Wil, kun je jezelf in het kort even voorstellen?
Mijn naam is Wil Duis, ik ben bijna 63 jaar en getrouwd met Bertus Hoeksema. Ik heb drie dochters uit een eerder huwelijk en ben met veel plezier oma, voor al onze kleinkinderen. Ik ben geboren in de Achterhoek maar voel mij prima thuis op het Groninger Hogeland.
Op mijn 16e ben ik gestart met de opleiding tot Z verpleegkundige. De Z stond vroeger voor zwakzinnigenzorg. Gelukkig wordt die term nu niet meer gebruikt en is vervangen door de term, mensen met een verstandelijke beperking. Na mijn opleiding heb ik bijna veertig jaar in de zorg gewerkt, waarvan ruim twaalf jaar met kinderen met leer en gedragsproblemen. Hier is mijn passie voor het oplossen van deze problemen bij kinderen ontstaan.
Altijd al therapeut willen worden?
Niet van jongs af aan in elk geval. Dat is pas ontstaan toen ik met kinderen begon te werken. Ik liep steeds vaker vast op de vraag waarom er geen goed antwoord te geven was op het probleemgedrag bij kinderen. Waar komt dit gedrag nu precies vandaan? Ik vond toen al dat er veel te snel medicijnen voorgeschreven werden om kinderen rustiger te krijgen. Op zoek naar antwoorden heb ik de HBO opleiding pedagogiek gevolgd maar ook daar kreeg ik geen bevredigende antwoorden.
Ik kwam toen met iemand in aanraking die de klachten bij lichamelijke oorzaken zocht. Dit integreerde mij zo dat het mij zelfs verleidde om een driejarige opleiding tot BSM therapeut te gaan volgen in Zeeland. Ik vond studeren leuk en ik beet mij dus ook vast in de materie. Tijdens de opleiding heb ik geleerd hoe ik lichamelijke oorzaken voor probleemgedrag bij kinderen op kan sporen.
Is er bij de bevalling al wat verkeerd gegaan, hoe zit het met de samenwerking van de ogen, is er misschien een vitaminetekort en krijgen de kinderen wel de juiste voeding? Allemaal factoren die bijdragen aan het welzijn van kinderen en hoe ze in hun vel zitten. Daarnaast kijk ik naar psychosociale factoren, denk hierbij aan de manier van opvoeden van ouders en de rust en prikkels die kinderen krijgen.
In Nederland wordt afwijkend kindgedrag gezien als een hersenafwijking/probleem, een medisch probleem dat je met medicijnen op kan lossen. Ruim 6 % van de kinderen met leer- en gedragproblemen heeft in Nederland de diagnose ADHD.
In Frankrijk heeft maar een half procent van de kinderen deze diagnose. Waar zit het verschil??? In Frankrijk kijken ze naar hoe het kind in zijn of haar vel zit en hoe de opvoedomstandigheden zijn.
Je kan je ook afvragen wat er mis is met drukke kinderen. Drukke kinderen hebben vaak veel energie, zijn creatief en kunnen meerdere dingen tegelijk doen. Er zijn gelukkig steeds meer deskundigen die zien dat drukke kinderen per definitie geen probleem kinderen zijn en dat het probleem vaak bij de omgeving ligt die last van het kind heeft. Het is een uitdaging om te onderzoeken hoe je de energie van deze kinderen in goede banen kunt leiden.
Uit onderzoek in het Academisch Ziekenhuis in Amsterdam blijkt dat ADHD medicatie op termijn lijdt tot veranderingen in de hersenen. Andere onderzoeken lijken dit tegen te spreken maar wanneer je verder zoekt dan blijkt dit wel het geval. De vlieger ‘baadt het niet, het schaadt ook niet’ gaat dus niet op. Medicatie schaadt jonge kinderen dus wel en dit baart mij zorgen.
Sinds wanneer heb jij een eigen praktijk aan huis?
Ik ben sinds 2005 actief hier aan de Boterdiep WZ 13 in Bedum, dik tien jaar alweer dus. In die tijd heb ik heel veel kinderen mogen helpen. Vaak komen de ouders door mond tot mond reclame aan mijn gegevens, ik ben niet zo van het adverteren. Veelal zijn de kinderen zo rond zeven jaar wanneer ze bij mij komen. Het is niet het hele jaar door even druk. Piekmomenten ontstaan vaak nadat de schoolrapporten zijn uitgedeeld.
Kinderen zijn het leukst om mee te werken?
Kinderen zijn zo mooi om mee te mogen werken. Je kunt nog zo veel aan ze bijsturen, ze hebben hun hele leven nog voor zich. Ik wil absoluut niet dat ze later met een verdrietig gevoel terugkijken op hun lagere schooltijd omdat ze geen of een verkeerde diagnose hebben gekregen.
Wanneer kunnen ouders je benaderen?
Ik ben altijd wel bereikbaar, hetzij telefonisch hetzij per mail. Ouders kunnen ook altijd eerst met mij sparren wanneer ze dat willen. Vaak hebben ze al een heel traject doorlopen en brengen ze vele verslagen mee zonder het gevoel te hebben dat ze ook maar iets verder zijn gekomen. In de meeste gevallen kan ik al snel zelf een diagnose stellen. Maar ik heb ook goede contacten met andere deskundigen zoals een reflextherapeut, oogarts en een osteopaat.
Laatst had ik hier een meisje met een behoorlijke oogafwijking. En sommige kinderen die problemen hebben met zwemles, ze kunnen bijvoorbeeld hun slag niet goed afmaken, hebben veel aan een bezoek aan een osteopaat.
