Het zal niemand zijn ontgaan dat er in de provincie Groningen een gemeentelijke herindeling gaat plaatsvinden. Gemeenten zouden hierdoor professioneler en zakelijker moeten kunnen opereren om de taken die vanuit het Rijk worden afgestoten, aan te kunnen.
Door vele voetbalverenigingen wordt deze herindeling als een bedreiging gezien. Reden hiervoor is de angst dat er na de herindeling een wethouder met minder lokale binding werkzaam is dan de huidige. En dan kan een professioneler en zakelijker gemeentebestuur weleens beslissen dat bijvoorbeeld 6 voetbalverenigingen in 6 kleine dorpen teveel kan zijn. Centralisatie van verenigingen dreigt dan om kosten voor de gemeente op onderhoud van velden en/of kantine te besparen. Het zou tevens een aanleiding voor het aanleggen van, onderhoudsvriendelijker, kunstgras kunnen zijn. Samenwerkingsverbanden en fusies zijn momenteel sowieso al een trend in het amateurvoetbal.
Kleine dorpen vrezen hierdoor voor de toekomst van hun cluppie. De vrees is logisch want (voetbal)verenigingen vergrootten namelijk de leefbaarheid van een dorp. Verenigingen zijn een sociaal bindmiddel waaraan mensen graag vrije tijd besteden. Veel mensen zouden een doordeweekse avond of weekend niet anders willen indelen dat bij ‘hun’ club met die eigen identiteit en waar je iedereen kent en andersom. En kunnen verenigingen na een fusie nog wel rekenen op dezelfde vrijwilligersinzet? Als bestuurslid van FC LEO herken ik deze zorgen absoluut.
Dat een gemeentelijke herindeling niet tot gevolg hoeft te hebben dat het voorzieningenniveau achteruit gaat blijkt uit recent onderzoek. In een gemeente in Zuid-Holland is bijvoorbeeld het aantal zwembaden en sporthallen, na herindeling, gelijk gebleven of zelfs gestegen. Typisch voorzieningen waarbij men verwacht dat deze na herindeling zouden afnemen. Waarom zou dit met voetbalverenigingen ook niet kunnen? Waarom zou een gemeentelijke herindeling moeten leiden tot gedwongen fusies van voetbalverenigingen? De sleutel om dit proces om te keren, of in ieder geval te beïnvloeden, ligt in mijn ogen helemaal bij de verenigingen zelf.
Wat verenigingen hier aan kunnen doen is vooral zelf in beweging komen, proactief zijn. Kom jezelf niet in beweging, dan komt de beweging vanzelf over je heen. Kernvraag hierbij is: hoe laat je aan de gemeente zien dat jouw plaatselijke trots onmogelijk gemist kan worden in het dorp door de centrale rol die het speelt?
Hier zijn verschillende mogelijkheden voor:
– laat zien dat de club meer is dan een voetbalclub door samenwerkingsverbanden met bijvoorbeeld onderwijs op het gebied van stageplaatsen/gymlessen. Of denk eens aan de kantine, merendeels staat dit gebouw leeg. Welke activiteiten zouden hierin nog ontplooit kunnen worden die de leefbaarheid vergroten? Of kan de kantine gebruikt worden voor doeleinden waar nu andere activiteiten plaatsvinden?
– laat een ledengroei zien, klinkt simpel en dat is het ook. Er zijn genoeg inspanningen waardoor een vereniging een groei in het aantal leden kan organiseren. Besef dat de tijd dat jongetjes van 6 jaar automatisch werden aangemeld bij de plaatselijke voetbalvereniging voorbij is. Dat is niet erg maar vraagt om creativiteit. Denk aan het organiseren van een Open Dag, kaboutervoetbal, maar ook meisjes/damesvoetbal of 35/45+-voetbal.
– organiseer zelf evenementen voor jong en oud in het dorp of bij de vereniging zelf, dit hoeft niet eens voetbalgerelateerd te zijn, zorg hierbij voor de juiste exposure.
– ga het gesprek aan met andere, zo niet alle, verenigingen in het dorp om te kijken wat je samen kan doen om de leefbaarheid in het dorp te stimuleren. Er zijn ongetwijfeld aanknopingspunten want iedereen heeft hetzelfde belang. Een van de redenen waardoor FC LEO door het Huis van de Sport als zogeheten Open Club wordt bestempeld. Op initiatief van de voorzitter van LEO, Arjen Fledderman, zitten alle Leenster verenigingen samen met als doel: het behouden of versterken van de leefbaarheid.
– zorg dat je al met omliggende voetbalverenigingen hebt gesproken en ken hun standpunten v.w.b. samenwerken/fuseren. Altijd handig in een eventuele onderhandeling. Samenwerken kan ook breder getrokken worden dan een SJO, denk bijvoorbeeld aan gezamenlijke inkoop voor de kantines om financieel voordeel te behalen.
– stel een beleidsplan op met een heldere visie en missie voor de aankomende 5 tot 10 jaar.
Vergeet ook niet dat de gemeente, net als alle verenigingen, ook belang heeft bij leefbare dorpen, ook in krimpgebieden.
Allemaal zaken, binnen de beïnvloedingssfeer van een club, om de gemeentelijke herindeling om te buigen van een bedreiging naar een kans. Tenzij je liever achterover leunt, de herindeling over je heen laat komen en je een gemakkelijke fusieprooi bent. Herindeling een kans of bedreiging? Ik denk dat u wel kunt raden waar in Leens voor gekozen is.
(Eduard Zuidema, werkzaam bij de KPN, was vroeg speler van FC LEO 1. Tegenwoordig zit hij in het bestuur van deze voetbalclub. Ook is hij regelmatig langs de voetbalvelden te zien als verslaggever van de Ommelander Courant)