Op de kalender prijkt inmiddels week 7 van 2018. De kater van het oud en nieuw feest lijkt in mijn gedachten nog maar amper verwerkt. De tijd vliegt. Hoewel de temperatuur het de afgelopen week anders deed vermoeden, lijken we alweer aardig richting het voorjaar te gaan.
Dat de tijd, en het tijdsbesef niet helemaal synchroon lijken te lopen, bleek afgelopen week wel. Ik dacht dat ik nog alle tijd van de wereld had. Het was immers nog licht. Kijkend op mijn horloge bleek het toch al 17.45 te zijn.
Dat de lente inmiddels lonkt, blijkt wel uit het feit dat de sneeuwklokjes de weg door het gras inmiddels weer hebben gevonden. Best een prestatie, als je daar even dieper over nadenkt. Ik kan mij niet herinneren dat wij een aantal jaren geleden daar iets gepoot hebben, waardoor er nu jaarlijks sneeuwklokjes op zouden moeten komen. En toch, ieder jaar weer, zijn ze daar! Dat is knap!
Ik verbaas mij daar wel vaker over. De wilskracht van de natuur. Het laat zich niet makkelijk sturen door de mensen. Je kunt onkruid weghalen, maar het komt altijd weer terug. Je kunt heggen blijven snoeien, maar je zult toch twee keer per jaar de heg onder handen moeten nemen. Anders kunnen de buren het wel vergeten om er langs te komen.
Doorzettingsvermogen, wilskracht. Een groot goed! Afgelopen week was ik voor een opdrachtgever in Heerenveen aan het werk, in schaatstempel Thialf. Niet om het één of ander, maar wat hebben ze dat in Heerenveen goed voor elkaar. Als je op de A7 bij Heerenveen eraf gaat, en je gaat de A32 op richting Zwolle, dan zie je aan de rechterkant eerst het Abe Lenstra Stadion opdoemen. Daar zit Sportstad Heerenveen aan vast. Een topsporthal, waar Epke Zonderland zijn eigen hal heeft. Dat wil zeggen, de hal is naar hem vernoemd. Daar traint hij, en geeft hij meerdere keren per week training. Dat alles combineert hij met zijn studie Geneeskunde. Maar liefst vier keer topsporter van het jaar, een enorm trackrecord aan overwinningen, en daarnaast ook nog eens geneeskunde studeren. Kijk. Daar maak ik een diepe buiging voor. Wat een discipline. Wat een prestatie!
Rij je nu een klein stukje verder door, een stadswijk in, dan doemt daar ineens een andere sporttempel op die Heerenveen rijk is: Het Thialf! Met verbazing heb ik dat gebouw eens van de binnenkant bekeken! We kwamen daar rond 15.00 aan. De omloop, een gang achter glas boven de tribune langs, werd gebruikt als warming up ruimte voor de schaatsers. Met de nodige discipline werd er heen en weer gerend. Mannen en vrouwen gekleed in schaatspakken, midden op de middag. Ik ben geen Mart Smeets, dus herkende ze niet. In hun achterhoofd zullen ze met het afgelopen weekend bezig geweest zijn. Een weekend waarin het voor de schaatswereld draaide om de prestatie!
Ik vroeg de huismeester nog even gekscherend of Sven Kramer nog kwam trainen die middag. Zijn antwoord was helder en trots: ‘Nee, die zit al lang in Zuid-Korea. Maar hij traint hier anders altijd wel!’
De warminguppers op de omloop versnellen, en stappen uiteindelijk het ijs op. Trainen, trainen, trainen, zweet op het voorhoofd. Hopende, en misschien wel dromende van een podiumplaats tijdens een prestigieus toernooi als de Olympische Spelen. Misschien denken ze dan nog wel even terug aan 5 februari 2018, toen hun gevraagd werd door een mannetje met rood haar waar de toiletten waren. Het antwoord was: ‘Daar’… Ze wezen naar de overkant. Ik zei: ‘Ai, dat is nog een eind.’ ‘Tja, de baan is 400 meter lang, dus je moet het nog even ophouden’, was het antwoord.
Het blijft altijd mooi om onderdeel van een geweldige prestatie te mogen zijn. De eerste weken van het nieuwe jaar staan veelal in het teken van de Bedumer Winterloop. Dit jaar was de 8e editie, en de vierde editie waaraan ik hem mogen mee werken. Wat een fantastische belevenis is het toch ieder jaar weer. Mooi dat ondernemers, en ondernemenden zich zo vol overgave inzetten voor het inmiddels twee daagse evenement.
Werd er vorig jaar op het slotfeest een bedrag genoemd van 93.000 euro. Dit jaar werd er 100.000 uit de gouden enveloppe getrokken. Wat een enorme groepsprestatie, waarbij ieder gewaardeerd wordt om zijn eigen kunnen. Ieders prestatie telt. Een rondje op hoge hakken, of de meeste rondjes rennen binnen drie kwartier. 30 uur lang plaatjes draaien, of een zwem estafette zwemmen. Van hot naar her vliegen om alles in goede banen te leiden, of langs de kant de sporters aanmoedigen om tot een grotere prestatie te komen. Chapeau.
Chapeau ook voor de amateursport. Natuurlijk is het mooi dat we in Nederland op topsportniveau presteren. Maar zonder de amateursport, zouden we helemaal nergens zijn! Daar worden de talenten geboren, ontwikkeld, verder gebracht. Mensen die op vrijwillige basis hun kennis en kunde overbrengen op jonge sporters. Chapeau. Het beste in de sporters naar boven halen. De amateursport is het fundament van de topsport. Als Robben bij VV Bedum de kansen niet had gekregen, had Gerrit Koning geen Robben Café gehad, en had Robben de twee kansen tijdens de WK Finale in 2010 ook niet gemist. Zo simpel is het eigenlijk.
Afgelopen vrijdag was ik in De Molenberg in Delfzijl. Voor de vijfde keer organiseerde Eemsmondsport het Noord Groninger Sportgala. Een podium voor de amateursport. Prachtige sportieve prestaties komen voorbij. Fantastisch dat onze regio zoveel sporthelden kent. Een hardloper, een kickbockster, een scheidsrechter, en een jeugdelftal, allen werden onderscheiden voor hun prestaties.
Het jeugdelftal van NEC Delfzijl was een heel bijzondere. Met 199 treffers in een seizoen trokken ze de aandacht van profclubs. Inmiddels zijn er een aantal onder contract gekomen. Zowel bij FC Groningen, als bij Emmen. Ik ben benieuwd of ik over 10 jaar hun naam voorbij zie komen. Benieuwd of ze dan nog steeds op het hoogste niveau presteren, of gewoon lekker aan het ballen zijn. Met vrienden, en presteren in de derde helft.
Presteren onder druk, daar ben ik persoonlijk ook wel van. Ik stuurde Bert vrijdagavond een berichtje: ‘Hoe strakker op de deadline, hoe creatiever de geest. Er komt wat aan dit weekend.’ ‘Doe kalm aan, het weekend duurt nog 51 uur’, was zijn reactie….