Kunt u zich heel kort even voorstellen?
Mijn volledige naam luidt Jacob Geert Bakker, roepnaam Joop. Op Facebook staat Jopke omdat mijn moeder mij in eerste instantie zo wilde noemen. Maar mijn oma, een vrij dominante vrouw, vond dit maar een naam van niets en stelde de naam Joop voor. Maar als eerbetoon aan mijn moeder heb ik dus die naam op Facebook gezet. Ik ben op 16 januari 1956 geboren in het Friese Workum. Als nummer drie in een rij van zes kinderen waarvan drie nog in de buurt worden. Mijn zus is al op vierjarige leeftijd verongelukt en mijn broer Thomas is 59 jaar geworden.
Mijn vader had afwisselend werk door heel Nederland. Hij kon niet lang onder een baas werken. En dus ben ik in mijn jonge jaren vaak verhuisd. Ik ben echter getogen in Alkmaar, daar hebben we zes jaar gewoond in twee verschillende flatjes waarvan de laatste maar drie slaapkamers had. Mijn vader werd destijds vroegtijdig afgekeurd en we verhuisden naar Baflo want mijn moeder was een rasechte Groninger. Toen ik dik negentien was, leerde ik in Roden in het café een ‘mooi wievvie’ kennen. We hadden beiden een borreltje op maar de afspraak om te gaan trouwen met elkaar bleef staan. Binnen een jaar waren we gescheiden en toen ben in naar Winsum verhuisd.
Daar heb ik op verschillende plekken gewoond. Na de geboorte van mijn dochter Serena volgde een verhuizing naar Warffum waar ik van 1990 tot 1993 gewoond heb. Daarna volgden dik drie jaar Middelstum maar na mijn 2e scheiding ben ik terug gegaan naar Winsum. Na negen jaar Havenstraat volgde in 2005 mijn laatste verhuizing naar de Aconietenhof. In dit rustig hofje ben ik thuisgekomen. Winsum is voor mij meer dan het mooiste dorpje van Nederland. Dat heeft ook te maken met de mensen die er wonen.
Wat is uw burgerlijke staat?
Ik ben in mijn leven drie keer getrouwd geweest. Het eerste huwelijk duurde een jaar en strandde in 1978. Ik hertrouwde in 1988 en in 1997 gingen we uit elkaar. Het laatste huwelijk duurde van 2007 tot en met 2009. En na de derde scheiding rijst dan vanzelf de vraag of ik wel geschikt ben voor een relatie. Ik leef mijn eigen leven en volg mijn eigen kop. Dat leidt soms tot roekeloos en impulsief gedrag waarna ik pas achteraf zoiets heb van, heb ik het eigenlijk wel goed gedaan? Hoewel ik gek op vrouwen ben, bevalt mijn huidige leven mij wel. Misschien is singel zijn wel het beste voor mij.
Mijn drie dochters stammen uit mijn tweede huwelijk. Lianda is in 1976 geboren en woont met haar partner en zoon Yorrick (8 jaar) in Middelstum. Amanda volgde in 1978 en woont in Groningen. In 1989 diende Serena zich aan. Zij woont sinds kort met haar partner in Bedum en heeft twee dochters: Jessie (3) en Romée (0,5 jaar). Dat maakt mij de trotse opa van drie kleinkinderen dus.
Wat is uw voormalig beroep?
Ik heb mijn lagere schooltijd op vier verschillende plekken doorgebracht maar ging wel telkens over. Na de lagere school, ging ik naar de ELTS in Oudorp, gelegen vlakbij Alkmaar. Ik wilde graag in de buitenlucht aan het werk, op markten staan bijvoorbeeld. Ik ben 1 x blijven zitten maar had op mijn 16e mijn diploma op zak en ging direct aan het werk. En wel bij een cacaofabriek in Wormerveer waar ik een half jaar productiewerk gedaan heb maar in dat bedrijf sneeuwde ik onder. Toen ben ik bij een supermarkt in Alkmaar aan de slag gegaan op de groente- en fruitafdeling en dat paste mij beter.
Na de verhuizing naar Baflo ging ik bij een groente- en fruitgroothandel aan het werk, deze zat aan de Peizerweg in Groningen. Ik moest er om 05.00 uur beginnen en was soms pas om 19.00 uur thuis. Lange dagen dus en de betaling ging ook nog eens zwart. Ik moest groenten snijden en marktstellages opbouwen op de markt. Ik was dus niet verzekerd maar wist ik veel? Als ik mijn enveloppe met inhoud (waar keurig Jopie op stond) maar kreeg. Maar dit bedrijf ging failliet.
