In deze ietwat saaie tijd, duik ik graag nog even terug in herinneringen aan avontuurlijker tijden. Mijn lagere schooltijd bijvoorbeeld. Hierbij deel III. Waarbij de eerste twee epistels toch de wat donkere en pijnlijke momenten belichtten, terwijl het toch eigenlijk een onbezorgde tijd was? Of wel hoorde te zijn in elk geval. Dat hoor je ja zo vaak. En als ik er eens goed voor ga zitten dan komen de mooie herinneringen natuurlijk vanzelf. En dat is dé manier om zo’n drieluik af te sluiten wat mij betreft….
Want wat leerden wij een bijzondere dingen eigenlijk, in de eerste en tweede klas. Letters overschrijven, het alfabet opzeggen en op den duur kon je maar zo woordjes, ja zelfs hele zinnen noteren. En lezen inderdaad, er ging een hele nieuwe wereld voor je open. Hetzelfde geldt voor het rekenen waarvoor eerst de tafels moesten worden opgedreund. Wonderlijk eigenlijk, dat je langzaam maar zeker zo gevormd werd.
Wijze levenslessen deden we ook op in die tijd. Dat juf Klinge haar naam door te trouwen zomaar veranderde in juf Eckhard bijvoorbeeld. Wonderlijk toch? Zijn we niet met een bus naar haar bruiloft geweest om samen met het gospelduo Elly en Rikkert een nummer te zingen? Zo staat het wel in mijn geheugen gegrift in elk geval. En kwam juf Mekel niet op gezette tijden langs om ons naaien en breien te leren? Maar of ik daar iets van opgestoken heb?
Nee, snel door naar klas drie en vier. Daar waar meester Zuidhof de scepter zwaaide. Voordat we de klas in gingen, stonden we altijd netjes in het rijgelid. En dan was daar die linkerhand om de rij te controleren en te corrigeren en in de rechterhand balanceerde hij vervaarlijk met een kopje koffie. Met aardrijkskunde landen en hoofdsteden leren, man wat was de wereld groot. Prachtige verhalen uit de Middeleeuwen maar de mooiste waren toch die van Snuf de Hond. En startten we de ochtenden niet op met het psalmen zingen? ‘Eens als de bazuinen klinken’, zongen we in koor terwijl Jan Orgel alle registers nog eens opentrok.
Waardoor we vaak te laat naar de gymzaal gingen om daar slagbal te spelen. Man, waar hebben we het over. Een slagbatje, vijf kussens als honken en een balletje. Magische herinneringen die nu gekoesterd worden. Vooral het onbeschrijfelijke gevoel van een vangbal waardoor degene die deze bal sloeg op stel en sprong uit was, zal ik nooit meer vergeten. Het was in de tijd dat mevrouw Jansma ons het korfballen bijbracht en we aan schooltoernooien meededen, net als met het voetballen. Waarbij je bij het korfbal met de bal eerst een zesje moest maken in het luchtledige alvorens af te vuren op de korf.
Klas vijf bracht ons meester Pruiksma. Die kon prachtig gitaar spelen. We gingen op schoolkamp en mochten voor het slapen gaan langs in de meidenslaapzaal voor een nachtzoen. Zo werd onbewust en kinderlijk eenvoudig het voortplantingsmechanisme voorzichtig in werking gezet. Schiermonnikoog en ik geloof Drouwenerzand of Borger werden op deze manier aangedaan. Een geheel nieuwe buitenwereld ging voor ons open.
De zesde klas bleek de laatste te zijn op de Wicher Zitsema. Daarna nooit meer om knikkers spelen. ’s Morgens voor het na school gaan werd het knikkerzakje snel nog even gevuld. Soms zelfs met een mooie Chinese dorrel die een waarde van tien knikkers vertegenwoordigde. Daar moest je zuinig mee omspringen. Dat was ook een machtig gevoel wanneer je je winst in een regenachtige pauze uit een poeltje vol met water moest vissen.
En dat onder leiding van hoofdmeester Fré Schreiber, was hij toen ook al een bekende Groninger? En wat te denken van Heuveltjesdag waarbij de liefde voor de natuur ons werd bijgebracht. Helemaal dankzij een tien plusplus op de natuurkalenders die we maakten. Tikkertje of overstekertje spelen, dat was ook zo’n onschuldig vermaak. Waardoor de (ge)tik(te)rij steeds groter werd en dus steeds lastiger om hieraan te ontduiken. Én last but not least, met het klimmen der jaren werd het andere geslacht steeds mooier en interessanter natuurlijk. Sorry Ellie, het is inderdaad weer eens zover. Maar verdekt beschreven hoor, wees gerust.
Want met een geheim clubje van zes vierden we op vrijdag 2 december 1983 met drie jongens en drie meisjes aan de Akkerstraat ons eigen Sinterklaasfeestje. Waar boven op zolder de lichten gedoofd werden toen alle cadeautjes uitgepakt waren. Maar waar in het donker het vuur begon te branden toen ik eindelijk naast het meisje van mijn dromen lag. Het mooiste cadeautje van die avond maar ik had geen flauw idee hoe die uit te pakken. Daar dacht je op die leeftijd ook helemaal niet aan toch? Na 320 seconden hoorde ik echter vanaf links vanuit twee monden tegelijk: ‘Zullen we wisselen?’ En ik wist het direct, mooier dan dit gaan mijn lagere schoolherinneringen nooit worden….