Deze dagen zijn we getuige van een zeer aangenaam voorjaarszonnetje. En daar moeten we intens van genieten want voor volgende week voorspellen ze al weer sneeuw en vorst. De temperaturen stijgen momenteel tot grote hoogtes, menig record wordt weer uit de boeken geschenen. Voor mij de hoogste tijd om even per fiets langs mijn ouders te gaan. Daarbij kom ik langs het schoolplein van De Wilster waar de jongste kinderen heerlijk buiten aan het spelen zijn. De bruisende zonne-energie doet hen en de leerkrachten, die een wakend oogje in het zeil moeten houden, zichtbaar goed. Je kan zien dat er volop vitamines D worden aangemaakt.
Een prachtig tafereeltje om even in je op te nemen. Om te zien hoe kinderen van 5,6 jaar onbezorgd spelen onder het genot van een heerlijk zacht voorjaarszonnetje. De toekomstige zorgen liggen nog heel ver weg en worden niet gevoeld. Gelukkig maar. Dit zijn niet de jaren om daar reeds aan herinnerd te worden. Nee, het is veel belangrijker te weten met welk vriendje of vriendinnetje er vanmiddag gespeeld gaat worden.
Zelf kan ik ook nog wel herinneringen aan zonnige dagen opdiepen uit mijn kleuterjaren. Een combinatie van een lach en een traan. In de 2e klas van de kleuterschool (nu groep 2 van de lagere school) was er ook sprake van een mooie voorjaarsdag waarop juffrouw Van der Ploeg, ongetwijfeld onder luid gejuich, opmerkte dat er wel buiten gespeeld mocht worden. Waarschijnlijk was ik zo enthousiast dat ik niet gehoord heb dat we niet zonder jas buiten mochten spelen. Ook mijn vrouwelijke naamgenoot Ina Koster was dit ontgaan. En zo werd een mooie dag plotsklaps omgetoverd tot een nare herinnering. Want ik kan me nog heel goed herinneren dat ik onder luid gesnotter in de hoek van de klas moest staan omdat ik geen jas had aangedaan. Trieneke stuurde Ina de gang op waar ze braaf op een bankje ging zitten. Enige jaren geleden kwam ik juffrouw Van der Ploeg op een zaterdagavond tegen in Vita Nova. Ze kon zich niets meer van het voorval herinneren maar ik des te meer. En dat heb ik haar ook luid en duidelijk en ongetwijfeld met veel gebaren duidelijk gemaakt. Opdat ze het nooit meer zou vergeten. Niet dat ze er warm of koud van werd hoor, we konden er smakelijk om lachen.
Maar typerend dat zulke gedachten blijven hangen. Op de lagere school had ik ook zo’n nare, zonnige ervaring. Ik kan mij nog herinneren dat Menno van der Wel net deed of hij de jongen die voor mij stond (Eiko Stoter?) een vuistslag in het gezicht gaf. Met veel gevoel voor theater sloeg hij langs hem heen maar daarachter stond ik…. Een zeer onaangename kaakslag was mijn beloning, daarbij een blijvende (voor mij niet dus) voortand minder, want deze overleefde de stomp niet. Een stifttand siert nu nog steeds mijn gebit. Menno, mocht je dit ooit nog lezen, bedankt!
Niet te lang dagdromen Bert, het is inmiddels de hoogste tijd om Jazlijn van school te halen. Zulke herinneren zal ik later ook nog wel eens gaan koesteren denk ik. Wanneer ze, in navolging van Derian, een punt zet achter haar lagere schooltijd. Derian heeft inmiddels haar weg gevonden aan het HHC in Uithuizen. ’s Morgens om 06.15 uur gaat steevast de wekker af, waarnaar geheel zelfstandig de rest van de dag ingevuld wordt. Met dit weer is het een feest om te fietsen natuurlijk, met een opkomende zon als sportieve beloning. ’s Middags komt ze thuis met haar eerste vriendje, ongetwijfeld vol met lentekriebels.
Jazlijn is ook goed geluimd. Ik krijg zelfs een handje van haar bij het naar huis gaan. ‘Ik word altijd zo vrolijk van dit mooie weer’, kraait ze uit en ze huppelt erover. Vanmiddag gaat ze met Elke spelen, vrijdag met Amber. Het is maar dat ik dat alvast weet, dan kan ik daar rekening mee houden met mijn planning, lijkt ze te denken. Thuisgekomen kijkt ze nieuwsgierig of ze het lieveheersbeestje nog in een potje met allerlei plantjes en gras kan vinden. ‘Dit potje niet weggooien hoor!’ Natuurlijk niet, ik zou niet durven…
Na het eten breng ik haar weer naar school. Dat mocht ook, hoewel ze tegen juf verteld had dat ze alleen zou komen. Na een vluchtige kus op de wang ga ik weer naar huis. Kleine geluksmomentjes rijker die gekoesterd moeten worden. Buiten op het schoolplein wordt er wederom volop gespeeld door de overblijfkinderen. Ik ga snel weer naar huis. Eens kijken of ik deze tafereeltjes kan vangen in een voorjaarscolumn. Ik spreek met mezelf af dat mocht mij dit voor 14.00 uur lukken dat ik dan nog wel even tijd heb om met Zora te wandelen. Dat lukt en even later controleer ik hoe het met de burgemeester van Pomp is. Niet te lang dralen Bert, nog even en school gaat weer uit. Het schoolplein vult zich weer met kinderen die vrolijk zwaaien naar papa, mama, opa of oma. Kon het maar eeuwig voorjaar zijn, inclusief de eerste prille zonnestralen…