Een artiestenbiografie over deze rasentertainer uit Ulrum.
7 februari 1964 was een prachtige dag voor de familie Schaap in Ulrum. Op die dag werd hun kinderkroost namelijk verdubbeld. In een Groninger ziekenhuis maakte tien minuten na de geboorte van tweelingzus Ineke, Bert Schaap de familie compleet. Een familie die aanvankelijk voornamelijk in het teken stond van de ventactiviteiten van vader Schaap die in het aller-prilste begin met een ‘driewielertje’ boter, melk en soepenbrij verkocht in Ulrum en omgeving.
Maar dat imperium werd snel groter. In de hoogtijdagen reden er maar liefst vier rijdende winkels van Schaap over de Noord-Groninger wegen. Dat had voor Bert het nadeel dat wanneer zijn vriendjes aan het voetballen waren, hij de sigaretten in de rijdende winkels bij moest vullen. Een voordeel was wel dat het hem op weekbasis vijf gulden opleverde. Hij koesterde zijn mooie jeugdjaren die hem na de kleuterschool naar de lagere school in Ulrum brachten. Daarna vervolgde Bert zijn schoolcarrière op de Lagere Detailhandel School in Groningen. Een leerbeest was hij echter niet. Op zestienjarige leeftijd kwam er dan ook een eind aan zijn schooltijd, zonder een diploma op zak. Dat deerde zijn ouders niet zo en Bert al helemaal niet. Hij was er ‘stenzat’ van en genoot later een universitaire studie des levens langs de weg en op de bühne…..
Om het werkverhaal eerst even af te maken, na zijn schooltijd kon Bert bij de supermarkt van Jan Elzinga terecht in Munnekezijl. Hier werkte hij twee jaar om vervolgens zijn weg te vervolgen bij de Superkar, een bedrijf met zo’n dertig rijdende winkels in Groningen. Bert had inmiddels zijn benodigde rijbewijzen gehaald en deed op de rijdende winkel in de wijk Lewenborg in Groningen zijn eerste ervaring als rijdende ‘melkboer’ op.
Zijn vader kreeg het echter steeds drukker met zijn ventactiviteiten en toen er een route in Eenrum vrijkwam, kon Bert als 20-jarige jongeman bij zijn vader aan het werk. Net als zijn twee oudere broers die andere routes in de omgeving reden. Al met al heeft hij dit zo’n dertig jaar volgehouden, toen werd de concurrentie van de supermarkten te groot en de klandizie dus te klein. Hij kijkt met veel werkplezier terug op deze venttijd want hij genoot altijd van de omgang met de mensen. Dit kon hij daarna gelukkig vier jaar op de taxi bij de UVO in Uithuizermeeden doen en inmiddels toert hij ook al weer vier jaar als Qbuzz-buschauffeur over de Groninger wegen en dat vier dagen in de week….
Zendpiraat ‘Klein Duimpje’
Maar eerst weer terug naar de muziek, misschien wel de belangrijkste rode draad in Bert zijn leven. Want daar groeide hij dankzij zijn oudere broers en vader mee op. Die draaiden in de zeventiger jaren platen van The Beatles en The Rolling Stones grijs. Zijn vader bracht hem zijn liefde voor de Duitse Schlagers bij. Zo coverde Bert later ‘Ein festival der Liebe’. Ook de Nederlandstalige muziek vond gretig aftrek in huize Schaap. Op de lagere school maakte zijn moeder voor het eerst kennis met de zangkwaliteiten van haar jongste zoon. Wanneer Bert onder de douche Ben Cramer zijn klassieker ‘De Clown’ meebrulde, genoot moeders onder aan de trap mee en zo kreeg hij zijn eerste complimenten.
Op zolder had Bert zijn eigen plekje. Via de cassetedeck werden nummers van Abba en Boney M. grijsgedraaid. Wegens aanhoudende groei verhuisde de familie Schaap naar een andere plek in Ulrum en kwam het ouderlijk huis leeg te staan. Daar stond echter nog wel de geheime zender van Bert zijn broer en die oefende een enorme aantrekkingskracht op hem uit. En zo draaide hij als geheime zendpiraat op 13-jarige leeftijd onder de schuilnaam ´Klein Duimpje´ en met de microfoon in de hand zijn eerste plaatjes. Later veranderde hij zijn piratennaam in die van ´Motormuis´.
