Sinds een jaar of drie zit ik in het bestuur van een voetbalvereniging, om precies te zijn bij SV Bedum. Voordat ik als bestuurslid technische zaken begon was ik al vele jaren actief binnen de vereniging. Als jeugdcommissielid, trainer, leider, scheidsrechter, achter de bar, helpen bij jeugdactiviteiten en meer. Niet alleen bij de voetbalvereniging ben ik actief geweest als vrijwilliger, ook bij de tennisvereniging heb ik mij vele jaren ingezet.
Ik zeg dit helemaal niet om mijzelf in de schijnwerpers te zetten. Mijn ouders hebben mij zo opgevoed dat wanneer je lid bent van een vereniging jij je ook moet inzetten voor die vereniging, dat je ervoor zorgt dat iedereen samen kan doen waarvoor je lid bent van een vereniging. Lekker voetballen, muziek maken, tennissen, volleyballen, schaken, hockeyen, gewoon kunnen doen waar je plezier aan beleeft.
Plezier heb ik altijd gehad bij zowel de tennisvereniging als bij de voetbalvereniging. Plezier met wat ik al van kinds af aan het liefste deed: voetballen en tennissen. Dat plezier kreeg ik ook door mijn trainers, mijn leiders, de toernooiorganisatie en al die anderen. Zij zorgden ervoor dat alles liep zoals het moest lopen, dat niet alleen ik, maar ook al die andere kinderen, plezier hadden.
Toen vond ik dat heel normaal, ik dacht als jonge jongen nooit dat voor mijn plezier anderen zich enorm inzetten. Ik was wel altijd blij met mijn trainers en leiders. Zonder iemand tekort te willen doen, hebben o.a. René Veldman, Martin Jurna, Harm Steg, Bart de Vries en Nico Staal ervoor gezorgd dat ik nog steeds betrokken ben bij de voetbalvereniging.
Al die vrijwilligers hebben ervoor gezorgd dat ik kon voetballen, dat ik met mijn teamgenoten naar (meerdaagse) toernooien kon bij Tüs Wahnbeck, De Witkampers, Tüs Varel en vele anderen. Ik stond er niet bij stil dat er dan veel geregeld moest worden. Vervoer, eten, drinken, slapen, tenues, ballen, regels opstellen en nog veel meer. Maar voor hen was dat heel normaal, zij waren lid van een vereniging en daar had je wat voor over.
Zoals ik al aangaf hebben mijn ouders mij ook altijd gestimuleerd om me in te zetten voor de vereniging waar ik lid van was. Zelf deden zij dat ook, vele functies hebben ze bekleed, toernooicommissie, jeugdcommissie, bestuurslid en voorzitter. Niet alleen bij de vereniging zelf, maar ook nog bij, in dit geval, de KNLTB. Het is dan ook niet zo gek dat ik al op jonge leeftijd als vrijwilliger ben begonnen. Volgens mij was ik een jaar of twaalf en ik geloof niet dat er meer dan twee jaar is geweest dat ik niets deed.
Nog steeds doe ik dat met veel plezier. Alhoewel, de laatste paar jaar is dat ook wel een tijdje anders geweest. De wereld verandert en wordt naar mijn mening harder en onpersoonlijker. Dat merk ik ook aan de reacties die ik krijg. Wanneer iemand een beslissing die ik neem niet zint, dan is het hek van de dam. Mijn kop, boven het maaiveld, mag eraf, mensen negeren je, praten niet meer met mij, maar wel veel over mij en/of worden en blijven boos.
Dit is zeker geen klaagzang, in het belang van de vereniging neem je als bestuur beslissingen. Daar kun je het mee eens zijn of niet. Maar die mensen in zo’n bestuur doen dat ook als vrijwilligers. Die zetten zich in voor hun vereniging. Praat niet over vrijwilligers, maar praat met ze als je het niet met hun beslissingen eens bent. Vereniging, verenigen, dat staat voor samenvoegen, bundelen. Verenigen doe je samen, samen proberen om het doel van de vereniging te bereiken. Ieder lid is daarbij nodig, ieder lid heeft een rol, ieder lid zou een bijdrage moeten hebben.
Wat zou dat mooi zijn, iets met vele handen maken licht werk. Vele handen zorgden ervoor dat ik als jong ventje met veel plezier heb kunnen doen waar ik plezier in had. Al die mensen wil ik bedanken voor de mooie tijd die zij mij hebben gegeven, bedanken voor de uren die zij in de vereniging hebben gestoken.
Mijn waardering voor al die vrijwilligers bij verenigingen is groot, gevormd door hen die in mijn jeugd mij plezier hebben bezorgd. Laten we samen ervoor zorgen dat er nog vele generaties jongens en meisjes kunnen blijven doen waar ze plezier in hebben. Laat verenigingen niet in de steek en daarmee ook uw eigen kinderen. Mijn waardering heeft u.