Kunt u zich heel kort even voorstellen?
Wessel Hoekzema, met een z inderdaad, is mijn volledige naam. Geboren op 28 februari 1951 in Stroobos, toen onderdeel van de gemeente Grootegast. Dit plaatsje behoorde destijds nog tot de provincie Groningen maar is nu een onderdeel van Friesland geworden. Ik ben de oudste van vijf kinderen. Broer Jaap ken je vast ook wel, hij woont tegenwoordig in Lochem. Wat dat betreft zijn ze wel uitgewaaid want de andere wonen in Elst, Eerbeek en Beerta. Mijn vader is jarenlang kruidenier/winkelier geweest. Ook in Middelstum in de winkel waar nu de Martjesmarkt gevestigd is. Door de opkomst van de grote supermarkten kwam er aan zijn bestaansrecht een eind. Mijn ouders zijn toen naar Apeldoorn verhuisd.
In 1954 kwam het gezin Hoekzema in Middelstum te wonen en wel aan de Menthedaweg. Daar woonde ik tot mijn 22e, toen volgde een verhuizing naar Bedum. Daar komt mijn vrouw vandaan. In Bedum hebben we op drie verschillende plekken gewoond. En wel aan de Haken, de Eiken en sinds bijna twintig jaar wonen we met veel plezier aan de Buizerd.
Wat is uw burgerlijke staat?
Ik ben in 1973 getrouwd met Gre Kerkhof. Wanneer ik naar het werk ging, zat ik altijd bij haar in de bus. Zij reisde destijds met een andere vrouw uit Bedum en ik wist dat ze beiden bij de ABN Amro werkten. Toen heb ik een keer de stoute schoenen aangetrokken en de telefoon gepakt. De ene Gre verbond mij door met haar collega Gre en van het een kwam het ander.
In 1975 werd onze dochter Linda geboren. Zij woont in Bedum en heeft drie kinderen en een eigen administratiekantoor, Balanz genaamd. Vijf jaar later volgde Jeroen die in Veendam woont en twee kinderen heeft. Gre en ik zijn dus de trotse grootouders van vijf kleinkinderen, in leeftijd variërend van elf tot achttien jaar.
Wat is uw voormalig beroep?
Op de lagere school in Middelstum kreeg ik bijles waardoor ik naar de HBS in Groningen kon maar dat was het niet voor mij. En dus ging ik vervolgens naar de Mulo in Middelstum waar ik bij mijn zusje in de klas kwam die daar niet zo blij mee was. Na de Mulo volgde de Havo in Groningen en daar kwam ik er op mijn 17e achter dat ik liever aan het werk ging. Mijn vader diende als kruiwagen en zorgde ervoor dat ik bij de Groninger Financieringsbank van Van Til aan de slag kon. De bank waarvan het hoofdkantoor in Middelstum zat en in Amsterdam hadden ze nog een bijkantoor.
Het klopt dat Gre de Hek daar ook werkte, haar naam stond op mijn eerste loonstrookje. In die tijd werden zelfs boormachines en brommers nog met een lening gekocht en ik hield hiervoor als kantoorbediende onder andere de aflossingen bij. Na drie jaar Van Til volgde een jaar als assistent boekhouder bij drukkerij Lijnco. Toen nam ik het besluit dat ik ambtenaar wilde worden en dat kon bij het Belastingkantoor die destijds aan de Hofstede de Grootkade in Groningen gevestigd was.
Maar dat was de grootste miskleun uit mijn werkzame leven, ik bleek niet in de wieg gelegd te zijn om ambtenaar te worden. Vaak had ik mijn werk al om 11.00, 12.00 uur af. Men gaf mij het advies om wat langzamer te gaan werken en om de krant mee te nemen van huis. Ik heb toen bij mijn chef aangegeven dat ik graag het accountantsvak in wilde en ik had destijds de keus uit vier verschillende kantoren in de stad Groningen. Het werd uiteindelijk Lubberink & Co waar ik in 1973 aan de slag ben gegaan.
En dat beviel zo goed dat ik er uiteindelijk 42 jaar, tot aan mijn pensioen, ben blijven werken. Ik heb er alles gedaan, jaarrekeningen opstellen, de loonadministratie voor verschillende bedrijven, BTW-aangiftes enz., enz.. Aanvankelijk veelal voor bedrijven, later heb ik ook veel particulieren mogen helpen. Veel kennis heb ik zelf in de praktijk verworven maar ik heb ook een cursus belastingrecht gevolgd. Tevens heb ik de praktijkdiploma boekhouden en mijn MBA gehaald.
Ik kijk terug op een geweldige werktijd bij een geweldige werkgever. Toen ik veertig jaar in dienst was, kreeg ik een mooie receptie aangeboden bij Bij de Molen in Ten Post. En bij mijn afscheid zijn we naar Het Regthuys in Wirdum geweest en werden Gre en ik zelfs met de limousine opgehaald. Onlangs ben ik nog bij een van mijn bazen langs geweest. Ik heb de klantcontacten in al die jaren heel erg gewaardeerd, dat vond ik ook het mooiste onderdeel van mijn werk.
Hoe bevalt het gepensioneerd zijn?
