Meneer Pieterman, kunt u uzelf in het kort even voorstellen?
Klaas Pieterman is de naam, bij sommigen misschien beter bekend als dominee Pieterman. Ik ben 77 jaar geleden geboren in Spijk maar mijn vrouw (een zuster van de schilder Henk Helmantel) en ik wonen inmiddels al weer 29 jaar in Niekerk, naast de PKN-kerk. Ik heb twee dochters van 45 en 42 jaar die in Winsum en Heino wonen. Onze twee kleinkinderen zijn 19 en 16 jaar oud en wonen in Winsum. En voor mijn hele doopceel verwijs je de lezers maar door naar ons pensionadointerview uit 2017: Pensionadointerview Pieterman.
Wat dacht u, zeventig jaar na dato verdient het grammaticale Groninger boek van K. ter Laan een waardig opvolger?
Het was inderdaad in 1953 dat het grammaticale boek van de bekende Groninger schrijver K. ter Laan uitgekomen is, ‘Proeve van een Groninger Spraakkunst’. Ter Laan heeft meerdere bekende boeken achter zijn naam staan zoals het Groninger woordenboek en diverse historische werken. Zijn inzet voor de Groninger taal en cultuur leverde hem in zijn geboorteplaats Slochteren een standbeeld op. Er zijn natuurlijk in de loop der jaren heel veel boeken in het Gronings uitgebracht, waaronder door jouw dorpsgenoot Fré Schreiber, maar op grammaticaal gebied stokte het.
Lang over nagedacht om dit boek te schrijven?
Eigenlijk niet, ik heb de knoop in het begin van de coronatijd doorgehakt. Heel veel activiteiten vielen weg en dat schiep de nodige extra vrije tijd. Voor mij een ideaal moment om hiermee te beginnen. Ooit heeft de eerste Groninger Streektaalfunctionaris Siemon Reker een begin gemaakt met het schrijven van een grammaticale boek maar hij is hiermee ongeveer tot de helft gekomen. Bij zijn opvolgers waren er ook wel plannen alleen is een en ander nooit geconcretiseerd.
Dit was niet uw eerste huzarenstukje wat betreft het schrijven in het Gronings?
Nee, dat klopt. Een en ander is in 1990 begonnen toen ik het Groninger Bijbelvertaalproject mocht leiden. Zeven groepjes zijn bijna veertien jaar bezig geweest om de Bijbel in het Gronings te vertalen. Ik kreeg al deze vertalingen binnen ter controle en heb zelf het boek Numeri in het Gronings vertaald. Samen met collega-redacteur Marten van Dijken hebben we de Groninger Bijbelvertaling uitgebracht. Men was bij mij als kartrekker uitgekomen omdat ik sinds 1973 Groninger kerkdiensten verzorg.
In 2004 is er nog een boek uitgekomen, waar ik alleen aan gewerkt heb, getiteld ‘Gezondhaid en Groutnis Grunniger alliteroatiewoordenboek’. Dit boek bevat 1.300 alliteraties die niet in de Nederlandse taal voorkomen. Al met al heb ik tussen 2004 en 2022 zo’n tien boeken uitgebracht waaronder veel zelfgeschreven verhalenboeken. De kiem voor het schrijfwerk lag in 1998 toen ik in interviewvorm de geschiedenis van de kerk van Niekerk beschreef. Dat begon met de vraag: ‘Hoe lang staat u hier al?’
Was het schrijven van het boek ook weer monnikenwerk?
Het was zeker niet zo’n grote klus als de vertaling van de Bijbel in het Gronings. In november 2021 verscheen ‘Groninger grammatica in kort bestek’ in een oplage van dik honderd exemplaren. Ik had het boek al wel veel eerder kunnen schrijven door de aantekeningen die ik gemaakt heb n.a.v. die Groningse vertaling van de Bijbel. Ik ben anderhalf jaar lang bezig geweest en had hierbij het voordeel dat ik door mijn studie theologie al de nodige grammaticale kennis opgedaan had van de talen Grieks, Latijn en het Hebreeuws.
Het boek behelst tweehonderd bladzijden met aan het eind nog een uitgebreide lijst met Groninger bloemennamen en het dialect van de Marne. In het boek wordt bijvoorbeeld ingegaan op de zinsopbouw, het gebruik van lidwoorden en zelfstandige naamwoorden. Maar het meeste werk is gaan zitten in het hoofdstuk over de werkwoorden. Anderhalf jaar werk dus dat begon met eerst goed na te denken over hoe je het hebben wilt alvorens met schrijven te beginnen. En een en ander vereist natuurlijk de nodige bestudering van bestaande literatuur.
Voor wie is het boek ‘Groninger grammatica in kort bestek’ een must?
Uiteraard is het boek geschikt voor mensen die Gronings willen leren lezen en schrijven. De uitleg is in het Nederlands geschreven, de specifieke voorbeelden in het Gronings. Dit maakt het boek ook heel geschikt voor mensen die geïnteresseerd zijn in de vraag hoe een taal in elkaar zit.
Mensen die vroeger op school uitgebreid grammaticales gehad hebben, worden steeds schaarser. Tegenwoordig leer je eerst lezen en tussendoor wordt de grammatica behandeld. Dit boek kan daardoor voor heel veel mensen verhelderend wezen.
De verkoop loopt als een trein toch?
