Ik zit inmiddels weer vol in de vroege fietstochtritjes. Vorige week bereikte ik met vlag en wimpel Zoutkamp, voor mij vaak het logisch eindpunt van zo’n tochtje. Dan wordt het vaak al wel wat. Want je moet uiteindelijk natuurlijk ook nog weer terug en van een snelle racefiets is geen sprake. Ik rijd namelijk op een huis-, tuin- en keukenfiets. Een damesmodel ook nog wel, vorig jaar aangeschaft door de vrouw. Het roze mandje voorop maakt het helemaal af….
Afijn, in wat achteraf verreweg de warmste dag van de week bleek te zijn zat ik voor vijven al weer op de fiets. Met een verjaardagsfeestje vooraf en een nachtelijk bezoek van een toevallig passerende vrachtwagenchauffeur in de Berkenlaan blijkt wel dat van veel slaapuren geen sprake was. Toch was ik al rond vieren wakker en een kwartiertje later stond ik kwiek naast mijn bedje. Hond Dusty bleek ook op dit vroege tijdstip al zin te hebben in een uitstapje en braakte en passant vlak voor vertrek nog wat dwarszittende rommel op.
Dat mocht de pret niet drukken. Ik had mij al voorgenomen om eerst richting Rottum te fietsen en via de vuilnisstort door te gaan naar Warffum. Op een tussenliggend bruggetje ving ik de prachtig opkomende zon in een fotomoment en onderweg kon ik ook letterlijk en figuurlijk genieten van het bekende kat-en-muisspel op de oprit van een boerderij. Na Warffum stond ik uiteraard ook nog even stil in Breede waar de Breedenborg er als altijd rustig, vredig maar bovenal statig bijlag. Een prachtig aandenken aan de tijd dat Jaap Reenders nog in het Hogelandgebied woonde.
Via de periferie van Baflo tokkelde ik rustig door naar Den Andel. Wat een prachtig plaatsje is dit toch! Ik fietste even weer langs de kerk en zag dat de familie Mulder nog op één oor lag. Ook bij Andledon was het nog rustig. Dat is ook niet zo verwonderlijk natuurlijk op dit tijdstip. Via de polder fietste ik naar Westernieland en bij het monument was daar even een rustmomentje en een broodje. Vlakbij de barakken waar vroeger mensen tewerkgesteld werden met een NSB-verleden. Of was het toch een werkplaats voor langdurig werklozen? Ik weet het niet zo helder meer.
Om 07.00 uur werd ik volgens buurtgenoot Roetert gespot bij de molen van Pieterburen en na nog een rondje zeehondencrèche en Domies Toen vervolgde ik mijn weg via Broek en Molenrij naar Kloosterburen waar de Cloostertuin uiteraard niet mocht ontbreken. En ook reed ik nog even langs Hotel het Klooster waar rond achten de eerste tekenen van leven te zien waren. Op naar Hornhuizen en onderweg constateerde ik dat de Coop in Kruisweg inmiddels voltooid verleden tijd is.
Na Hornhuizen was ik van plan om naar Ulrum af te slaan. Maar toen stuitte ik op de wegbewijzering waarop aangegeven stond dat Lauwersoog nog 12 kilometer fietsen was. Dat bordje ben ik vaker tegengekomen maar in dit geval was er opeens een niet te verklaren aantrekkingskracht. Op naar Lauwersoog derhalve en niet veel later werd ik verrast door het feit dat ik al snel het natuurgebied in fietste. Waarschuwingen voor de gevaren van het oefenterrein nam ik ter harte alhoewel ik het niet kon laten om even in Marnehuizen te kijken waar de oefeninghuisjes er gelukkig stil en verlaten bij lagen.
Man, wat een bonusidee was dit toch, dacht ik toen ik bij een sluisje even uitrustte onder de verkoelende bomenschaduw. Idyllische vogelgeluiden maakten dit gevoel van vrijheid en gelukzaligheid helemaal af. Toen ik even na negenen Lauwersoog binnenreed nam ik mij voor om dit plaatsje op te nemen in de aankomende reeks ‘Op zoek naar het vakantiegevoel van’. Op de camping was het namelijk al gezellig druk en menig camperbestuurder had de weg naar deze plek gevonden.
Rond half tien startte ik de terugtocht en dat bleek nog een hele uitdaging te zijn. De zon liet zich steeds meer gelden en ik had dik dertig kilometer last van een stevige tegenwind. Via Vierhuizen, Ulrum, Leens, Wehe en een staartpuntje Eenrum kwam ik in Baflo terecht. Even later pakte ik in Tinallinge mijn laatste drinkpauze en rond half enen keerde ik afgepeigerd terug in huis waar ik eerst even een kwartiertje op adem moest komen.
Dat gaf mij mooi de gelegenheid om prachtige momenten even te laten bezinken. De afslag na Hornhuizen was misschien iets te veel van het goede maar achteraf was er zeker sprake van bonuspunten en -herinneringen. De grenzen zijn verlegd en ondanks de fysieke ontberingen smaakte het naar (Lauwers)meer!