Kunt u zich heel kort even voorstellen?
Noteer voor mijn naam gerust Will Beenes en Will is met dubbel l inderdaad. Over het hoe en waarom kan ik alleen al een heel verhaal vertellen maar dat bespaar ik je. Ik ben op 4 december 1958 geboren in Middelstum. Als middelste telg uit een arbeidersgezin dat uit zeven personen bestond. Ik heb nog twee oudere broers en twee jongere zusters. Mijn vader was boerenarbeider maar switchte in zijn laatste werkjaar naar het vak van timmerman. Helaas is deze keuze hem noodlottig geworden, hij overleed op jonge leeftijd aan een bedrijfsongeval. Moeder had vervolgens haar handen vol aan het gezin.
Ik heb tot mijn 21e in Middelstum gewoond en het werk bracht mij vervolgens naar Oldehove. Ik verhuisde naar het nabijgelegen Saaksum en na twee jaar ging ik in Oldehove wonen. In beide dorpjes woonde ik in een klein, knus één a tweepersoons huisje. Daarna volgde nog een keer een verhuizing en wel naar de Bedumerweg in Onderdendam. Want in Onderdendam ging mijn man het transportbedrijf van zijn vader overnemen. We wonen hier inmiddels al weer 35 jaar met veel plezier. Het is een mooi plekje om te wonen met een prachtig uitzicht over de landerijen.
Wat is uw burgerlijke staat?
Ik ben op 18 mei 1984 getrouwd met Jan Beenes. Jan gaf zich niet zo maar gewonnen. Waar het bij mij liefde op het eerste gezicht was, liet hij zich moeilijk vangen. We kenden elkaar via het gezin De Vries uit Onderdendam. Ik was bevriend met Ety, Jan met haar broer Bert. We troffen elkaar wel eens bij het gezin De Vries. Jan en ik gingen op dansles in Onderdendam waar de mannen elke lesavond hun danspartner mochten uitzoeken. En Jan koos telkens voor een andere vrouw…. Maar tijdens een van de laatste avonden mochten de vrouwen een partner uitzoeken en dus kon ik mooi met Jan dansen.
Dat was nog niet het begin van onze relatie. Die vonk sloeg pas over dankzij mijn oom. Zijn zoon, mijn neef dus, ging trouwen en hij vond het maar niets dat ik alleen zou komen. En dus vroeg ik Jan of hij met mij mee wilde naar Friesland. En toen was het gelukkig raak.
Het huwelijk heeft ons twee zoons geschonken. In 1985 is John geboren. Waar ik van 4-12-1958 ben, presteerde hij het om op 12-4-1985 ter wereld te komen. Een soort van omgekeerde datum dan die van mij dus. Eigenlijk is zijn naam Johnny maar nu hij in Amerika woont klinkt John veel beter. Ergens hadden wij misschien wel een vooruitziende blik met zo’n Engelse naam maar Jan vond het vroeger maar niks dat hij naar zijn opa Jan vernoemd was en zijn vader ook al Jan heette, dus was John een goed alternatief.
Op 20 januari 1987 werd Bjorn geboren. Toen beide broers op vakantie waren in Amerika raakte John op zijn laatste avond in the States in gesprek met Lindsay. Die hem vervolgens in Nederland op Facebook opzocht en dat was het begin van intensieve skypegesprekken. John is uiteindelijk naar Amerika verhuisd en met haar getrouwd. Ze wonen nu in St Louis, een plaats ongeveer 700 kilometer verwijderd van Chicago. Ze hebben twee kinderen. Brayden is vijf, Tate Beckham (naar de voetballer inderdaad) drie. We krijgen gelukkig regelmatig filmpjes doorgestuurd.
Bjorn vond zijn geluk dichter bij huis, hoewel hij wel met zijn partner Francis in Zwolle woont. Ook niet naast de deur maar in vergelijking met de oudste een stuk dichterbij. Zij hebben twee zoons, Milan van vijf en Julius van drie.
Wat is uw voormalig beroep?