Ik woonde toen in Roden en ben naar de plaatselijke kleine kaasfabriek gelopen waar ik twee dagen later al aan de slag kon. Ik heb er van 1978 tot 1980 gewerkt en werd toen overgeplaatst naar de Domo in Bedum. Het bedrijf dat nu als FrieslandCampina door het leven gaat. Hier heb ik al met al 42 jaar gewerkt. Eerst in een drieploegendienst, dat was zwaar hoor. Werken in vijf ploegen beviel mij een stuk beter, dat was een stuk regelmatiger werken. Door het volgen van een drietal cursussen, 1 x per week ging ik naar Assen, Leeuwarden en later naar Apeldoorn, kwam ik steeds meer over de kaasmakerij te weten.
Met drie kaasdiploma’s op zak werd ik uiteindelijk een echte kaasexpert. Ik wist alles over de ideale temperaturen en de gebruikte ingrediënten en was zeer geïnteresseerd in de bacteriën die voor het (rijpings)proces werden gebruikt. Ik zat op de regelkamer en wanneer er een storing was, moest ik ingrijpen. Die opgebouwde expertise gaf ik graag door aan jongere collega’s, wat dat betreft heb ik tal van medewerkers opgeleid.
Het werk ging mij prima naar de zin maar de digitalisering zat mij dwars, ik ben een echte digibeet. Als ik weer eens op een computercursus moest gingen de paracetamols steevast mee. Mijn collega’s en leidinggevende zagen dat ik het er steeds stoerder mee kreeg en toonden alle begrip toen ik aangaf eerder met werken te willen stoppen.
Hoe bevalt het gepensioneerd zijn?
Op 1-7-2020 was het zover en dat was best wel even wennen. Ik had het eerst helemaal niet door joh. De dag ervoor ben ik op tijd op bed gegaan en zette vervolgens gewoon mijn wekker. En toen begon ik mij pas af te vragen of ik er wel echt op tijd uit moest. Volgens mijn agenda stond ik ingeroosterd maar ik hoefde dus niet meer heen. Ik ben maar weer uit bed gegaan en heb mij eerst een biertje opengetrokken. En dat met de heerlijke gedachte ‘ik hoef niets meer!’
Mijn eerste AOW krijg ik in augustus en tot die tijd doe ik niet te gek. Ik krijg mijn prepensioenuitkering en vul dit aan met mijn spaargeld. Ik ben niet veeleisend en heb weinig luxe nodig. In de zomermaanden bij mooi weer geef ik wat meer geld uit want dat zit ik vaak in het centrum op het terras met vrienden bier te drinken. Uitslapen lukt helaas nog niet, ik ben altijd rond 06.00 uur wakker. Dan stap ik eerst op de hometrainer en trek wat aan de halters. Daarna een bakje koffie en een peukje en rustig een krantje lezen en dan is het zo weer 09.00 uur.
Elke middag om 14.00 uur loop ik een rondje Winsum van ongeveer vier kilometer. Ik tennis regelmatig, drie keer per week, en heb mij aangesloten bij het hoveniersclubje van de tennisclub. Vroeger was ik een fanatiek tafeltennisser. Ik heb vrij hoog gespeeld, op 4e divisieniveau. Ook stap ik regelmatig op de racefiets. De laatste tijd niet meer want ik zit nog wat in de lappenmand. Halverwege januari ben ik na een ‘pensioenborrel’ (elke zaterdagmiddag bespreken we onder het genot van een biertje onder het mom van Keek op de Week de afgelopen dagen) op de Boog van mijn fiets gevallen doordat mijn veter verstrikt raakte in de trapas. Met als gevolg drie gebroken ribben en een geperforeerde long. Dat deed mij toch een partijtje zeer, ik heb een maand lang aan de morfine gezeten.
Maar gelukkig gaat het inmiddels wat beter. Dat is al de derde keer sinds mijn prepensioen dat ik naar het ziekenhuis moest. Direct in het begin ben ik over een tuinstoel gestruikeld en met mijn kop tegen de deurpost geklapt. Buurman Kluin heeft mij naar het ziekenhuis gebracht en dertien hechtingen rijker mocht ik weer naar huis. Hier in Winsum zeggen ze al gekscherend dat ik maar weer aan het werk moet gaan. Aan de andere kant, heb ik na mijn val in januari ervaren in wat voor hechte gemeenschap ik leef. Ik ben talloze kaarten en berichten rijker en er werd regelmatig wat te eten gebracht. Dat heb ik erg gewaardeerd!
Wat zijn de hoogtepunten uit uw leven?
