Kunt u zich heel kort even voorstellen?
Mijn naam is Jan Dobma, geboren 15-4-1948 aan de Havenweg 36 in Uithuizen. Op mijn 8e verhuisde ik naar de Jacob Wiersumstraat in Uithuizen. Toen ik op mijn 26e wethouder werd, was het de hoogste tijd om mijn ouderlijk huis te verlaten. Ik betrok een huurwoning aan de Maarweg.
In 1978 ben ik verhuisd naar ‘t Lage van de Weg en ik woon nog steeds met heel veel plezier in hetzelfde huis. Ik geniet hier van mijn vrijheid en voel me veel beter thuis dan in een nieuwbouwwijk. Ik heb altijd fantastische buren gehad. In het verleden bijvoorbeeld de familie Wieringa. Zij gingen ’s zondags naar de kerk, terwijl ik ging voetballen bij Noordpool. ’s Avonds namen we dan eerst de kerkdienst door, vervolgens mijn wedstrijd om vervolgens een potje te gaan sjoelen. Dat kon en kan allemaal hier in ‘t Lage van de Weg.
Wat is uw burgerlijke staat?
Ik ben sinds 1998 weduwnaar. In dat jaar stierf helaas mijn vrouw Akke na een lang ziekbed aan de gevolgen van kanker. Een moeilijke tijd maar daar komen we later wel op. Samen hebben we 3 kinderen gekregen. Mijn oudste zoon Berend-Jan wordt binnenkort 29 en woont met zijn vriendin in Zuidhorn. Dochter Beatriz is 27 en is vorig jaar het huis uit gegaan en woont in Uithuizen. Mijn jongste dochter is 25 en woont samen met haar vriend in Groningen.
Wat is uw voormalig beroep?
Na de HBS in Warffum ging ik naar de Rijkskweekschool in Groningen. Hierna volgde uiteraard de militaire dienstplicht. Ik zwaaide af op 30 april 1971 om vervolgens per 1 mei onderwijzer te worden van de lagere openbare school Tasveld in Delfzijl. Als ik niet direct een baan had gekregen, was ik waarschijnlijk eerst een wereldreis gaan maken, maar dit terzijde.
Op mijn 16e ben ik actief geworden in de politiek, ik sloot mij aan bij de jongerengroep van de PvdA. Toen ik 18 jaar was, werd mijn vader wethouder van de gemeente Uithuizen. We hadden thuis hele discussies. Mijn vader werd hier wel eens horendol van. ‘Hol die nou toch es stil’, zei hij dan wanneer hij vond dat ik mij er te veel mee bemoeide. Maar hieruit blijkt wel mijn politieke engagement, het heeft mij altijd getrokken. Wat mij hierin vooral motiveerde was de inzet voor die mensen die niet voor zichzelf op kunnen komen. Het solidariteitsprincipe heb ik altijd hoog in het vaandel gedragen.
Niet alleen mijn vader was actief in de politiek maar ook mijn grootvader die voor de oorlog voor de SDAP in de gemeenteraad van Uithuizen heeft gezeten. Mijn oudste broer Doeke was PvdA raadslid in de voormalige gemeente Usquert en heeft in de periode 1990-1994 samen met mij in de raad van Eemsmond gezeten, ik was toen wethouder. Tot slot is mijn zoon onlangs afdelingsvoorzitter van de PvdA in Zuidhorn geworden. Een politiek actieve familie dus…
Afijn, in 1974 ben ik op 26 jarige leeftijd wethouder geworden van de gemeente Uithuizen, toentertijd een parttime baan. Ik combineerde dit dus met mijn onderwijzersfunctie en de provinciale politiek. Want ik maart 1974 was ik ook gekozen tot Statenlid. Ik was jong en ambitieus maar deze combinatie was toch echt te gortig. Ik wilde dan ook graag verlof hebben van school maar dit werd niet gehonoreerd. Daarom heb ik ontslag aangevraagd. Dat ging in op 1 februari 1975.
In augustus 1975 werd ik parttime leraar aan de LTS in Uithuizen. Ik gaf daar tot 1990 les. Het aantal uren varieerde jaarlijks nogal, soms 8, soms 20. Op 1 januari 1979 ontstond de nieuwe gemeente Hefshuizen. Voor de ontwikkeling van de Eemshaven werd een grotere gemeente nodig geacht. Helaas maakte de PvdA geen deel uit van het college van deze nieuwe gemeente en dus was ik wethouder af. Dit veranderde in 1982 en toen werd ik ook weer wethouder. In 1990 ontstond de gemeente Eemsmond en ook in deze gemeente was ik wethouder.