Na de lagere school, ging ik naar de MAVO in Middelstum. Ik wist al heel vroeg dat ik voor de klas wilde staan en dus ging ik naar de Nijenborgh HAVO aan de Zuiderkruislaan in Groningen. De PABO zat in hetzelfde gebouw, dus na twee jaar HAVO was ik na drie jaar op dezelfde locatie klaar voor het onderwijs. De stages bevielen mij veel beter dan de theorielessen, dat was een wereld van verschil. Toen ik in 1979 van school kwam, was het heel moeilijk om aan een baan te komen. De werkloosheid was hoog en er was een overschot aan onderwijzers.
Gelukkig kon ik in 1980 in Oldehove aan de slag. Ik gaf les in klas 1 en 2, wat nu groep 3 en 4 is. Dat lessen geven aan die groepen ben ik zoveel mogelijk blijven doen, dat is een heel bewuste keuze van mij geweest. Kinderen in die leeftijdscategorie leren in korte tijd heel veel en dat vind ik prachtig om te begeleiden. Denk alleen al aan de sprongen die ze op taal- en rekengebied maken.
Na Oldehove vervolgde ik mijn onderwijzeresperiode in Onderdendam. Het hoofd van de school had één middag in de twee weken ADV om zijn administratie op orde te brengen en in die tijd mocht ik voor de klas staan. Later breidde dit dienstverband zich uit naar vier werkdagen in de week. Ik gaf toen les in groep 6, 7 en 8.Toen ik de kinderen van kinderen die ik al les gegeven had in de klas kreeg, had ik toch zoiets van, misschien moet ik nog een keer naar een andere school verkassen.
En zo kwam ik in 2009 op de Regenboog basisschool in Bedum terecht. Daar ging het al vrij snel mis want in hetzelfde jaar werd er bij mij borstkanker geconstateerd. Dezelfde ziekte als waar mijn moeder aan overleden is. Ik had toen echt zoiets van ‘Dit was het dan’. Maar na drie operaties, chemokuren en bestralingen kwam in 2011 de prachtige boodschap dat ik schoon was. Én dat ik weer les mocht geven, goh wat had ik dat gemist.
Ik werk nu 2,5 dag in de week en nog steeds op de Regenboogschool. Maar nu dient het coronavirus zich dus aan en kan ik ‘mijn’ leerlingen niet zien. Zij krijgen nu digitaal taken door die ze thuis moeten maken. Binnenkort ga ik waarschijnlijk beeldbellen met de leerlingen, dan hebben we toch nog een beetje contact….
Hoe bevalt het gepensioneerd zijn?
Daar is in mijn geval gelukkig nog geen sprake van. Ik houd mij er dan ook helemaal niet mee bezig want lesgeven vind ik nog steeds veel te leuk. Ik haal er veel energie uit en dus ga ik graag nog enige jaren door. Maar ook na mijn pensionering zal ik mij niet vervelen hoor. Er staan nog zoveel leuke dingen op het programma. Zo hebben we sinds de MAVO met zijn zessen een vriendinnenclub. We komen enige keren per jaar bij elkaar om lekker bij te kletsen.
Eén van die vriendinnen, Marga Allard, de dochter van de toenmalige directeur van het Hippolytushoes is naar Amerika verhuisd. Toen zij veertig jaren in the States woonde, waren wij daar net om bij John en Lindsay langs te gaan. We konden dit mooi combineren met een bezoek aan Marga en zij en haar man hebben Jan en mij in vier dagen tijd heel New York laten zien. Een machtige ervaring die ik ooit nog eens hoop te herhalen. Een vriend van Bjorn woont ook in New York, we zijn nog even bij hem op visite geweest.
Verder heb ik sinds een paar jaar klarinetles bij muziekvereniging Wilhelmina in Bedum. Het uiteindelijke doel is om in het orkest mee te kunnen spelen. Ik ga één keer per week naar het zwembad en ben ook een fervent wandelaar. In 2018 heb ik in etappes het noordelijke gedeelte van het ‘Pronkjewailpad’ gelopen, een afstand van 250 kilometer. Vorig jaar volgde de zuidelijke route, die was nog honderd kilometer langer. Jaarlijks loop ik ook de Tocht om de Noord. Voor dit jaar stonden ook de Bevrijdingsloop en SamenLoop voor Hoop Hogeland op het programma maar beide evenementen zijn inmiddels afgelast.