Dankzij de levensloopregeling kon ik al op mijn 64e stoppen met werken. Maar van verveling was absoluut geen sprake. Het gaf mij de tijd om mijn dochter mee te helpen en er was meer tijd voor het walking football. In mijn laatste halve werkjaar nam ik altijd vrij op woensdag om aan de trainingen mee te doen. Inmiddels zijn we in Bedum al weer zeven jaar los met dit fenomeen waar ik veel plezier aan beleef. Ik vind het een geweldige uitvinding en nog steeds komen op elke training meer dan twintig enthousiastelingen af.
Ik ben mijn voetbalcarrière begonnen bij de VV Middelstum waar ik later in de B-junioren keeper werd. Bij CVVB heb ik nog één seizoen in het eerste gekeept en nu is daar dus het walking football. Ik heb in het verleden ook nog een tijdje gevolleybald. Bij CVVB heb ik het nodige vrijwilligerswerk gedaan. Ik begon als jeugdleider, floot jeugdwedstrijden, was twee periodes penningmeester in het hoofdbestuur, ben leider/coach van het tweede elftal geweest, deed de kantineadministratie en zat in de fusiecommissie met het oog op de financiën. Ik ben nu nog vertrouwenspersoon bij SV Bedum maar dat is gelukkig geen drukke baan.
Bij de PKN-kerk ben ik jarenlang boekhouder geweest en in mijn jonge jaren zat ik in de diaconie. Ook heb ik in het schoolbestuur gezeten. Het vrijwilligerswerk heb ik in de loop der jaren afgebouwd maar daar is het prachtige spel klaverjassen voor teruggekomen. Ik doe mee aan de competities bij SV Bedum en Hotel ’t Gemeentehuis en in coronatijd kwam daar het klaverjassen in Noordwolde bij.
En acht keer per jaar strijd ik met Siep Brink, Ger van Ginkel en Jacob Hamersma om de rode lantaarn die is opgedragen aan de helaas veel te vroeg overleden Peter Berghuis. We noemen onszelf ‘Ruiten negen’ en het heeft er alle schijn van dat ik de rode lantaarn dit jaar voor het eerst win. Op de zaterdagen ga ik altijd bij SV Bedum 1 kijken en met een gezellig clubje clubmensen gaan we ook naar alle uitwedstrijden.
Wat zijn de hoogtepunten uit uw leven?
Dat ik Gre ontmoet heb. Dat bracht ook meer rust en structuur want voor die tijd was ik nogal een stapper en in het weekend vaak in Groningen te vinden. De geboorte van de kinderen en kleinkinderen mag bij deze vraag niet ontbreken. En ik kijk met veel plezier terug op de tijd dat Jeroen bij de BV Veendam voetbalde. Vier jaar in de jeugd en drie jaar als prof. Ook trots ben ik op het feit dat Linda wel voor zichzelf begonnen is. Iets wat ook altijd mijn streven geweest is maar het is er nooit van gekomen.
En de dieptepunten?
Het overlijden van dierbaren. Mijn vader is bijvoorbeeld maar 71 jaar geworden, hij overleed vrij plotseling. Hij is zelf nog naar het ziekenhuis gereden en daar constateerden ze dat hij een hartaanval had gehad. Later kreeg hij er in het ziekenhuis nog een en daar is hij in gebleven. Mijn moeder verhuisde terug naar Loppersum en is daar op 84-jarige leeftijd overleden. In de plaats waar ze ook geboren is.
Heeft u nog anekdotes en mooie verhalen?
Ik heb dus een prachtige tijd bij Lubberink & Co gehad inclusief gigantisch veel lol. De personeelsuitstapjes waren altijd vermaard. De mooiste was een bezoekje aan de musical Soldaat van Oranje, wat een geweldige uitvoering is dat zeg. En na die tijd zijn we nog op stap geweest met zijn allen.
Wat zou u ooit nog willen doen in uw leven?
Nog een keer naar Canada gaan. Daar woont de nodige familie van Gre en het was de bedoeling om hier na mijn pensionering jaarlijks heen te gaan maar toen was daar dus corona. Mijn schoonzuster is 90 jaar geworden, ook een goede reden om nogmaals die kant op te gaan. Voor de rest ben ik heel tevreden met mijn huidige leven maar je weet nooit wat er nog komt. Momenteel verkeren we in een goede gezondheid en ik kan alles nog doen wat ik leuk vind.
Waar heeft u spijt van gehad in uw leven?
‘Wat is spijt?’ Afkomstig uit een gereformeerd gezin was het motto vanuit huis dat je hard moest werken in je leven je met de paplepel ingegoten. Mijn ouders gingen jaarlijks hooguit één weekje op vakantie omdat ze bang waren dat het ze anders klanten zou gaan kosten. Ik was dus ook altijd druk met mijn werk en mijn vrijwilligerswerk en kreeg hiervoor alle ruimte van Gre. Zij zorgde dat het thuis altijd op rolletjes liep.
Wat zou u uw leven voor een cijfer willen geven?
Wel een negen, dat vind ik zelf tenminste.
Wilt u verder nog iets kwijt?
Alles wat in het verhaal moet, is wel gezegd! Dank voor je komst.