Je hebt een andere kijk op leer- en gedragsproblemen?
Ik zie het inderdaad niet als een hersenstoornis en zoek het meer in lichamelijke en psychosociale klachten. Onder dat laatste versta ik de wisselwerking tussen het gedrag van kinderen in reactie op hun omgeving. Ik ben er van overtuigd dat slechts een half procent van de kinderen daadwerkelijk met psychische klachten te kampen heeft. Daarom ben ik ook zo fel tegen medicatie, zeker door de mogelijk schadelijke gevolgen op langere termijn.
Kun je iets meer over je behandelmethoden vertellen?
Ik maak gebruik van een vijftal therapievormen. Voor de namen en een uitvoerige beschrijving van de methodieken verwijs ik de lezers graag door naar mijn website (Check voor meer info: www.wilduis.nl!). De basistherapievorm is de BSM-de jong therapie. Deze therapie is ontwikkeld om lichamelijke problemen op te sporen en onder andere door middel van specifieke bewegingoefeningen specifieke gebieden in de hersenen te stimuleren of te remmen. Daarnaast maak ik gebruik van gehoor- en oogonderzoek en kijk ik naar de reflexen van het kind.
Je geeft regelmatig lezingen?
Jaarlijks word ik wel een aantal keren benaderd door een school, kinderdagverblijf of vereniging om een lezing te houden. Ik vind het ook leuk om te doen. Deze lezingen gaan vaak over het traject dat kinderen doorlopen wanneer ze met leer- en gedragproblemen bij een huisarts komen. Veelal worden deze kinderen automatisch doorgestuurd naar kinderpsychiatrie als Accare en OCRN en dan volgt vaak een lang circuit van onderzoeken die vaak uitmonden in een vorm van medicatie. Veel ouders willen geen medicatie voor hun kinderen maar denken dat het niet anders kan. Ze zijn blij om te horen dat er alternatieven zijn.
Wat zijn de hoogte- en dieptepunten uit je praktijk tot dusver?
Wanneer ik een positieve terugkoppeling krijg van ouders die aangeven dat het stukken beter gaat met hun kind dan is dat zeker een hoogtepunt. Ik ben geen wonderdokter maar in 90% van de gevallen gaat het na afloop van een behandeling of onderzoek de goede kant op met een kind. Gelukkig krijg ik nooit negatieve reacties. Wel heb ik soms kinderen over de vloer die ik helaas onvoldoende kan helpen. Dat is natuurlijk altijd weer een teleurstelling.
Nog bijzondere anekdotes?
De rol van de directe omgeving van het kind is heel groot. Het verhaal van het jongetje die, wanneer hij het schoolplein opkwam, al lag te vechten met andere leerlingen is hiervan een goed voorbeeld. Ouders worden natuurlijk ook door andere ouders en leraren aangesproken op dit ‘haantjesgedrag’, de druk van buitenaf is groot.
Deze jongen werd doorgestuurd en kreeg de diagnose ADHD-ODD met medicatie advies. Zijn ouders hebben besloten hem naar een andere school te laten gaan waar hij in een klas met voornamelijk meisjes terecht kwam. Dit deed hem zo goed dat hij zich ontwikkeld heeft tot een voorbeeldig kind. Zo kunnen allerlei ADHD-symptomen soms gereduceerd worden tot psychosociale factoren.
Heb je nog tijd over voor hobby’s?
Mijn man en ik vinden reizen heel leuk, we hebben al vele mooie plekken in Europa maar ook daarbuiten mogen bezoeken. Dit zijn geen luxe vakanties, maar vaak primitieve waarbij we graag teruggaan naar de natuur. We trekken er dan ook regelmatig met de camper op uit. Daarnaast mag ik graag fietsen en wandelen (met de hond). Ik ben graag buiten.
Daarbij schuw ik nieuwe uitdagingen niet. Vanaf januari schuif ik aan bij het bestuur van het vluchtelingenwerk hier in Bedum. Ik heb het lekker druk met de kinderen en kleinkinderen en we krijgen vaak mensen over de vloer, dat vind ik altijd gezellig.
Waar mogen ze je ’s nachts voor wakker maken?
Ik ben eigenlijk niet zo’n goede slaper. Voor een bijzondere natuurverschijnsel kom ik graag mijn bed uit. Denk hierbij aan een mooie sterrenhemel of een helder verlichte maan…
Waar staat Wil Duis over 10 jaar?
Zo lang het zo goed blijft gaan als nu en ik lol in mijn werk houd dan ga ik gewoon lekker door. Wel graag in combinatie met het reizen en de andere dingen die ik graag doe. Het is een fijn gevoel wanneer je kinderen kunt helpen!
Wil je verder nog iets kwijt?
Ik zou de mensen graag wakker willen schudden om te zoeken naar andere oplossingen voor kinderen met leer- en gedragsproblemen. Je kunt in hun jeugd al zoveel kapot maken terwijl er simpele oplossingen voorhanden liggen. Soms ben je teveel bezig met wat niet lukt. Dan is het goed om samen te kijken naar de sterke kanten van het kind. Wat gaat goed en hoe zet je het kind in zijn of haar kracht.
Daarbij woon ik met veel plezier in Bedum. Ik heb van mijn man geleerd om ‘ver te kijken’ over de weidse vlakten en dan ontdek je vaak de mooiste dingen. Het Groninger landschap is prachtig!