In 1997 ben ik i.v.m. de ernstige ziekte van mijn vrouw met ziekteverlof gegaan. Na haar overlijden heb ik de opvoeding van de kinderen op mij genomen. Ik combineerde toen het huishouden met het raadslid zijn. Deze combinatie duurde tot 2006. Toen ben ik weer wethouder geworden, twee periodes lang, tot en met 23 april 2014. Toen ben ik gestopt. Veertig jaar ben ik politiek actief geweest, waarvan 28 jaar als wethouder.
Vooral in de portefeuilles ruimtelijke ordening, sport, financiën en accommodatiebeleid kon ik mijn ziel en zaligheid kwijt. Ik ben trots op het sociale beleid dat in de periode 2006-2014 is ontwikkeld. Ook kan ik enorm genieten van de ontwikkeling van de Eemshaven. Wat dat betreft was de unanieme steun van de gemeenteraad voor het bestemmingsplan ‘Uitbreiding Eemshaven Zuidoost’ op 30 januari 2014 ook een politiek hoogtepunt. Wie tien jaar geleden namelijk zou hebben gezegd, dat we op 30 januari 2014 een uitbreidingsplan zouden vaststellen zou compleet voor gek verklaard worden. Ik onderhield altijd goede contacten met de directeur van Groningen Seaports, Harm Post.
Hoe bevalt het gepensioneerd zijn?
Prima, hoewel ik wel een valse start beleefde omdat ik gebeten ben door een hond. En ik was nog wel zo gebrand om mijn tuin op orde te brengen en om pompoenen en kalebassen te kweken en Hinrichs Riesen te verbouwen. Gelukkig is het allemaal goed afgelopen. Mijn broer en zijn vriend, een vriend en mijn overbuurman, hebben de planten erin gezet en de bonen gezaaid. Dit leidde tot een goede oogst. Een mooi stukje Noaberschap dus. Ik heb de vorige week nog op de Streekproductenmarkt bij Ewsum in Middelstum gestaan met mijn pompoenen en kalebassen.
‘Alles mag en niets hoeft’, heerlijk toch! Er was ook nog eens sprake van een prachtige zomer met volop mooi weer. Ik ben druk bezig geweest op het land en in de tuin. Maar af en toe zat ik ook heerlijk niets te doen, genietend in mijn tuinstoel. Nu maar afwachten wat de winterperiode brengt. Maar ik moet nog allerlei paperassen uitzoeken, het huis opknappen, de slaapkamers aanpakken en allerlei foto’s uitzoeken. Binnenkort word ik geopereerd aan mijn verrotte knie (een souvenir uit mijn voetbaltijd) dus ik neem aan dat ik dan wel tijd heb voor allerlei uitzoekwerk.
Wat zijn de hoogtepunten uit uw leven?
Om te beginnen de relatie met mijn vrouw Akke. Ik vind het een voorrecht dat ik bijna 25 jaar met haar heb mogen optrekken. Zij was mijn maatje, mijn steun en toeverlaat, mijn inspiratiebron. Een sociaal en maatschappelijk betrokken mens die verschillende functies bekleedde bij bijvoorbeeld Het Rode Kruis en de peuterspeelzaal. Ook was ze actief betrokken bij de organisatie van de jaarlijkse kinderspelen en andere activiteiten hier in de buurt. En natuurlijk was ze de moeder van mijn 3 prachtige kinderen.
In 1988 hebben we onze adoptiedochter Beatriz opgehaald uit Colombia, een geweldige belevenis. Beiden moesten we hiervoor een grote vliegangst overwinnen. De reis naar de Colombiaanse hoofdstad Bogota was er een van uitersten. Wat een groot contrast tussen arm en rijk, soms schrijnend om te zien. Maar deze reis heeft ons een prachtige dochter opgeleverd.
