Bij de Molen
Knis Beheer
KOOZAA
Huitsing & Poort
Hotel 't Gemeentehuis
De Kleine Munt

Berend Tuitman, van zeeman naar hovenier.

Kunt u zich heel kort even voorstellen?

Mijn volledige naam is niet al te moeilijk: Berend Tuitman. Ik ben op 18 juli 1948 geboren in Middelstum als enige jongen uit een gezin met vijf kinderen, ik was nummer drie. Mijn vader verrichtte als boerenarbeider zwaar werk. Stropakken opstapelen bijvoorbeeld. Niet alleen in Middelstum maar ook in de wijde omgeving. Zo werd de dorsmachine ook wel in Zuidbroek gebruikt. Mijn vader moest er dan achteraan fietsen om vervolgens, wanneer de machine in goede staat afgeleverd was, eerst weer terug te gaan op de fiets.

Het grootste deel van mijn leven heb ik in Middelstum gewoond. Ik ben geboren in het ‘Jordaan’ van Middelstum, de Heerestraat, naast de familie Uffen. Op mijn dertiende verhuisden we naar de Boerdamsterweg, op de hoek van de Akkerstraat. Tijdens mijn periode op zee woonde ik in Groningen, ongeveer van mijn 24e tot mijn 34e levensjaar. Toen ik de vaart vaarwel zegde, heb ik eerst weer een tijdje bij mijn ouders in gewoond aan de Boerdamsterweg. Daarna volgde een uitstapje van zeventien jaar met mijn vrouw naar Garsthuizen. Inmiddels wonen we al weer vijftien jaar in Middelstum. Eerst vijf jaar aan de Hippolytuslaan, nu ongeveer tien jaar met veel plezier aan de Wilgenlaan.

Wat is uw burgerlijke staat?

Dit jaar ben ik dertig jaar getrouwd met Joke van Geest. Joke komt oorspronkelijk uit het Westland en heeft lang in Den Hoorn gewoond, een plaats vlakbij Delft. Toen volgde een verhuizing naar Roodeschool. Ze kwam regelmatig bij mijn ouders thuis die zich beiden bekwaamd hadden in het maken en herstellen van kleding. Zo maakte mijn vader ritsen in broeken en jassen, mijn moeder was meer van de jurken. En na enige bezoeken van Joke sloeg op den duur de vonk over!

Ik heb lang genoten van mijn vrijheid en heb veel van de wereld gezien maar ben ‘slim wies met heur’. Je hoort ook wel verhalen van mensen die jong getrouwd zijn waarna later een scheiding volgde. Dat is bij ons niet van toepassing. Ze is net als ik gek op onze postduiven. Maar over deze hobby later meer.

Wat is uw voormalig beroep?

Na de lagere school, ben ik naar de technische school in Uithuizen gegaan. Afgemaakt heb ik hem niet, ik was niet zo van het leren. Toen ik veertien jaar was, ging ik stiekem naar de melkfabriek in Bedum om te vragen of ik daar aan het werk mocht. Samen met Jan Donkerbroek maar of dat er in mag weet ik niet want ik kom het in zijn pensionadoverhaal niet tegen. Jan moest van zijn ouders ook weer terug naar school. Mijn vader had zoiets van: “Als doe laiver geld verdainen wilst dan bliefst er moar!’

Maar ik was er al snel zat van en werd toen winkelbediende bij de Spar in Groningen aan het Zuiderdiep. Toen volgde een oproep voor militaire dienst. Na een keuring in Hilversum ondergaan te hebben, bleef ik samen met drie anderen over die naar het korps mariniers konden. En zo kwam ik bij lichting 68-3 in Doorn terecht. Een pittige opleiding inderdaad en soms heel zwaar. Maar aan de andere kant zag ik ook nog wat van de wereld. Zo bracht een oefening ons ooit eens naar Curaçao voor enige maanden.

Na mijn diensttijd kwam ik op de koopvaardijvaart terecht. Dit bracht mij op veel plekken in Europa zoals de Scandinavische landen maar ook Zuid-Europese. Ook Afrika werd aangedaan, zo ben ik bijvoorbeeld in Marokko geweest. We waren overal te vinden waar maar vracht was. Ik genoot van de vrijheid van het varen, het had wat mij betreft ook wel wat langer mogen duren dan de tien jaar dat ik hier werkzaam ben geweest. Helemaal afscheid nemen was dan ook moeilijk, ik heb hierna nog twee jaar op een viskotter in Zoutkamp gewerkt.