Dat het met mijn drie dochters, die hun eigen leven leiden, goed gaat. En dat mijn drie kleinkinderen in zeer goede gezondheid verkeren. Ik geniet ook wanneer het mij lukt om een tennistoernooi te winnen. Het Havenstadtoernooi in Delfzijl is mij wat dat betreft goed gezind. Zes keer heb ik meegedaan en zes keer ben ik op het podium geëindigd waarvan drie keer op de hoogste plek. Het tennistoernooi in Winsum is ook een van mijn favorieten, vaak eindig ik bij de laatste vier.
En de dieptepunten?
Het overlijden van mijn broer Thomas door die k-ziekte maar ook het overlijden van mijn moeder in 2005 klapte er stevig in want ik was erg aan haar gehecht. Met mijn vader botste ik meer, we hadden hetzelfde karakter. En ik ben voor mijn werk drie dagen geschorst geweest. Dat was in 1996 en kostte mij drie dagen onbetaald verlof. Maar daarover in de volgende vraag meer.
Heeft u nog anekdotes en mooie verhalen?
Bij de Domo hadden we een nieuwe inktjetprinter gekregen waardoor bijvoorbeeld de THT op de kazen gespoten kon worden. Ik moest hier eerst mee leren werken en dacht, laat ik mijn naam intoetsen om te kijken of het lukt. Na op de returntoets gedrukt te hebben, constateerde ik dat het prima ging. Ik verwijderde de tekst en toetste de THT-datum in maar vergat vervolgens om dit met de returntoetst te bevestigen. Ik had nog wel gezien dat de printer prima werkte maar niet dat hij vervolgens mijn naam op de kazen spoot. Hoewel het euvel van deze run van 70 kazen uiteindelijk verholpen kon worden, was men not amused en werd ik geschorst. En zo ontstonden dus de ‘Joop-kazen’.
Dat dieptepunt werd twintig jaar later een hoogtepunt want de naam ‘Joop-kaas’ heb ik in 2016 gebruikt om kilo’s kaas uit te delen aan die verenigingen, bedrijven en particulieren waarvan ik dacht dat ze ze verdiend hadden. Soms ook als een steuntje in de rug. Dit kostte mij €800,- aan kaas maar daar maalde ik niet om. Wat ik over had, heb ik aan het eind verkocht en de opbrengst, €250,-, schonk ik aan de organisatie van het Glazen Huis.
Wat ik bij het sporten nog vergeten ben om te vertellen is dat ik ook nog dik 35 jaar gevoetbald heb. Dat begon bij de jeugd in Alkmaar en eindigde op mijn 58e , na twee keer mijn enkelbanden te hebben gescheurd, bij Hunsingo. Ik kreeg zelfs een heuse afscheidswedstrijd aangeboden inclusief een stripteaseshow na afloop waarbij de stripper slagroom over mij heen spoot.
(Zelf heb ik nog een persoonlijke anekdote over Joop uit de tijd dat Ronnie Medema nog thuis woonde aan de Heerestraat in Middelstum. Hun tuin grensde aan die van Joop zijn huis. Toen we bij Ronnie achter in de tuin een biertje zaten te drinken, zagen we Joop buiten staan en nodigden we hem uit om een biertje mee te drinken. Dat verliep ouderwets gezellig totdat Joop opstond om zijn kauwgum over de schutting te spugen. Die zou immers toch in zijn eigen tuin terechtgekomen. Maar het liep even anders want met de kauwgom verdween er ook een stifttand mee over de schutting. ‘Ik kom zo weer jongens hoor’, zei hij, en liet ons schaterlachend achter!)
Wat zou u ooit nog willen doen in uw leven?
Ik leef met de dag en heb geen idee waar ik over een half jaar of een jaar sta. Ik laat alles maar over mij heen komen. Als ik wakker wordt dan denk ik bij mezelf: ‘Wat zal deze dag mij weer brengen?’
Waar heeft u spijt van gehad in uw leven?
Dat ik eerst dingen impulsief besluit en vervolgens pas over de consequenties nadenk. Maar gelukkig ben ik dat vervolgens ook snel weer vergeten. Ik ben van het vooruit kijken en sta positief in het leven.
Wat zou u uw leven voor een cijfer willen geven?
Noteer gerust een zeven. Alles wat ik nu heb en doe dat heb ik zelf bereikt. Daarbij kan ik het goed vinden met mijn dochters die hun eigen leven leiden. Dit gaat hun prima af.
Wilt u verder nog iets kwijt?
Kijk eens wat vaker om je heen en pluk de dag. Een dag niet gelachen is voor mij echt een dag niet geleefd.