Volgens mij gaat hij binnenkort tegen de vlakte. De school waarin ik mijn MAVO-tijd doorgebracht heb. De kans op instortingsgevaar bij een aardbeving is te groot. Ik denk dat ik voor die tijd nog wel even een blik wil werpen in het gebouw waarin ik vier jaar lang zoveel tijd heb doorgebracht. Voor mij is deze school, waarin nu de vrijgemaakte jeugd onderricht wordt in hun jonge jaren, meer dan een gebouw alleen. Nee, wat mij betreft is het een kruitvat vol herinneringen aan de jaren ’84 t/m ‘88…
Ik kan ze zo nog uittekenen. De lokalen maar ook de leraren die ons voorbereidden op een spannende examentijd. Denk ik. Wanneer je het plein opkwam, kon je links je fiets kwijt. Rechts stond zo’n houten noodlokaal. Daar gaf Bos muziekles en Mulder Engels. Mulder reed in zo’n grote oranje bus en kreeg als bijnaam ‘Beer’ mee. ’t Was inderdaad een forse kerel. Dat weerhield een vroegere klasgenoot er niet van om in een vlaag van verstandverbijstering hem de volgende woorden toe te bijten: ‘Krijg een hartaanval…’
U begrijpt dat hij zich na deze gedenkwaardige woorden kon melden bij toenmalig directeur Roelevink. Wanneer je het hoofdgebouw binnenkwam zat hij direct rechts in zijn directiekamer. Daarachter bevond zich het typelokaal van meester Stapert. Tegenwoordig denk ik wel eens spottend dat mijn typediploma het belangrijkste papiertje geweest is dat ik gehaald heb. Van het ‘blind’ typen, heb ik nu nog profijt. Het was in de tijd dat je een typemachine meekreeg om thuis flink te oefenen…
Computers waren medio jaren tachtig schaars. Toch hadden we een eigen computerlokaal vol met Commodore 64 (?) apparaten. Meester Verkerk bracht ons de eerste kneepjes van dit toen nog zeer wonderbaarlijk medium bij. In het lokaal ernaast onderrichtte hij ons ook in de handel en economie. In hetzelfde lokaal trachtte juf Rafaella, een klein donker vrouwtje die volgens mij altijd met de bus kwam, ons de Franse (taal)slag bij te brengen. Ik was blij dat ik dit vak snel kon laten vallen. Dat lag overigens niet aan haar…
Beneden bevond zich ook het handvaardigheids- en tekenlokaal. Daar voerde Don(ny) van der Meulen de scepter. Gemakkelijk had hij het niet met zoveel materiaal in de buurt waarmee kattenkwaad uitgehaald kon worden. Hij maakte dan ook af en toe een ietwat overspannen indruk. Naast dit lokaal bevond zich de bibliotheek. Vijftien Nederlandse boeken, tien Duitse en tien Engelse boeken moesten voor de boekenlijst gelezen worden en van een uittreksel voorzien. Vijfendertig boeken dus waarvan ‘Turks fruit’, het epische boek van Jan Wolkers, het meeste indruk op mij maakte…
Via de houten trap kon je naar de bovenverdieping. En wee je gebeente wanneer je deze trap gebruikte om beneden te komen. Daarvoor hadden we een minder steile stenen trap die wél gebruikt mocht worden om boven te komen. Wanneer je dit deed en rechtsom ging, kwam je in het aardrijkskunde- en geschiedenislokaal. Het staat mij bij dat beide vakken door een kersverse leraar gegeven werden: Van Dijk. Mooie vakken hoor om te volgen vol met prachtige verhalen waarmee je de wereld door ging en terug in de tijd.
Het lokaal er naast was voor Nederlands. Meester Abbring, vader van de bekende Nederlander Janine die bij het programma Wie is de Mol haar ruggenwervels verbrijzelde, was een oude rot in het vak, iets wat van die andere Nederlandse leraar Beekman niet gezegd kon worden. Papierpropjes tegen het bord en vallende bloempotten uit het raam waren hier schering en inslag. In klas 3 mocht ik bij hem mijn eerste spreekbeurt houden. Volgens mij ging die over U2. Het leverde mij in elk geval een slapeloze nacht op, zo zenuwachtig was ik hiervoor.
Ook in het lokaal er naast kreeg ik wel eens de kriebels. De bij leven al legendarische Lammert de Graaff gaf hier wis-, natuur- en scheikunde, of te wel de exacte vakken. De gordijnen waren altijd dicht in dit lokaal en wanneer meester De Graaff het lokaal betrad waagde niemand het meer om zijn mond open te trekken. Vol vuur ramde hij ons allerlei formules in het collectieve geheugen.
Het lokalenrijtje werd afgesloten door meester Jan Koops. En die kwam ik ook regelmatig op het voetbalveld tegen want hij was jarenlang voorzitter van onze VV. Duits en biologie gaf hij, een opmerkelijk combi toch wel. En misschien ook nog wel aardrijkskunde, zo bedenk ik mij nu. Ik was blij dat ik bij het onderdeel seksuele voorlichting niet aan de beurt kwam bij de orale overhoring, toen beter bekend als mondelinge overhoring. Onverwacht kon je ook nog wel eens een schriftelijke krijgen overigens…
Tjonge, wat een herinneringen aan een bijzondere tijd. Ergens zou ik nog wel eens een dagje over willen doen. Terug naar die legendarische tijd. Volgepropt met christelijke normen en waarden. De tijd waarin een ouderwetse oorveeg niet geschuwd werd. Hoe lang zal dit gebouw vol met jeugdherinneringen er nog staan?