Daarna volgden was ‘losse’ werkzaamheden. Zo heb ik nog bij boer Rooda gewerkt. Eerst met Tjab Uffen op het land, later met Henk van der Molen in de drogerij. Dat waren lange diensten hoor, van 18.00 tot 06.00 uur. Ook heb ik nog een jaar met kermismensen door heel Nederland getrokken. In de wintermaanden moest er dan geverfd worden.

Door slijtageverschijnselen aan mijn nek, werd ik al vroeg afgekeurd maar ik wilde absoluut niet thuiszitten. Ik ben toen naar het arbeidsbureau in Uithuizen gegaan met de vraag of ik niet bij de Wann aan het werk kon. “Wil je daar wel werken dan?”, was de vraag. “Uiteraard, zolang ik maar een maandloon heb!”, was mijn antwoord. En zo werd ik voorman/aanspreekpunt in de groenvoorziening. Ik heb de nodige cursussen in die richting mogen volgen.

In de negentiger jaren kwam ik bij Fivelingo terecht en ik kon goed opschieten met het ‘opperhoofd’ daar. Onze gezamenlijke postduivenhobby zal hier wel aan bijgedragen hebben. Ik kwam in de groenvoorziening van de gemeente Delfzijl terecht, mijn standplaats was Bierum. Ik ging door met het volgen van cursussen zoals gewasbescherming maar ook cursussen mbt het leidinggeven.

En zo kon het gebeuren dat ik voorman groenvoorziening in de gemeente Loppersum werd. Eerst had ik zeven mensen onder mij, later vijftien. We verrichten werkzaamheden in alle zeventien kernen van de gemeente. ’s Morgens zorgde ik er eerst voor dat iedereen aan het werk was en daarna ging ik naar Middelstum waar ik de nodige uren doorgebracht heb op de begraafplaats om daar de boel netjes te houden.

Toen ik een keer op kantoor kwam in Loppersum vroeg mijn leidinggevende of hij even met mij kon praten. Hij gaf mij als advies mee om er zo snel mogelijk mee te stoppen want er zaten de nodige veranderingen aan te komen. Ik heb toen uit laten zoeken wanneer ik er uit zou kunnen en dat bleek al met een half jaar te zijn. Daar ik nog de nodige vrije dagen had staan, hoefde ik niet lang meer.

Ik heb snel de knoop doorgehakt en toen ik 61 jaar was, stopte ik met werken. Het frappante was dat vrij snel nadat ik gestopt was, er al niemand meer van Fivelingo voor de gemeente Loppersum aan het werk was. Dit werd allemaal uitbesteed. Wat dat betreft ben ik net op tijd gestopt dus. En dat was in een notendop het verhaal hoe ik van zeeman hovenier geworden ben…..

Hoe bevalt het gepensioneerd zijn?

Ik was er een dag later al aan gewend, dat is het voordeel denk ik van het hebben van tijdrovende hobby’s. Ik hield mij op mijn achtste al bezig met het houden van duiven. Tegenwoordig heb ik er 75! ’s Morgens ben ik altijd twee uur bezig met het voeren en schoonmaken van de hokken. Tussen de middag doe ik altijd nog even een controlerondje en ’s avonds ben ik ook weer twee uur kwijt met voeren en schoonmaken.

Daarbij doe ik ook mee met wedstrijden natuurlijk via de duivenclub ‘De Waddenvliegers’ uit Usquert. Voor wedstrijden zoek ik dan de postduiven met de beste conditie uit en deze breng ik naar de club die er voor zorgt dat ze bijvoorbeeld in Frankrijk gelost worden. Hoe lang ze er dan over doen om thuis te komen? Dat hangt natuurlijk van de wind af. Bij kopwind doen ze tien uur over zeshonderd kilometer, bij staartwind kunnen ze in vijf uur terug zijn. Ik vind het een prachtige hobby en daar ik de nodige connecties in de duivenwereld heb, kan ik regelmatig goede postduiven kopen.

Daarnaast heb ik het druk met computers repareren. Ooit heb ik mij in een grijs verleden een Commodore 64 aangeschaft waarmee ik via een floppy spelletjes kon doen. Ik heb hem toen uit interesse uit elkaar gesloopt om te zien hoe het er van binnen uit zag maar kreeg hem daarna niet meer aan de praat helaas. Later volgde een PC met een harde schijf van 30 MB en van lieverlee nieuwere versies. Het uit elkaar halen en in elkaar zetten ging ook steeds beter en nu schoon en repareer ik regelmatig computers.