Ook ben ik trots op Berend-Jan en mijn dochter, beiden afgestudeerd aan de rijksuniversiteit (Berend-Jan aan de landbouwuniversiteit van Wageningen, mijn dochter aan de RUG) en nu voorzien van de titel Master of Science. Berend-Jan liep ooit stage in Ethiopië waar hij onderzoek deed naar de droogteresistentie van aardappelen. Dit was in 2010. Dit gegeven leverde mij een onvergetelijke reis op samen met zijn vriendin. We zijn 14 dagen heen geweest en in de 2e week zijn we gezamenlijk Ethiopië ingetrokken, samen met een gids en chauffeur. We hebben in de Omo River Valley (in het zuiden op de grens met Kenia) diverse stammen bezocht, een stuk of 6, 7. Daar hebben we ook een bijzondere bruiloft meegemaakt. De bruidegom moest zich eerst bewijzen door over allerlei stierenruggen te lopen tijdens een bulls jumping. De vrouwelijke familieleden van de bruidegom onderwierpen zich aan zweepslagen. Hoe meer striemen en des te dieper ze waren, hoe toegewijder ze aan de bruidegom waren. In ruil daarvoor konden ze dan bij tegenspoed altijd een beroep op de mannen doen. Bizar om te aanschouwen…
Politieke hoogtepunten zijn, zoals eerder vermeld, de ontwikkeling van de Eemshaven geweest. Geweldig toch, dat ook de grote internationale Google ons heeft weten te vinden! Verder vind ik het bijzonder dat ik in 1976 de gerenoveerde H.J.Brons-sporthal heb mogen heropenen. En dat ik 35 jaar na dato de eer had om, samen met Epke Zonderland, ook de opening van de nieuwe sporthal De Mencke te mogen verrichten. Al met al beschikt de gemeente Eemsmond over prima sportaccommodaties. Dit geldt ook voor andere voorzieningen zoals scholen en dorpshuizen. Ik ben trots op het ontwikkelde beleid voor de sociale minima, waardoor iedereen mee kan doen met bijvoorbeeld sportactiviteiten.
En uiteraard ben ik trots op het ereburgerschap van de gemeente Eemsmond. Toen ik in mei dit jaar stopte als wethouder is mij door burgemeester Marijke van Beek als eerste inwoner van de gemeente de bijbehorende erepenning overhandigd. Ik wist nergens van en was dan ook totaal overdonderd door dit feit.
En de dieptepunten?
Ik heb één echt dieptepunt meegemaakt en dat was het overlijden van mijn vrouw Akke na een lang ziekbed. Dit heeft mij veel pijn gedaan. Ze was mijn maatje en inspiratiebron. Een groot deel van de waardering en de glans van de ontvangen erepenning komt haar dan ook toe. Ik mis Akke nog elke dag en koester de mooie herinneringen. De gezamenlijke vakanties bijvoorbeeld die wij hadden aan de Noord-Hollandse kust of op het eiland Texel.
Ooit moesten we tijdens een soort van teambuildingsdag, georganiseerd door de gemeente, een gebaar maken waarmee we een mooie herinnering vast konden leggen. Ik heb mij toen een bepaalde handbeweging aangeleerd. Wanneer ik deze beweging maak dan zie ik Akke terug tijdens onze laatste gezamenlijke buitenlandse vakantie in Frankrijk. Een prachtig beeld waarin ik haar hoogzwanger voor mij zie, staand op het strand van Normandië. Een herinnering die ik koester en voor altijd bij mij draag.
Heeft u nog anekdotes en mooie verhalen?
Toen ik in de zeventiger jaren Statenlid was, werd ik eens aangesproken door een journalist die mij vertelde dat ik sprekend leek op de toen zeer bekende zanger Alexander Curly. Hij was bekend van de grote hit ‘Guus kom noar huus’. Over deze gelijkenis maakte hij een verslag waarbij hij 2 foto’s plaatste, zogenaamd van Alexander Curly en van mij. Daar werd ik toen vaak op aangesproken, want de gelijkenis was inderdaad enorm. Dit was ook niet zo verwonderlijk want beide foto’s waren van mij, alleen in spiegelbeeld afgedrukt.
Toen de Usquerder muziekvereniging ‘Boreas’ hun jaarlijkse uitvoerig had, kwamen ze bij mij of ik wel een nummer van Alexander Curly wilde zingen, getiteld ‘Dat waren wel die Hollanders’. Ze moesten flink op mij inpraten en ik heb dit toen inderdaad eens op een repetitieavond gezongen. Toen waren ze overtuigd van mijn kunnen en moest ik dit nummer ook op de jaarlijkse uitvoering ten gehore brengen. En hoewel ik vaak groepen toe moest spreken, was dit toch heel andere koek. Ik was dan ook behoorlijk zenuwachtig maar na 2 ‘klokjes’ werd het nummer toch een succes. Tijdens mijn door de PvdA georganiseerd afscheidsfeest als wethouder speelde muziekvereniging ‘Opwaarts’ uit Uithuizen dit nummer nog een keer.