Met tien dames, allemaal lotgenoten, hebben we meegedaan aan de wandeltocht van de Bedumer Winterloop. Het streven was om met zijn elven €11.000,- binnen te halen en dit is ruimschoots gelukt. Het was een emotioneel moment toen we met zijn allen over de finish kwamen. Allemaal lotgenoten die in hun leven te maken hebben gehad met kanker, sommigen dealen er nog steeds mee. We kregen een roos van voorzitter Klaes Hoekstra en we hadden allemaal ook een roos voor hem meegenomen. Uiteindelijk hebben we ruim €13.000,- binnengehaald. Een jaar eerder was ik met familie in Frankrijk actief, tijdens de Alpe d’Huzes. Ook met een mooi financieel eindbedrag als resultaat.
Wat zijn de hoogtepunten uit uw leven?
Onze trouwdag en de geboorte van de kinderen en kleinkinderen. En het feit dat we als gezin allemaal in goede gezondheid zijn. Ik heb sinds 2009 sowieso een andere kijk op het leven gekregen, op het feit dat ‘ik er nog steeds ben’. ‘De voorzienigheid had mij nog een rol toebedeeld op aarde’, zo voel ik het eigenlijk wel. Tussen alle behandelingen door, heb ik nog een camperreis door Canada gemaakt met Jan en Bjorn om bij te tanken. Dat was ook een prachtig hoogtepunt.
En de dieptepunten?
Het feit dat mijn vader en moeder veel te jong zijn overleden. Dat maakte ons als kinderen ‘jonge wezen’. Ik was elf toen mijn vader op 42-jarige leeftijd overleed, dan word je snel volwassen hoor. Mijn moeder is op 54-jarige leeftijd overleden, ook veel te jong! En het skiongeluk van mijn broer met blijvend letsel beschouw ik ook als een groot dieptepunt.
Heeft u nog anekdotes en mooie verhalen?
Ik denk dat ik je al heel wat bijzondere verhalen verteld heb. Maar daar kan ik nog wel eentje aan toevoegen. Toen we nog in Oldehove woonden, kregen we tuinmeubels cadeau. Zelf hadden we daar niet veel ruimte en dus vroegen we oom Piet en tante Frouwk of zij die meubels op zolder op wilden slaan. Zij woonden hier toen nog in dit huis. Toen zij naar Zuidlaren verhuisden, hebben wij hun huis gekocht. Dat had één groot voordeel, de tuinmeubels hoefden we niet mee te verhuizen….
Wat zou u ooit nog willen doen in uw leven?
Ik hoop nog veel te kunnen reizen, we hebben alle continenten nog niet gehad. Australië en Zuid-Afrika, zo maar wat landen die ik nog wel aan zou willen doen.
Waar heeft u spijt van gehad in uw leven?
Er komt niets in mij op. Dat is vast een goed teken!
Wat zou u uw leven voor een cijfer willen geven?
Door de nodige dieptepunten is een tien geen optie. Maar ik ga toch voor een ruime voldoende, noteer maar een acht. Hoe zeggen ze dat ook al weer op zijn Gronings? ‘’t Kon minder!’
Wilt u verder nog iets kwijt?
En de Groninger taal schept ook een mooi bruggetje naar deze laatste vraag. Op 18 maart zou op de Regenboogschool namelijk een Grunneger veurleesmiddag georganiseerd worden maar deze is uiteraard niet doorgegaan. Dat vind ik heel jammer want zeven leerlingen van onze school zouden namelijk een Gronings verhaaltje voorlezen. Een van hen is van Somalische afkomst, ik vind het echt knap hoe zij zich in het Gronings verstaanbaar kan maken. We moeten er allemaal voor zorgen dat het Groninger dialect niet verloren gaat!
En verder wens ik iedereen een Corono-vrij leven en hoop ik dat het virus snel de wereld uit is. Heel veel sterkte voor iedereen in deze moeilijke tijd. Ook allen, die geen visite mogen ontvangen.