Ik lig op het logeerbed bij mijn oudste zus, we logeren er enkele dagen Trijn en ik. Ik kijk naar de boekenkast die achter het voeteneind tegen de dicht getimmerde deur staat in de logeerkamer. De titels kijken mij uitnodigend aan, gedrukt op de rug van de boeken te lezen in verschillende soorten lettertypes en kleuren.
Acht stuks van de schrijver Konsalik, Sil de Strandjutter van Cor Bruin, De kleine waarheid van Jan Mens. Titels die verfilmd zijn en in de bioscoop, later op televisie, te zien zijn geweest. W.G. van de Hulst, In De Soete Suikerbol en Toon Kortoom’s, Beekman en Beekman, een Brabantse streekroman. Andere boeken trekken ook de aandacht.
Exodus, actueel door bootvluchtelingen in de vorige eeuw op zoek naar een thuisland. Zelfs een boek over M.C. Escher, waar we in het Friese museum prachtige litho’s en pentekeningen van gezien hebben. Als cadeau gekregen het boek, Leven en werk van M.C. Escher en het staat bij ons thuis in de boekenkast bij de verzameling boeken over kunst.
Op de bovenste plank staat de bijbel ook tussen andere bekende boeken. De geschiedenis van verhalen uit de bijbel die ons voorgelezen zijn en gelezen door mijzelf. Jammer dat de werkelijke wereld van nu, er helaas zo weinig op vooruit is gegaan betreffende de menselijke verhoudingen onderling, zeker in het Midden-Oosten.
Door de eeuwen heen is er de constatering dat de berichtgeving niet veranderd is, er wordt nog steeds over feiten geschreven. De behoefte van de mens is kennelijk nog steeds om door middel van pen en papier, of door modernere middelen te gebruiken, om zich te uiten en verslag te doen van hetgeen men waarneemt. Het is een voorrecht om te schrijven hetgeen men wil schrijven in ons land.
Boekenplanken met nostalgische boeken met herinneringen bij zus. Herinnering gaan ook terug naar de middag-avondschool op de woensdag, tijdens mijn leerling gezel opleiding theorie aveo vakken waar we les kregen van de heer Ottens. Een Brabander met humor en het was prima te doen bij deze man.
Wij, stoere schilders in dop kregen een keuze voorgelegd. Bij goed gedrag en hard werken tijdens de lessen was de beloning, dat we voorgelezen zouden worden uit Beekman en Beekman de laatste half uur van de laatste les. Het leek ons wel prima. Wij stoere opgeschoten mannen die cynisch zaten te luisteren naar de stem van de heer Ottens en de avonturen van de Beekmannen. Het werd steeds stiller in de klas naarmate het verhaal vorderde. De voorleeskunst van deze man deed ons aan zijn lippen hangen.
Onze kennismaking met de schrijver en vroegere belevingen in de Brabantse Peel heeft mee geholpen met het lezen van boeken wat mij betreft. Toen de bel ging, keken we stoer naar elkaar, maar de hoop was er om de volgende keer het vervolg te kunnen horen.
Als kwajongen kreeg ik ooit van Sinterklaas, zijn bestaansrecht werd toen niet in twijfel getrokken, het boek, Reis door de Nacht van de auteur Anne de Vries. Geschreven over de oorlogsjaren, in de hoofdrol Jan waar ik mij mee identificeerde, vele malen gelezen in mijn jeugd. Het lezen vond ik toen al een aangename bezigheid en heb vele boeken gelezen.
De boeken in de kast van de logeerkamer nodigen uit om weer meer te gaan lezen. Het is er de laatste tijd niet van gekomen door mijn eigen verhalen te krabbelen. De wens is de vader van de gedachte om in onze boekenkast thuis in Westeremden op de rug van de kaft van het zelf geschreven boek met verhalen, ‘van Kwast naar Pen’ te mogen aanschouwen.
Nold.