“We gaan nu luisteren naar een liedje van Coldplay, Viva la Vida, omdat papa daar altijd heel blij van werd”. Aan het woord is Cees Jan. Cees Jan is een hele dappere jongeman van een jaar of 10. Hij heeft zojuist zijn 42 jaar oud geworden papa herdacht in een emotionele indrukwekkende speech. Het is 31 december 2019, de plaats van handeling is het kerkje van Ulrum. Voordat de muziek begint, kijkt de dappere betraande jongen nog 1 keer, vanaf het spreekgestoelte, de kerk in. Zoals velen van de 300 aanwezigen houd ik het niet droog. Cees Jans’ Opa zei het zo terecht tijdens de warme omhelzing bij het condoleren: “Dit hoort niet”. Dit hoort helemaal niet……
Als even later de broer van de overledene aan het woord is geweest dwalen, tijdens Samenzang LB 23b De Heer is mijn herder, mijn gedachten af….
“Erik! Je hebt het zo prachtig verwoord”. De man achter mij zegt het zeer gemeend. Het is vrijdag 13 december. Het is de uitvaart van Meindert Schollema. Sofie en ik zijn zojuist het paadje tussen het prachtige huisje van de familie Visser in Toornwerd naar het Balkje aan het eind van de Johan Lewestraat opgelopen.
Op de een of andere manier zijn we bij het verlaten van het Toornwerder kerkhof tussen de politici terechtgekomen, tenminste dat concludeer ik uit de gedempte gesprekken. Het is grijs, grauw en praktisch windstil en wanneer ik langs de stoet heen kijk richting Middelstum moet ik denken aan een Italiaanse film vol drama en verwacht elk moment Marcello Mastroianni en Sophia Loren in beeld.
Het hele dorp is in shock wanneer de onheilstijding komt van het overlijden van voormalig wethouder en oud burgemeester Schollema. Er is al veel over gezegd en geschreven maar dat onder aanvoering van beide zonen Pieter en Bé, die met de juiste mensen om hen heen er een meer dan waardig afscheid van hebben gemaakt, is zeer indrukwekkend. De sporthal werd met behulp van heel veel vrijwilligers omgetoverd in een aula van bijzondere allure en de logistiek en organisatie voor 1000 mensen was tot in de perfectie. Waar een klein dorp groot in kan zijn….
Schollema heeft voor velen wat betekend, groot en klein. Pekela, Menterwolde of Middelstum het maakt niet uit. Zo kwam er op een zonnige middag halverwege de jaren 80 van de vorige eeuw een man de schuur in op onze boerderij. “Schollema”, zegt hij als hij mij een ferme hand geeft. Is dien pa d’r ook? Er is die middag het en ander geregeld met de toenmalige wethouder in het kader van de ruilverkaveling waar ik 35 jaar later nog van profiteer: “Het kwam goud”.
In de mooie herfst van 2018 stopt er een man op de fiets bij het perceel waar ik met de trekker bezig ben: Schollema. Na 10 minuten praten over landbouw, trekkers en het weer zegt hij: ik ga weer weg maar ik wil nog wel eem zeggn dat ‘t mooi zal wezen als Peter Anema weer terug komt bie de voetbalclub. Schollema ten voeten uit…..
“Was echt mooi Erik”, zegt de man achter mij nogmaals. Ik loop nog 5 stappen door en draai me dan half om: “Ja, ik vind ook dat Erik dat prachtig verwoord heeft. Ik ben dan ook best trots op mijn broer”. Ik hoor vervolgens een oorverdovende stilte achter mij. Tja, broer Erik, tweelingbroer Erik had ook wat met Meindert Schollema.
In zijn hoedanigheid als redacteur, presentator en columnist bij RTV Noord heeft Erik in de afgelopen bijna 25 jaar vaak de weg van Meindert Schollema gekruist en is er een warme band ontstaan. De nuance is dat ik Meindert met Schollema aansprak en Erik met Meindert. Tijdens de plechtigheid, in een bomvolle Hippolytushal, doet hij zijn verhaal in het Gronings met als afsluiting een gedicht.
Onderweg naar het spreekgestoelte zie ik het al: hij is in vorm. Zijn lichaamstaal en loopje verraden een zekere vastberadenheid. Als hij begint te spreken voel je dat het binnenkomt bij de mensen en bij het afsluitende gedicht proef je de emotie in de zaal. Hij is goed, die broer van mij.
Peter Anema en Erik Hulsegge, de enige tweeling in Nederland die, voor zover bekend, apart van elkaar opgegroeid is. Pas op ons zeventiende leerden we elkaar kennen en dat heeft door de jaren heen de nodige publiciteit opgeleverd. Allerlei kranten en tijdschriften besteedden aandacht aan ons: van Dagblad van het Noorden tot Trouw, van de Linda tot Psychologie Magazine. We mochten opdraven in verschillende Tv-programma’s: Pauw en Witteman, “M”, De meest identieke tweeling van Nederland en KRO’s De wandeling zijn voorbeelden en meest recent werden we “In de beste families” ondervraagt door meester-interviewer Coen Verbraak.