Het is ook ideaal natuurlijk, al die digitale snufjes. Zo was ik laatst in Drenthe op visite en met een druk op de knop van mijn Samsung gingen hier in Middelstum de lichten in de duivenhokken aan…. Prachtig toch?!

Wat zijn de hoogtepunten uit uw leven?

We zijn tevreden mensen die niet veeleisend zijn. Alleen in de sport, haha. Ik kan dan ook genieten van een goed jaar met de duiven wanneer ze in de prijzen vallen.

En de dieptepunten?

In de negentiger jaren kreeg mijn vrouw borstkanker. Dit was een onzekere en angstige tijd natuurlijk. Gelukkig is ze schoon verklaard, dat was een hoogtepunt!

Heeft u nog anekdotes en mooie verhalen?

Vroeger mocht ik graag voetballen. Ik was geen hoogvlieger en kwam niet verder dan het 3e elftal van de VV Middelstum. Aan de derde helft meeleefde ik veel plezier. Feike van der Veen zei laatst nog tegen mij: “Konst nait voetballen maar wel hard lopen!” Vandaar dat ik vaak als linksbuiten werd opgesteld. Wijlen Piet Kruizinga zei ooit tegen mij: “Als ik net zo snel geweest zou zijn als jij dan was ik een geweldige voetballer geweest….”

Het kermisleven levert natuurlijk ook de nodige verhalen op maar om die hier allemaal te vertellen….. Het avontuur was ook maar zo afgelopen. Mijn kameraad kreeg ruzie met één van die kermisklanten en ik sprong er tussen. Het gebeurde in Amsterdam en dat was ook ons laatste contact met die club. We besloten om liftend terug te keren naar Groningen en hadden bij de eerste de beste auto al geluk.

Vroeger werd er altijd geklaverjast in de bovenzaal van Vita Nova. Ik was niet van het klaverjassen maar ging wel eens kijken voor de gezelligheid. Tijdens één van die avonden werd mij gevraagd of ik een ‘zwien’ op wilde halen bij slager Piet Zuidhof. Dus ik naar Zuidhof toe. Kwam die mij daar met een levendige grote big aanzetten, ik wist niet wat ik zag. Dat kon toen nog. Ik nam het beest op mijn schouders en daar ging het heen. De big gilde de hele straat bij elkaar. In de bovenzaal heb ik hem toen maar laten lopen, dat leidde natuurlijk tot de nodige consternatie.

Jan Donkerbroek en ik waren vroeger wel van de kwajongensstreken. Zo gingen we er wel op uit om mussennesten leeg te roven, onder dakpannen vandaan. Daar zagen we toen nog geen kwaad in. Maar we zijn wel betrapt want politieagent Timmer plukte ons toentertijd hiervoor uit de schoolbanken. Ach, tegenwoordig zit de jeugd vaak met een chagrijnig gezicht achter de laptop of mobiel, dat is ook niet alles toch?

Wat zou u ooit nog willen doen in uw leven?

Ik zou wel eens terug willen naar Curaçao maar dat komt er toch niet van. Vroeger draaiden we daar als mariniers zware oefeningen in de hitte, wat dat betreft zou ik er nu wel weer naar toe willen om te luieren.

Waar heeft u spijt van gehad in uw leven?

Mijn pa had mij vroeger niet bij de melkfabriek moeten laten werken maar mij terug moeten sturen naar school. Gelukkig heb ik later nog de kans gehad om de nodige (hoveniers)opleidingen te volgen.

Wat zou u uw leven voor een cijfer willen geven?

Doe maar een mooi cijfer, een acht of een negen. Natuurlijk hadden dingen wel anders gekund maar ik bleef daar nooit lang in hangen. En wanneer ik ’s nachts eens aan de rol geweest was dan had ik daar de dag er op wel eens spijt van maar dan was het kwaad al geschied.

Wilt u verder nog iets kwijt?

Mensen zouden wat toleranter moeten zijn naar elkaar toe. Dat mis ik ook wel eens in Middelstum. Zelf heb ik gelukkig met niemand ruzie en dat wil ik graag zou houden…..

Bert Koster
Middelstum
info@bert-koster.nl
bertkoster1@gmail.com
www.bert-koster.nl
06-51715098
0595-552405
KvK nummer: 57250278
BTW nummer: NL001445322B69