Bert zegt zelf over deze tijd: ‘Elk dorp hier in de omtrek had wel een paar van die geheime piratenzenders. Op den duur kreeg ik van mensen uit het dorp leuke reacties op mijn plaatjes en het commentaar wat ik er bij gaf en dat maakte mij blij. ‘Mensen blied moaken’, dat vond ik toen al heel mooi. En het delen van datgene wat je had en goed kon behoorde daar zeker bij.’
Het feest werd helemaal compleet toen hij van zijn ouders voor zijn verjaardag een combicassettedeck kreeg waardoor hij zelfs lp’s kon draaien. Die werden bijvoorbeeld in platenzaak ‘De Stille Genieter’ in Harkema maar ook in Valthermond gekocht. Daardoor kon hij elke zaterdagmorgen anderhalf uur lang verzoeknummers voor de inwoners van Ulrum en omgeving draaien.
DJ Bert Schaap
Een goede kameraad van Bert had ook een geheime zender onder de naam Cosmosradio. Ze droomden beiden van een carrière als DJ en het opstarten van een eigen discotheek maar ook van het maken van een eigen nummer. Beiden hadden al eens voor DJ gespeeld in de destijds zeer populaire discotheek De Paardenstal in Ulrum, onder andere tijdens de beruchte Hollandse Avonden, en dat smaakte naar meer. Zijn kameraad overleed echter op 19-jarige leeftijd aan de gevolgen van een motorongeluk. Bert was toen zelf 18 jaar en maakte voor het eerst kennis met de dood. Het maakte hem nog vastberadener om de wensen van hun beiden uit te laten komen.
Een eerste wens kwam in vervulling toen Bert zijn buurman Dirk Stokroos een drive-in discotheek bestaande uit drie los te koppelen gedeeltes voor hem maakte. Piratendiscotheek ‘Jukebox’ werd hiermee geboren. Hij debuteerde met de ‘Jukebox’ tijdens een dorpsfeest in Niekerk en niet veel later wisten voetbalvereniging UVV ’70 en de kaart- en sjoelclub in Zoutkamp hem ook te vinden. Wanneer er een feestje was, werd Bertje Schaap gebeld. Dit gebeurde steeds vaker. Hij was goedkoop en zorgde altijd voor de juiste feeststemming.
De eerste zangkunstjes en de geboorte van Burdy
In die tijd begon Bert zelf ook liedjes mee te zingen. Hij kocht bij De Carillon in Groningen backtrackbandjes en was hiermee druk aan het oefenen op zolder. Het was in zijn begin twintiger jaren. In de tijd dat hij net verkering kreeg met zijn latere vrouw Wilma. Wilma toonde zich een kritisch edoch eerlijk luisteraar en dus moest er een tandje bijgezet worden want ze vond zijn zangkwaliteiten in het begin maar niets.
Maar oefening baart kunst en tijdens het DJ spelen op feestjes, zong hij vaak al stiekem wat versregeltjes mee. Maar bij een UVV-party trok hij voor het eerst de stoute schoenen aan en maakte hij, verborgen achter zijn DJ-set, zijn debuut als zanger toen hij het nummer ‘You never walk alone’ zong. Daarna kwam een aandachtig luisteraar naar hem toe die hem complimenteerde met zijn zangkunsten. Het gaf zijn zelfvertrouwen een enorme boost. De volgende stap in zijn muzikale carrière was gezet en niet veel later kwam hier nog eentje bij. Bert ging zelf Nederlandstalige liedjes schrijven en begon die ook voorzichtjes te zingen tijdens zijn DJ-activiteiten.
