Het is donderdagmorgen wanneer ik geveld dreig te worden door een writer’s block. Dat voelt als een opkomende verkoudheid of griep. Het voelt dus als ziek worden en wanneer dit langer zou duren dan zou het als paniek gaan voelen. Pretenderen dat je tekstschrijver bent en dan niet eens weten waar over te schrijven…
Helaas is ook Miranda niet in de buurt. En dus kan ik haar niet vragen waar over te schrijven. Hoewel ik het antwoord wel kan raden. Ze zal het vast gaan hebben over het op een grappige wijze inhaken op de actualiteit. Maar ik ben Youp van ‘t Hek toch niet? Schoenmaker blijf bij je leest. Gelukkig is het bijna etenstijd en dus dient Jazlijn van school gehaald te worden.
Een volgend slachtoffer ter voorkoming van mijn writer’s block dient zich. ‘Jazlijn, jij moet mij helpen!’. Ze kijkt me niet al te vrolijk aan, wanneer ik haar deze confronterende zin voor de voeten werp. Bang voor een karweitje of verzoek waar ze niet op zit te wachten. ‘Waar moet ik over schrijven?’. Ze fleurt op, maar dat kan ook door een gevulde maag komen. ‘Over de aardbevingen’, roept ze enthousiast. ‘Dat lijkt me geen goed idee, reageer ik, daar wordt al zoveel over geschreven.’ Ze lijkt licht teleurgesteld.
‘Over mij!’ Huh, ik prevel iets over terughoudendheid en niet steeds over eigen verwanten schrijven. ‘Maar ik vind het juist mooi wanneer je over mij schrijft en dat je dan beroemd wordt. En mamma was gisteren ook weer op televisie ja.’ Dat klopt inderdaad, haar aardbevingstweet stond pontificaal bij TV Noord in beeld. ‘Het lijkt mij mooi om beroemd te zijn’, zegt ze, terwijl ze voor me uithuppelt.
En daar valt het columnkwartje. Gelukkig niet in de zinkput, dan was ik hem kwijtgeraakt. De beroemdheid- gedachtengolf neemt langzaam bezit van mijn brein. Zou ik graag beroemd willen worden? Deze zin laat me vervolgens niet weer los. Na Jazlijn in haar klas afgeleverd te hebben ga ik weer haar huis. Zonder aangeklampt of geadoreerd te worden. Af en toe beantwoord ik een groet met een welgemeend maar kort ‘moi’, om vervolgens weer verder te lopen.
Daarna sommeer ik Zora om een rondje mee te lopen door het bos. Of dit nu ontspanning is of werk laat ik maar in het midden. Ik het ritme van mijn wandelpas ordenen mijn hersenspinsels zich langzaam tot een column over beroemd worden. Ik merk dat ik het heerlijk vind om ongestoord mijn weg te vervolgen richting huis. Zonder hijgerige fans in mijn nek, zonder paparazzifotografen die in de bossen liggen om mijn amoureuze uitstapjes met de hond vast te leggen op de gevoelige plaat…
Volgens mij vind ik het wel prima om niet beroemd of berucht te zijn, om ongestoord mijn wegen te vervolgen. En toch probeer ik dagelijks mijn naamsbekendheid in Noord Groningen uit te breiden via mijn website. Is dat niet enigszins tegenstrijdig? Een beetje wel inderdaad. Ik denk dat ik het best wel leuk vind dat mijn naamsbekendheid in de loop der jaren toegenomen is. Net zoals ik het heel leuk vind om mijn eigen koers te varen, zonder rekening te moeten houden met de nukken en de grillen van de pers en de fans.
Stiekem zou ik wel net zo goed willen voetballen als Messi en Ronaldo, of een stadion in vervoering brengen net als de mannen van U2. Daar kan ik best wel eens jaloers op worden, dat je zo de mensenmassa’s in extase kunt brengen. Wat een heerlijk gevoel moet dat zijn. En wat te denken van het idee dat de mooiste vrouwen zich kwijlend aan je voeten werpen of hun lingerie bij je op het podium gooien zoals bij Robbie Williams…
Basta, weg ermee. Laat mij maar mooi verhaaltjes tikken, publiceren en via de sociale meida verspreiden. In de hoop en verwachting dat mensen ze leuk vinden. En als ze dat doen dan voelt een like, retweet, ‘dat vind ik interessant’ (op LinkedIN) of leuke reactie al als de ultieme bekroning en beloning. Gelukkig kan ik ’s avonds en ’s weekend weer heerlijk anoniem in de meute opgaan. En dat moet maar mooi zo blijven.
Misschien moet ik Jazlijn nog even vertellen wat beroemd zijn inhoudt. Dat menig wereldster naar de drank, drugs of seksueel genot grijpt om grip op zijn of haar leven te houden. Dat de druk om te presteren immens kan zijn. Dat je net zo snel geadoreerd als uitgekotst wordt in deze vluchtige maatschappij.
Maar nee, dat doe ik niet. Een kind mag dromen, that the sky the limit is. Dat het heerlijk is wanneer de wereld aan je voeten ligt. Dat is het mooie van kind zijn. Je kunt Jazlijn er best bij hebben wanneer het om het bedenken van een onderwerp gaat. Dat zou ik toch eens vaker moeten doen….