Al mijn boeken zijn door Uitgeverij Vliedorp uitgegeven, deze zit in Houwerzijl. Vorige week is de 3e druk in gang gezet. Mede ingegeven door het feit dat er door bijvoorbeeld de Ommelander, het Dagblad van het Noorden en het tijdschrift Toal en Taiken de nodige aandacht aan het boek geschonken is.
Het is mooi om te constateren dat er zoveel interesse is. Dan weet je dat het allemaal niet voor niets geweest is. Ik zoek nog een plek waar ik de totstandkoming van het boek nader uit kan leggen, of een plek waar ik aan de hand van het boek een stoomcursus Gronings kan geven. Dit kan bijvoorbeeld een kroeg of dorpshuis zijn.
U heeft vast wel iets met talen?
Ik heb tot 2012 bijna veertig jaar Nederlands gegeven op de MTS in Groningen. Voor mijn studie theologie, een studie waarbij talen een belangrijke rol spelen, heb ik namelijk de kweekschool afgerond en dan ben je bevoegd om les te geven. Zo heb ik ook mijn hele werkzame leven godsdienstig onderwijs gegeven op openbare scholen. Les geven is sowieso leuk. Door de kennisoverdracht maar ook de interactie met kinderen en jongvolwassenen. Ook op het gebied van talen inderdaad.
Maar ook het preken bent u nog niet verleerd?
Ik word in april 78 jaar maar sta nog alle zondagen op de kansel. Mijn hele agenda voor dit jaar staat vol en die van 2023 begint zich aardig te vullen. Ik kom tegenwoordig de hele provincie door en preek hierbij op plekken waar ik nog nooit eerder geweest ben.
Bad Nieuweschans, Scheemda, Hoogezand, zo maar wat plaatsen waar ik binnenkort voor mag gaan. En dat terwijl ik maar in twee gemeenten langdurig predikant geweest ben en dat was in Zandeweer en Ulrum. Maar ik denk dat ik wel in tien tot vijftien gemeentes consulent geweest ben, wat inhoudt dat je dan tijdelijk invalt. Daardoor bouw je vanzelf een groot netwerk op.
Wat zijn de hoogte- en dieptepunten uit uw (Groningse) schrijverscarrière tot dusver?
Dieptepunten heb ik niet beleefd, ik weet ook niet wat dat zijn. Ik ben dominee geworden, was voorzitter van de classis, zat in de kerksynode waar ik nog een tijdje in het dagelijks bestuur gezeten heb. Kortom, ik heb heel veel verschillende dingen gedaan en dat geldt ook voor de schrijverij.
Mijn leven is vrij egaal, ik zorg dat ik hoogte- en dieptepunten vermijd. Ik ben dus meer van de geleidelijkheid maar doe alles met plezier en inzet en haal daar veel voldoening uit. En ook de nodige energie waardoor ik weer andere dingen aan kan pakken.
Heeft u nog leuke schrijfanekdotes?
In de tijd dat ik nog leraar was aan de MTS, besteedde ik in mijn lessen jaarlijks aandacht aan de poëzie. Hiervoor gebruikte ik vaak een kleinere klas en dan werd voor de rest alles aan de kant geschoven. Dan liet ik ze bijvoorbeeld treingeluiden nadoen en door die geluiden samen te voegen, stond het eerste gedicht al op papier. De mooiste gedichten stuurden we op naar de organisatie van ‘Doe maar, dicht maar’ en die bundelden dan de beste gedichten weer tot een boekje.
Gezamenlijk gingen we naar de Stadsschouwburg waar gedichten voorgedragen werden, ook door professionele dichters. Daar beleefde ik net zo veel plezier aan als les geven aan statushouders. Die lessen mocht ik zelf invullen. Ook daar gebruikte ik de poëzie voor.
Nog tijd voor hobby’s?
Mijn grote tuin levert het nodige hobbywerk op. Vorig jaar heb ik de bomen gesnoeid en nu liggen er bijvoorbeeld, na de drie stormen, her en der takken verspreid. In Domies Toen in Pieterburen geef ik rondleidingen over Bijbelse planten.
En ik ben nogal bewaarderig. Dat heeft zo zijn voordelen. De tuin doe ik met de schoffels die nog van mijn vader en opa geweest zijn. En ik kan opa’s zicht- en welkhaak, haarspit en hamer gebruiken tijdens de historische dagen op Verhildersum die in de zomerperiode plaatsvinden. Ik ben daar dan ouderwets koren aan het zichten.
Waar mogen ze u ’s nachts voor wakker maken?
Voor een kopje thee met een meelkoekje. Dat vinden we beiden lekker. Mocht een van ons tweeën de slaap niet kunnen vatten dan wordt er thee gezet en dan genieten we beiden van een bakje en een koekje.
Wilt u verder nog iets kwijt?
Ik ga het liefst op dezelfde voet verder. Niet alleen met de activiteiten die ik mag doen maar ook met het genieten van alles wat er in de omgeving wordt georganiseerd. In de loop der jaren ben ik in een steeds mooiere omgeving terechtgekomen. Er hebben zich prachtige initiatieven ontwikkeld en daar wordt uiting aangegeven door kunstenaars, filmmakers en muzikanten.
Hier is zoveel te doen in de omgeving, veel meer dan vroeger. Als ik eens door de ‘Das ja goud’ Uit-agenda van Swanny Beukema snuuster dan verbaas ik mij elke keer weer over wat er allemaal georganiseerd wordt. Ik vind dit zeker een verrijking.
Reserveren derde druk Groninger grammatica: kg.pieterman@wxs.nl