De een na de andere jeugdheld ontvalt mij de afgelopen tijd. Maar wat zijn eigenlijk jeugdhelden? Als ik naar mijn kinderen kijk, zijn de helden tegenwoordig vooral vloggers, bloggers, YouTubers etc. Maar in de jaren tachtig en negentig van de vorige eeuw waren het toch vooral mondiale helden, zij bespeelden de hele wereld!
Mijn eerste twee helden waren Freddie Mercury van Queen en Johan Cruijff. Toen ik eind jaren zeventig de videoclip ‘Crazy Little Thing Called Love’ als jongetje van acht zag op de televisie, was ik verkocht. Queen zou daarna nooit meer uit mijn gedachten verdwijnen. Hoogtepunt was voor mij het liveconcert dat Queen gaf tijdens Live Aid op 13 juli 1985. Er wordt nog steeds door kenners beweerd, dat dat concert het beste live optreden ooit is: de weergaloze stem van Mercury in combinatie met een uitzinnig publiek in het overvolle oude Wembley stadion.
Tot een eigen concertbezoek is het helaas nooit gekomen. In 1984 heb ik één keer de kans gehad, maar m’n ouders vonden mij te jong: ik was 13 jaar. Toen vond ik het volstrekt onredelijk en ik was ontroostbaar, zelf als vader kijk ik daar nu wat genuanceerder tegen aan. Mercury werd kort daarna ziek en heeft nooit meer opgetreden. Hij overleed in 1991 aan aids. Hij was, terwijl ik zelf nog relatief jong was, de eerste held die ik kwijtraakte.
Begin jaren tachtig ontdekte ik Johan Cruijff. Ik voetbalde zelf in de jeugd van v.v. Bedum en raakte in die periode helemaal bezeten van het spelletje. De jaren zeventig van Cruijff heb ik gemist. Het WK in 1974 dus ook, daar was ik echt nog te jong voor. Ik was groot fan van FC Groningen en op de zondagmiddagen fietste ik altijd van Bedum naar Groningen. Mijn opa pikte mij op bij ‘Garage het Noorden’ en we fietsten samen naar de Zaagmuldersweg, naar het Oosterpark stadion. Voor fl. 2,50 kocht je een jongenskaart (voor de jonge lezers, dat is euro 1,15).
Cruijff keerde terug in de eredivisie in 1981 en tijdens een thuiswedstrijd van FC Groningen zag ik hem voor het eerst voetballen. Ik had meteen door, dit is een fenomeen! Ik heb later nooit weer iemand op het veld gezien met dat niveau, Cruijff kon zo verschrikkelijk goed voetballen! In 1984 ging ik op vakantie met mijn ouders. Midden in de Koude Oorlog reden wij met de auto plus caravan dwars door de toenmalige Sovjet-Unie. Toen we ergens diep in de Oekraïne waren en ik af en toe met mijn handen en voeten probeerde duidelijk te maken dat ik uit Nederland kwam, kreeg ik steevast van de lokale mensen de reactie: “Cruijff, Cruijff!”. Vanaf dat moment begreep ik echt hoe bijzonder hij was.
De laatste keer dat ik Cruijff heb gezien was op Anfield in Liverpool, na de verloren kwartfinale Nederland – Frankrijk tijdens het EK ’96. Cruijff werd daar bestookt door tientallen mensen, die een handtekening van hem wilden. Hij nam echt voor iedereen de tijd, een absolute grootheid was het.
Ik ben trainer van Middelstum D1. Ik heb vlak na het overlijden van Cruijff op een woensdagavond de groep mee naar binnen genomen. Geen tactische bespreking deze keer: ik heb geprobeerd uit te leggen wat voor een voetballer en mens Cruijff was. Wat hij betekend heeft voor het Nederlandse, maar waarschijnlijk ook wel voor het totale voetbal. Ik vind het belangrijk dat ze dat weten!
Mijn laatste held die erbij kwam in de tweede helft van de jaren tachtig was Prince. Ik ontdekte hem gedurende mijn tienerjaren, een prachtige periode in Bedum met een geweldige club vrienden. We brachten onze tijd in het weekend vooral door in de Groote Griet in de stad, bij Gert Lijfering in zijn eigen kroeg en natuurlijk in Fame, dé discotheek in Bedum. Lange avonden ‘hingen’ we met z’n allen op het schoolplein van de Togtemaarschool en als het echt warm was gingen we na Fame in de vroege ochtend naar het zwembad, dat toen nog niet overdekt was. Alles kon toen, niets moest. Het was echt een prachtige tijd!
Ik ontdekte dus in die periode Prince, een briljant muzikant. Gelukkig heb ik hem wél vaak live gezien, tijdens zijn concerten steeg hij vaak tot grote hoogte én iedereen die erbij aanwezig was ook. Het mooiste concert voor mij was op 10 juli 2010, een dag voor de WK finale Nederland – Spanje. Ik ben toen met mijn vriendin naar Werchter in België gereden. We hadden een heel mooi plekje vooraan. Ik weet nog dat ik dacht: “morgenavond de WK finale en nu Prince, samen met Eef: dichter bij het perfecte gevoel kan ik niet meer komen!”
Maar de vraag blijft, waarom zijn het mijn helden tot op de dag van vandaag? Waarom word ik soms zo verdrietig, nu ze er niet meer zijn? Ik ken ze niet eens persoonlijk! Denk dat het antwoord is, dat deze personen zijn samengesmolten met je eigen leven en vooral met je eigen jeugd. Ze hoorden bij mij, ze waren er altijd en gingen nooit weg. Daarnaast denk ik ook dat het personen zijn, die ik bewonder, zij hebben alles wat ikzelf veel minder of niet heb. Ze zijn ergens extreem goed in, zijn extravagant, opvallend, creatief, uitgesproken. Daar spiegel ik me soms aan, eigenlijk wil ik net als zij zijn!
Maar goed, nu zijn ze er niet meer. Alle drie! Gelukkig heb ik de muziek en de beelden nog. Daar luister en kijk ik met heel veel plezier naar, soms met een traan en vaak met een lach. Vanaf 2004 ben ik op zoek gegaan naar nieuwe helden, ik heb er uiteindelijk twee gevonden. Twee jongens, ze heten Daan en Koen. Wat me opvalt is dat ze extreem goed, extravagant, opvallend, creatief en uitgesproken zijn. Het zijn mijn twee nieuwe jeugdhelden!