De eerste kennismaking met Akke was ook bijzonder. Ik was met een kameraad op Terschelling. Hij was altijd heel vrij met de dames, ik heel timide. Tot 2 maal toe stapte hij op 2 wichter af die aan een tafel zaten in een café. In beide damesgevallen brachten we de dames naar huis. Na de 2e keer kwamen we 2 meisjes tegen die op een tandem zaten. Mijn kameraad kende één van beide dames van de camping, de andere bleek Akke te zijn. We zijn toen gaan midgetgolfen, hoewel beide dames aanvankelijk zeiden dat je wel stapelgek moest zijn om dit spelletje te spelen.
Later heb ik nogmaals afgesproken met Akke afgesproken en toen werd ik verliefd. Eigenlijk was ik dat al en ik vond het stom van mijzelf dat ik niet direct na de vakantie contact met haar had gezocht. Ik bracht haar naar huis, ze woonde in het Friese Jorwerd. Om de boerderij te bereiken waar ze woonde, moest je eerst door 5 hekken heen. Galant als ik was opende ik de hekken maar bij het laatste hek stapte ik in een enorme koeienvlaai. Ik voelde mij toch al niet op mijn gemak maar dat veranderde toen ik de woonkamer de VARA-gids zag liggen. Dat zat wel goed dus. Je moet het boek ‘Hoe God uit Jorwerd verdween’ van Geert Mak maar eens lezen. Er is zelfs een hoofdstuk met als titel: ‘De goedheid van Akke van Zuiden’ aan mijn schoonmoeder gewijd waarin mijn schoonouders aan het woord komen, haha. Lees de bladzijden 189 en verder uit dit boek maar eens door…
Wat zou u ooit nog willen doen in uw leven?
Ach, nog zoveel. Ik wil mijn huis en tuin nog opknappen. Daarbij lijkt het mij heerlijk om een tuinhuisje te hebben, waarin je ook kunt slapen. Verder zou ik nog graag willen reizen. Naar Zuid-Amerika of Afrika, Australië, Nieuw Zeeland, Azië of Noord-Amerika. Of musea bezoeken, met de trein door Nederland reizen of stedentrips maken, de Costa Brava lijkt mij ook wel wat. Of op vakantie met de kinderen. Je merkt het wel, nog plannen genoeg!
Waar heeft u spijt van gehad in uw leven?
Nergens van, wel denk ik soms van: ‘dat had ik anders moeten doen’. Maar dan was het al gebeurd. Ik zeg vaak waar het op staat en onbedoeld schrikt dat andere mensen wel eens af of ik breng ze hiermee in het defensief. Maar dat is nooit mijn bedoeling. Ik vind het juist heerlijk om mensen te helpen. Zo werd ik laatst opgebeld door een vrouw die overgestapt was naar een andere energiebedrijf. Daar had ze achteraf spijt van maar ze zag geen kans om dit terug te draaien. Ik ben toen een morgen aan het bellen geslagen en heb dit voor haar geregeld. De dag daarop werd er een taart voor mij afgeleverd als dank. Prachtig toch?
Wat zou u uw leven voor een cijfer willen geven?
Kort maar krachtig, een 8. Ik heb samen met mijn partner mooie momenten mogen beleven en zie tot mijn genoegen hoe de kinderen zich goed ontwikkelen. Misschien word ik ooit nog wel eens oppasopa, haha.
Wilt u verder nog iets kwijt?
Ik heb nog wel een politieke boodschap om dit interview mee af te sluiten. Ik hoop dat de PvdA zich herstelt, ik vind het landelijk niveau zeker niet slecht. Asscher, Dijsselbloem en Timmermans zijn toch mannen die het goed doen? Het land krabbelt weer op, de economie trekt aan. De koppeling blijft in stand, er is geld voor de onderkant van de maatschappij. Deze wordt niet vergeten. Er gebeuren genoeg positieve dingen. Zo heeft Nederland bijvoorbeeld het strengste bonussenbeleid van Europa. Ik vind het huidige beeld omtrent de Partij van de Arbeid soms veel te negatief en zal mij in blijven zetten voor een sterke terugkeer van deze partij in Nederland!