Bij de Molen
Knis Beheer
KOOZAA
Huitsing & Poort
Hotel 't Gemeentehuis
De Kleine Munt

MAVO-herinneringen, deel II

Vorige week heeft u het eerste deel van mijn MAVO-Middelstum-herinneringen kunnen lezen. Het ging voornamelijk over mijn onzekere eerste brugpieperjaren. Maar in die tijd groeide je nog zowel fysiek als mentaal. Om vervolgens zelf neer te kijken op de nieuwe brugpiepers? Vast niet, wijs geworden door eigen ervaringen. Wat kan ik mij nog van die klas 3 en 4-jaren herinneren?

Boeken, heel veel boeken. Die allemaal gelezen moesten worden. Uit mijn hoofd ging het om 15 voor Nederlands en 10 voor Engels en Duits. 35 in totaal dus die ik allemaal doorworsteld heb. Van sommige maakte ik zelf uittreksels geloof ik en sommige kon ik weer van anderen overnemen. Wat ging er een tijd inzitten zeg, in dat lezen. Anderen waren handiger en beperkten zich tot de uittreksels. Die kwamen er met een zesje vanaf maar hadden wel een stuk meer vrije tijd.

Volgens mij kregen we in de tijd ook typeles. Dat meester Stapert hier les in gaf, staat bij mij buiten kijf. In het lokaal direct rechts van de ingang, even voorbij het ‘hoofdkantoor’ van directeur Roelevink, ratelde het regelmatig aanslagen. Op de typetoetsen in dit geval. Volgens mij haalde ik destijds zo’n 135 aanslagen per minuut. Genoeg in elk geval voor mijn typediploma.

Nederlands kregen we toen van een nieuwe leraar, Beekman genaamd. Die had er soms maar zwaar mee, met dat klas in de hand houden. Soms zag ik maar zo bloempotten langs het raam vliegen op de benedenverdieping. Volgens horen zeggen naar beneden gegooid door de man die nu al surveillerend de orde handhaaft op het Hogeland. Bij Beekman moest je ook een spreekbeurt houden die ongeveer tien minuten in beslag nam. Man, dit vond ik helemaal niets, om voor de klas te moeten zitten praten. Het leverde mij echt een slapeloze nacht op. Gelukkig ging het uiteindelijk goed. Ik twijfel er nu over of die eerste spreekbeurt over U2 of toch Bronski Beat ging.

Waar ik ook tegen op kon zien was de mondelinge overhoring tijdens biologie handelend over de voortplanting. Gelukkig ging die aan mij voorbij. Jacqueline en/of Antoinette waren letterlijk en figuurlijk ‘de lul’ en zullen ongetwijfeld met rode oortjes de antwoorden opgedreund hebben over de geslachtsorganen en zijn of haar specifieke functie. Nee, dan waren de praktijklessen een stuk ontspannener. Van scheikunde en natuurkunde bedoel ik natuurlijk want daar hadden we zelfs een eigen praktijklokaal voor waar je met het gebruik van een soort van gasbrander materialen van vorm kon laten veranderen….

We gingen op schoolreis maar helaas niet meer naar Parijs, Londen of Berlijn. Steden waar mijn broers in eerdere lesjaren uit konden kiezen. Wij kwamen niet verder dan Drenthe maar ontdekten daardoor wel dat meester De Graaff buiten het leslokaal een stuk ontspannener was dan binnen de klasmuren. Met een grote glimlach op de mond vertelde hij tijdens het fietsen door het mooie Drentse landschap de ene na de andere anekdote.

En zo stootten we langzaam maar zeer zeker door naar klas 4. Tijd voor de eindexamens. Ik geloof dat we in april al klaarwaren met de fysieke lessen en vervolgens was het thuisstudie wat de klok sloeg en je ging proefexamens maken. En school werd natuurlijk bezet. Hoe dat allemaal precies in zijn werk ging weet ik eigenlijk niet eens meer. Volgens mij moesten we op een vrijdag heel vroeg aanwezig zijn om spandoeken op te hangen en had de eerder genoemde agent op een of andere manier een sleutel weten te ritselen.

Gelukkig wist ik in één keer te slagen. De helft van het eindcijfer bestond volgens mij uit tentamens en ik zorgde er wel voor dat die stof er bij mij goed in zat. De examens deed je toen op de huishoudschool, daar waar nu Plus Tuitman staat. Met twee negens en vijf achten op het diploma genoteerd, waarvan je nu denkt, wat heb ik er aan gehad want er is nooit iemand geweest die hier naar gevraagd heeft, liet ik de MAVO achter mij. Opgelucht maar ook niet overdreven blij want het veilige Middelstum dicht bij huis moest worden ingeruild voor de grote stad Groningen.

Het gebouw staat er helaas niet meer, de gordelgracht gelukkig nog wel. Daar waar we in de wintermaanden met de fiets overheen roetsten. Vooral bij de bochten was dit spannend en zeker wanneer er van de andere kant ook een ijsfietser kwam. Op hoop van zegen gleed je dan met een voetje op het ijs door de bocht. De nog licht bevroren gracht was ook de reddingsboei toen Klaas pontificaal op het bruggetje ging staan waardoor Ronnie na de pauze niet naar binnen kon. Uffen kon het niet waarderen dat hij met ‘Buffel’ werd aangesproken en wilde wel even verhaal halen. Gelukkig waren daar de ijsschotsen nog maar het leverde Mittos wel een kletspoot en een standje van meester Koops op….

Makkelijk was het allemaal niet, die jonge puberjaren maar je zou zo weer een dagje terugwillen naar die tijd. Toch?!

Ps. Omdat Wim van Heuveln op Facebook altijd met mooie aanvullingen komt over zijn MAVO-tijd, heb ik hem gevraagd of hij hierover een gastcolumn wil schrijven. Dat is super gelukt en deze bijdrage komt morgen online! Een mooi MAVO toegiftje dus….

Bert Koster
Middelstum
info@bert-koster.nl
bertkoster1@gmail.com
www.bert-koster.nl
06-51715098
0595-552405
KvK nummer: 57250278
BTW nummer: NL001445322B69