Na een feestavond in Zoutkamp zei inwoner Jan van Binze na afloop tegen hem dat hij maar eens een nummertje over de ‘Zoltkampers’ moest gaan schrijven. Bert had toevallig net daarvoor een orkestband van het nummer The Wild Rover van The Dubliners gekocht en hier zat een mooi ‘klap-stukje’ in. Het inspireerde hem tot het schrijven van ‘De vissers van Zoltkamp’. Dit nummer sloeg enorm aan en mede dankzij een zelf geschreven liedje voor piratenzender ‘De Noordster’ uit Leens, die zij zo mooi vonden dat ze hem wel op singel uit wilden brengen, was daar de kans om ook ‘De Vissers van Zoltkamp’ op dit plaatje mee te krijgen.
In de studio van Jur Eckhardt in Eelde, de man die ook veel met Wia Buze heeft samengewerkt, werd het nummer in 1992 ingezongen waarvan vervolgens 500 45-toeren singels werden gemaakt. De officiële presentatie was voor een volle zaal in het Neptunes-café in Ulrum waar ook Wia Buze een gastoptreden verzorgde. Zij had toen net het nummer ‘Ik kom van Ziel’ uitgebracht. Tijdens die avond trad Bert Schaap voor het eerst op onder zijn artiestennaam Burdy. Een naam die door een kameraad van hem bedacht werd toen hij zijn eerste cassettetape had gemaakt. Hij noemde dit toen, ‘Burdy’s First tape.’ Deze feestavond werd een groot succes en Burdy zijn naam was gevestigd.
Gerrit Arkema en Burdy’s debuutalbum
Het leven kabbelde door en Bert combineerde werkweken van 60 uur met zijn DJ- en zangoptredens. Dat ging zo door totdat Gerrit Arkema, de eigenaar van de destijds zeer bekende uitgaansgelegenheid Billeke de Beer in Zuurdijk, een keer zijn SRV-kar instapte. ‘Heb je al plannen voor een album?’, zo vroeg hij tussen neus en lippen door. Bert mompelde iets over ‘dat is hartstikke duur’ maar hij moest van Gerrit maar eens uitzoeken wat dat nu daadwerkelijk zou gaan kosten. De zanger van The Dutch Boys had destijds een studio in Zwartemeer en die maakte een mooie aanbieding voor hem waarmee Bert terugkon naar Gerrit. ‘Regel het moar en betoal alles loater moar terug!’, was Arkema zijn verrassende respons.
En zo verscheen in 1994 Burdy’s debuutalbum ‘Het is alsof ik droom’, die officieel gepresenteerd werd in Café Neptunes in Ulrum. Het was voor Bert ook daadwerkelijk een droom die uitkwam. Naast ‘De Vissers van Zoltkamp’ werd ook ‘Bring mie toes Waddenzee’ een grote hit. Er stonden meer zelfgeschreven liedjes en arrangementen op, vroeger nog thuis uitgewerkt op de keyboard, zoals ‘Het Neptuneslied’, opgedragen aan de gelijknamige kroeg in Ulrum. Van dit debuutalbum werden in totaal 1.000 stuks gemaakt.
Arkema had destijds ook een grote loods in Winsum van waaruit hij regelmatig feestavonden organiseerde. Hij presteerde het de band De Kast vast te leggen vlak voor hun grote doorbraak met het nummer ‘In Nije Dei’. Niet veel later waren ze razend populair en er kwamen dan ook duizenden mensen op deze avond af. En wie stond er op deze avond in het voorprogramma? Burdy inderdaad. Die toen zoveel CD’s verkocht dat hij zijn openstaande schuld bij Arkema kon aflossen.
En dus werd er nagedacht over het vervolg. Ook al omdat Burdy steeds meer optredens mocht verzorgen, onder andere op grote piratenfeesten, tussen andere Nederlandse artiesten als Jan Boezeroen en Marianne Weber. Nog een bijzonder verhaal uit die tijd waren de optredens in Café Bulthuis in Eenrum, georganiseerd door Rody Montano. Pas achteraf hoorde hij dat zijn optredens altijd gesponsord werden door Bert zijn concullega van de Coop in Eenrum, Marko Smit……