)kinderen zorgden er door een natje en een drankje wel voor dat de sfeer steeds beter werd. De zon ging boven Toornwerd langzaam ten onder, TMB speelde set 2 en Sieme moest trappen als een malle om op tijd te komen.
De stick met oudere nummers werd rap overboord gegooid, hij kreeg de dansvloer vol met eigentijdse nummers. Het kampvuur werd opgestookt en TMB zorgde er in set 3 voor dat de beentjes van de vloer kwamen. ‘Niemand in de stad’ inderdaad, een Dijk van een nummer, we waren allemaal op Landgoed de Bont. En toen kwam DJ Peter nog die wederom bewees dat hij zijn DJ-pensioen gerust nog even uit kan stellen. Talrijke dansklassiekers uit The Rising Sun- en Moonlight-periode schalden uit de boxen, prachtig! We werden er maar niet zat van.
Wat kunnen we terugkijken op een prachtige avond en nacht. Maar aan alles komt een eind. Logé Bix had de pech dat ik zo’n spaarzame avond had waarin ik gevoelsmatig niet kapot kon. Het festivalterrein stroomde leeg en boven Doord kwam de zon weer op. Het leven was uitbundiger gevierd dan ooit en ook het weer werkte aan alle kanten mee. Het was een avond en nacht die iets magisch in zich had. Kortom, voor ons een avond om nooit te vergeten. Dank aan een ieder die hier op wat voor manier dan ook aan meegewerkt heeft…