Vaak levert dit reacties op: mensen zijn flabbergasted en vinden het heel erg voor ons dat we gescheiden zijn. Ook mijn eigenste tweelingbroer, inmiddels een bekende Groninger door zijn geschreven en gesproken columns en verhalen (hiervan zijn ook al twee boeken uitgebracht) steekt zijn woede en ergernis hierover niet onder stoelen en banken in zijn epistels.
De andere kant van het verhaal is dat het ons ook veel gebracht heeft naast het feit dat we beiden zeer goed terecht zijn gekomen in onze verschillende gezinnen. De avonturen op radio en tv en een geheel betaalde reis naar Minneapolis voor een tweeling-onderzoek hebben voor ons ook een positieve groei in ontwikkeling en persoonlijkheid betekend.
Ik denk zelfs dat mijn broederlief een gedeelte van zijn huidige succes hieraan te danken heeft. Hij geeft bijvoorbeeld lezingen, soms wel 3 keer per week, waarin hij voorleest uit eigen werk maar toch vragen de mensen altijd of hij niet wil vertellen over het tweelingverhaal. Is het glas half vol of is het half leeg?
Zo speelde afgelopen november Coen Verbraak in zijn prachtige appartement met uitzicht over Het IJ voor mij op de piano “Voor haar” van Frans Halsema, nota bene op de piano die altijd van de zanger/cabaretier is geweest. Een hoogtepuntje in 2019 dat ik normaal gesproken nooit beleefd zou hebben…..
Broer Erik gebruikt mij regelmatig als dankbaar onderwerp in zijn columns. Zoals laatst toen hij aankondigde mij, in zijn column van 27 oktober “Viskenij en de kopie van een schilderij” zou gaan gebruiken als stand-in voor zijn lezingen. Dan krijg ik bij de sportschool of bij het verzorgingstehuis van mijn moeder de vraag “hest doe dien lezing al had?” Kan het nog mooier?
Ja, dat kan: in juli 2016. Erik en ik zijn, op mijn initiatief, een lang weekend naar Vaison la Romaine getrokken om in dit prachtige plaatsje in de Vaucluse te genieten van de Romeinse oudheden, het weer en een concert van de meesterlijke singer/songwriter Francis Cabrel in het plaatselijke amfitheater.
Daags na het concert zitten we op het terras voor ons hotel op het dorpsplein een beetje uit te kateren met een glas witte wijn. Ik krijg een heuse lachbui als een vrouw van een jaar of 70 druk gebaart richting mijn broer, aan haar iets te obscene gebarentaal blijkt dat ze meer wil dan alleen een glaasje witte wijn.
Broerlief krijgt, tot mijn grote hilariteit, een rooie kop en weet niet waar hij kijken moet. “Ik moet nog een column schrijven”, zegt hij quasi-verontwaardigd en beent het hotel in. Ik spreid mijn armen wijd uit naar de bejaarde vrouw: een gebaar van ik snap het ook niet. Wanneer ik vervolgens allerlei handkusjes krijg toegeworpen besluit ik een wandeling te maken in het pittoreske Vaison.
De volgende morgen, de zondag, krijg ik allerlei berichtjes op mijn telefoon: dat ik een prachtige column heb geschreven met de titel “Mor t geft apmoal niks”. Ik ruik onraad en surf snel naar de site. Mijn broer heeft een epistel geproduceerd over onze avonturen in Vaison met daarbij een pseudo-zelfreflectie en vervolgens mijn naam er onder gezet. Dei bunzel! Broer en ik hebben groot lol om de reacties op Facebook. De mooiste: “je kunt direct zien dat het anders is geschreven”….
Wanneer Sofie en ik in de stoet aankomen bij de prachtig omgetoverde Hippolytushal nemen we een glaasje wijn en zoeken een statafeltje op de achtergrond. Al snel komen er meer vrienden en bekenden bij staan, allen stevig onder de indruk van de gebeurtenissen in de uren daarvoor. Na twintig minuten schuift ook mijn broer aan, we omhelzen elkaar. Echter, tijd om bij te praten krijgen we niet, er zijn velen die Erik even aanschieten en complimenteren met zijn bijdrage aan de plechtigheid.
Op het moment dat ik mijn kans schoon zie komt er nog een man aan. Hij pakt Erik bij de schouder: ‘Goud doan heur!’ Een welgemeende pluim. Vervolgens gaat zijn blik naar mij en weer terug naar mijn broer. De joviale man kijkt Erik aan en wijst op mij: “Kin hai dat ook?” Mijn baarmoederdeler kijkt mij schalks aan: “Mien bruier het ‘t schreven en ik lees ’t veur”
We lachen..
Peter Anema
Ik wens iedereen een fantastisch 2020!